Vuur
Vuur is het zichtbare (licht) en voelbare (warmte) verschijnsel dat optreedt als een brandbare stof een oxidatiereactie ondergaat bij hoge temperatuur. Door de warmte-ontwikkeling ontstaat een verticale luchtstroom, en door opwarming van naburige materie komen brandbare gassen vrij, waarmee het proces zichzelf in stand houdt. Bij ongecontroleerde uitbreiding spreekt met van een brand; de kleinste eenheid van een vuur noemt men een vlam.
Inhoud |
[bewerk] Het element vuur
De Griekse wijsgeren Herakleitos beschouwde vuur als het oerelement waar alles uit was voortgekomen. Empedocles nam aan dat vuur één van de vier elementen was, naast aarde, lucht en water.
[bewerk] Mythologie
Volgens de Griekse mythologie stal Prometheus het vuur van de goden om het aan de mensen te geven. Als straf werd hij opgehangen aan een rots en elke avond kwam een vogel zijn lever eruit eten die elke ochtend weer aangroeide. Zie ook: Hephaestus, Noordse mythologie, Loki, Nodfyr, Vestaalse maagden. Volgens de bijbel bevindt er zich in de hel een onuitblusbaar vuur (Mar. 9:43). Tevens is vuur in de bijbel het beeld van de Heilige Geest.
In de Oosterse filosofie die we kennen in praktische toepassingen als shiatsu, feng shui, macrobiotiek en acupunctuur wordt uitgegaan van vijf elementen of transformatiefases zijnde hout, vuur, aarde, metaal en water die elkaar voeden en in toom houden. Het vuur element staat voor het hoogste energieniveau, zichtbaarheid, roem, ongrijpbaarheid, de kleur rood, de organen hart en dunne darm, het zuiden, de tijd van de dag dat de zon het hoogst staat, hoogzomer, een bittere smaak, etcetera. De vuurtransformatiefase wordt gevoed door de hout transformatie en voedt op zijn beurt de aarde transformatiefase. Vuur wordt in toom gehouden door water. In de extreme gevallen blust water vuur (te veel water energie) of laat water vuur uit de hand lopen (te weinig water energie).
[bewerk] Brandstoffen
Belangrijke brandstoffen zijn:
- steenkool
- aardgas
- olieproducten (van minerale of plantaardige oorsprong)
Andere brandstoffen, die tegenwoordig nauwelijks meer gebruikt worden in de westerse wereld zijn:
[bewerk] Toepassingen
Het vuur heeft enorm veel toepassingen. Enkele voorbeelden zijn:
- Verwarming
- Voedselbereiding (koken)
- Verlichting (gaslamp, fakkel)
- Aandrijving (stoomkracht, verbrandingsmotor)
- Industriële chemische processen
- Gezelligheid (kampvuur, open haard, kaarslicht)
- Lassen
- Metaalbewerking (smeden)
- Vuurwerk
[bewerk] Methoden om vuur te maken
- Lucifer
- Vuursteen
- Tondeldoos (een doos met vuursteen en een licht ontvlambare stof, tondelzwam)
- Brandglas (een soort vergrootglas)
- Elektriciteit (door vonk of kortsluiting)
- Wrijving (bijvoorbeeld bij het vastlopen van een lager)
[bewerk] Symboliek
Vuur staat symbool voor geestdrift en hartstocht (het vuur van de liefde).
In de Bijbel staat vuur symbool voor de nabijheid van God.
[bewerk] Vuur in de taal
- Het vuur uit de sloffen lopen (zich heel veel moeite en inspanning getroosten)
- In vuur en vlam (verliefd, of: heel enthousiast)
- De kastanjes uit het vuur halen (het riskante of onaangename werk doen om iets op te lossen)
- Uit het vuur slepen (met veel moeite voor elkaar krijgen)
- Olie op het vuur gooien (de onenigheid erger maken)
(Zie ook Lijst van Nederlandse spreekwoorden)
- vuurrood
Het woord vuur wordt ook gebruikt voor het schieten met vuurwapens:
- Het commando "Vuur" betekent: begin nu met schieten.
- Het commando "Staakt het vuren" betekent: Stop nu met schieten.
- "Onder vuur liggen" betekent: beschoten worden.