Joseph Smith
Joseph Smith (Sharon, 23 december 1805 - Carthage, 27 juni 1844) is de grondlegger van de Mormoonse leer en stichter van de Kerk van Jezus Christus van de 'Heiligen der Laatste Dagen', zoals de Mormonen officieel heten. Hij is de zoon van Joseph Smith Sr. en Lucy Mack Smith.
Joseph Smith getuigde van visioenen en openbaringen die hij zei te hebben gekregen. Hij werkte die uit in onder meer zijn boek De leer en verbonden.
Inhoud |
[bewerk] Het Eerste Visioen
In het voorjaar van 1820 zou hij op 14-jarige leeftijd het 'Eerste Visioen' hebben ontvangen, in antwoord op zijn gebed bij welke kerk hij zich moest aansluiten. In dit visioen verschenen volgens zijn zeggen God de Vader en Jezus Christus aan hem, die hem duidelijk zouden hebben gemaakt zich bij geen der bestaande kerken aan te sluiten. Op een later tijdstip zou hij instrumentaal zijn in het herstellen van de oorspronkelijke kerk zoals ten tijde van Christus' leven op aarde.
[bewerk] De vertaling van het Boek van Mormon
Na het 'Eerste Visioen' volgden andere bezoeken van hemelse boodschappers. Op 23 september 1823 verscheen volgens Smith de engel Moroni. Hij vertelde Joseph dat God een werk voor hem te doen had en dat er een verslag van de oude inwoners van Amerika in een nabijgelegen heuvel (Cumora) begraven lag, dat 'de volheid van het evangelie van Jezus Christus' bevatte. In 1827 ontving Joseph het verslag dat op dunne gouden platen geschreven stond. Vervolgens vertaalde hij het boek in het Engels, naar hij zei met inspiratie van God. Het boek heet Het Boek van Mormon. Het is genoemd naar Mormon, een profeet van weleer die de verslagen van profeten uit het Oude Amerika heeft samengevat. Als getuige van Christus onderschrijft het boek de goddelijke aard van Jezus Christus en wordt het bezoek van Christus dat na zijn opstanding aan zijn volgelingen in Amerika zou hebben plaatsgevonden omschreven.
[bewerk] De herstelling van priesterschapsgezag
Ter voorbereiding op de herstelling van de oorspronkelijke christelijk kerk werd ook het priesterschapsgezag hersteld. Op 15 mei 1827 verscheen volgens de Mormoonse traditie Johannes de Doper aan Joseph Smith en Oliver Cowdery en verleende hun het lagere of Aäronische priesterschap. Het is het priesterschap dat de wet van Mozes bediende en ten tijde van het Oude Testament van Aäron tot Johannes de Doper operationeel was onder wat volgens de Bijbel het verbondsvolk van God is: het volk Israël. Het omvat volgens de Mormoonse leer o.a. het gezag om het evangelie van bekering te verkondigen en om te dopen.
In dat zelfde jaar verschenen, volgens diezelfde traditie, ook Petrus, Jakobus en Johannes aan Joseph Smith en verleenden hem het hogere of Melchizedeks priesterschap. In de Mormoonse leer omvat dit het gezag om de kerk te presideren en alle verordeningen te verrichten, inclusief het verstrekken van de gave van de Heilige Geest.
[bewerk] De organisatie van de kerk
De officiële organisatie van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen vond plaats op 6 april 1830. Er waren toen zes leden. Inmiddels heeft de kerk wereldwijd een ledental van 12 miljoen. Hoewel de kerk de op vier na grootste christelijke (zie onder) kerk in Amerika is, zijn er meer leden buiten de VS dan in de VS.
[bewerk] Martelaarschap van Joseph Smith
Na een leven van vervolging werden Joseph Smith en zijn broer Hyrum op 27 juni 1844 in Carthage, Illinois door een menigte vermoord.
[bewerk] De Mormoonse leer en het christendom
Veel niet-Mormoonse christenen en theologen vinden dat de Mormoonse leer op wezenlijke punten afwijkt van de christelijke leer en verwerpen dan ook het door de Mormonen zeer gewenste predicaat 'christelijk'. Een van de grootste struikelblokken is de hantering van een heilig boek, het Boek van Mormon, als gezaghebbend naast de Bijbel. Andere punten zijn onder meer de afwijkende leer op het priesterschap en de rol van de Mormoonse legende over de oudste inwoners van Amerika.
[bewerk] De Mormoonse leer en de vrijmetselarij
- De Mormoonse kerk heeft een uitgesproken negatieve houding tegenover de vrijmetselarij. Paradoxaal was Joseph Smith en enkele oprichters van de Mormoonse kerk lid van een reguliere vrijmetselaarsloge.
