Harold Urey
Harold Clayton Urey (29 april 1893 – 5 januari 1981) was een Amerikaans scheikundige.
Hij was eerst professor chemie te New York en sinds 1945 te Chicago. Hij ontdekte in 1932 deuterium, waarvoor hij in 1934 de Nobelprijs verwierf. In de Tweede Wereldoorlog werkte hij mee aan het Manhattan project. Na de oorlog legde Urey zich toe op de chemie van het eerste leven en ontwikkelde met een van zijn studenten, Stanley Miller, het beroemde Urey-Miller experiment dat aantoonde dat onder de veronderstelde omstandigheden op de vroege Aarde de bouwstoffen van het leven spontaan kunnen ontstaan.
Winnaars van de Nobelprijs voor de Scheikunde (1926-1950) |
1926: Svedberg | 1927: Wieland | 1928: Windaus | 1929: Harden, Euler‑Chelpin | 1930: H.Fischer | 1931: Bosch, Bergius | 1932: Langmuir | 1934: Urey | 1935: F.Joliot‑Curie, I.Joliot‑Curie | 1936: Debye | 1937: Haworth, Karrer | 1938: Kuhn | 1939: Butenandt, Ružička | 1943: Hevesy | 1944: Hahn | 1945: Virtanen | 1946: Sumner, Northrop, Stanley | 1947: Robinson | 1948: Tiselius | 1949: Giauque | 1950: Diels, Alder |