Chloor
Chloor is een scheikundig element met symbool Cl en atoomnummer 17. Het is een geelgroen halogeen. Chloor is bij kamertemperatuur een gas.
Inhoud |
[bewerk] Ontdekking
Chloor is in 1774 door Carl Scheele ontdekt, maar hij besefte niet dat het een element was. Hij vermoedde dat het een verbinding van zuurstof was. Pas in 1810 kwam Humphry Davy tot die gevolgtrekking.
De naam Chloor is afkomstig van het Griekse χλωρος (chloros), dat is te vertalen als geelgroenig.
[bewerk] Toepassingen
Chloor wordt veel gebruikt bij het zuiveren van water, in ontsmettingsmiddelen en in mosterdgas. Daarnaast is het een veelgebruikte grondstof in de chemische industrie voor de productie van een breed scala aan producten. Enkele toepassingen van chloor zijn:
- Bleken van papier
- Doden van schadelijke bacteriën
- Zuiveren van kraanwater en zwembaden
- Insecticiden, verf, petroleumindustrie, kunststof, medicijnen, textiel en zeer veel (andere) consumentenproducten
In de organische chemie wordt chloor veel toegepast als oxidator en in substitutiereacties.
[bewerk] Chemisch wapen
Chloorgas is in de Eerste Wereldoorlog in 1915 door de Duitse troepen voor het eerst als strijdgas ingezet in Ieper. Het is tijdens die oorlog regelmatig gebruikt. Het gas is zwaarder dan lucht en vult de loopgraven en vernietigt de longen. De MAC-waarde is 1,5 mg/m³.
Chloorgas tast de slijmvliezen aan, dus ook de luchtwegen en de longen. Bij ernstige aantasting ervan treedt verstikking op door het opzwellen van de slijmvliezen. De opvolger van chloorgas (in juli 1917) was mosterdgas of yperiet, bis-(2-chloroethyl)sulfide. Het is veel giftiger dan chloor, de MAC-waarde is 0,003 mg/m³. Bij inhaling van dit gifgas, braakten de soldaten bij Ieper hun longen uit...
[bewerk] Opmerkelijke eigenschappen
Chloor is een halogeen; er ontbreekt één elektron in de buitenste schil. Het diatomaire gas is daarom een sterke oxidator. Chloor reageert met vrijwel elk ander element en is een zeer makkelijke zoutvormer. Daarom is de chloorchemie een belangrijke tak van de industrie. In water van 10°C lost chloor goed op.
[bewerk] Verschijning
In vrije vorm wordt chloor niet op aarde aangetroffen. In verbindingen zoals bijvoorbeeld keukenzout komt het echter in ruime mate voor. Andere belangrijke chloorbronnen zijn de mineralen cornalliet en sylviet waar het element op grote schaal uit wordt gewonnen met behulp van elektrolyse.
[bewerk] Isotopen
Meest stabiele isotopen | |||||
---|---|---|---|---|---|
Iso | RA (%) | Halveringstijd | VV | VE (MeV) | VP |
35Cl | 75,77 | stabiel met 18 neutronen | |||
36Cl | syn | 3,01×105 j | β | 10,413 | 36Ar |
37Cl | 24,23 | stabiel met 20 neutronen |
Chloor wordt op aarde als twee stabiele isotopen aangetroffen met massagetal 35 en 37 in een verhouding van ongeveer 3:1. Daarnaast komt het radioactieve 36Cl voor met een halfwaardetijd van 3,01×105 jaar. Deze isotoop wordt in de atmosfeer geproduceerd uit 36Ar als gevolg van kosmische straling. Op kunstmatige basis kunnen in totaal 9 chloorisotopen worden geproduceerd, maar geen van alle heeft een lange halfwaardetijd.
[bewerk] Toxicologie en veiligheid
Gasvormig chloor is irriterend aan ogen en luchtwegen en kan brandwonden veroorzaken op de huid. Bij een concentratie van slechts 3,5 ppm is chloor al te herkennen aan de geur; chloor kan acuut dodelijk zijn bij 1000 ppm maar langdurige blootstelling (40 uur per week) moet niet hoger zijn dan 0,5 ppm.
Diatomair chloorgas vervalt door een fotolytische initiatiereactie tot chloorradicalen. Daglicht is genoeg om deze reactie in gang te zetten. Het gevaar van deze radicalen is dat ze uiterst reactief zijn en verbindingen aan kunnen gaan met organische stoffen. Een persoon die in contact komt met deze radicalen zou dus geperchloreerd worden en allerlei onnatuurlijke chloorverbindingen in zijn huid, longen, ogen etcetera krijgen.
Bij het mengen van chloor met urine, ammoniak of andere schoonmaakmiddelen kunnen zich giftige mengsels vormen van chloorgas en stikstoftrichloride, daarom moeten deze combinaties vermeden worden.
Scheikundige Elementen en Isotopen |
Periodiek systeem: Standaard | Alternatief | Elektronenconfiguratie |
Isotopentabel: Op element: Compleet | In delen | Op atoommassa |
Lijst met elementen: Op naam | Op symbool | Op nummer |
[bewerk] Externe links
- PeriodiekSysteem.com over: Chloor
- Lenntech over: Chloor
- (en) EnvironmentalChemistry.com over: Chloor
- (en) WebElements.com over: Chloor
Dit lemma behandelt een |
||
---|---|---|
Zuurstofverdringende gassen: | Chloorcyanide (CK) – Blauwzuur (AC) – Koolmonoxide | |
Blaartrekkende gassen: | Lewisiet (L) – Zwavel-mosterdgas (HD, H, HT, HL, HQ) – Stikstof-mosterdgas (HN1, HN2, HN3) | |
Zenuwgassen: | G-Agents: Tabun (GA) – Sarin (GB) – Soman (GD) – Cyclosarin (GF) | V-Agents: VE – VG – VM – VX | |
Verstikkende gassen: | Chloor – Chloorpikrine (PS) – Fosgeen (CG) – Difosgeen (DP) | |
Irritantia: | Agent 15 (BZ) – KOLOKOL-1 | |
Traangassen: | Peperspray (OC) – CS-gas – CN-gas – CR-gas |