Slag om de Ardennen
Slag om de Ardennen | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Conflict | Tweede Wereldoorlog | ||||||||||||||
Datum | 16 december 1944 - 28 januari 1945 | ||||||||||||||
Plaats | Ardennen | ||||||||||||||
Resultaat | Geallieerde overwinning | ||||||||||||||
|
|||||||||||||||
Partijen | |||||||||||||||
|
|||||||||||||||
Campagne | |||||||||||||||
|
De Slag om de Ardennen (of Ardennenoffensief) was het laatste grote offensief van het Duitse leger aan het westelijk front in de Tweede Wereldoorlog. De slag vond plaats van 16 december 1944 tot 27 januari 1945. In de Engelstalige wereld staat deze strijd bekend onder de naam Battle of the Bulge, zo genoemd vanwege de vorm van de frontlijn (een uitstulping of zak).
Het Duitse offensief, met als codenaam Wacht am Rhein begon op 16 december 1944. De bedoeling was een snelle doorstoot vanuit de Ardennen om de geallieerde opmars in tweeën te splijten, waarna in noordelijke richting moest worden doorgestoten om Antwerpen in te nemen. Om verwarring te zaaien zou een gevechtsgroep onder Otto Skorzeny achter de linies opereren in geallieerde uniformen (Operatie Greif). Hoewel de geallieerden aanvankelijk werden overrompeld, herstelden ze zich snel. Op 21 december hadden de Duitsers de 101 luchtlandingsdivisie in de stad Bastogne omsingeld. Maar toen ze overgave eisten, antwoordde de bevelhebber generaal Anthony McAuliffe met het historisch geworden Nuts (betekenis: loop naar de hel).
Op 24 december was het Duitse offensief nog voor de Maas vastgelopen. De weersomstandigheden verbeterden en de geallieerden sloegen vooral via hun luchtmacht terug. Op 13 januari 1945 moesten de Duitsers hun beleg van Bastogne opgeven, en op 27 januari was de strijd afgelopen. De Amerikanen verloren 75.522 man (gedood, gewond, vermist, of gevangen genomen); de Britten verloren 1408 man, en de Duitsers 67.675 man.
De analyses van deze strijd geven verschillende interpretaties. Vaak werd geconcludeerd dat het Duitse offensief de geallieerde opmars met drie of meer maanden vertraagde, maar andere analyses stellen dat het offensief de geallieerden in staat stelden belangrijke Duitse troepeneenheden buiten de Duitse Westwall te vernietigen.
De geschiedkundige Lou de Jong wijst er in zijn Het koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog (Deel 10 b, tweede helft, pag. 745-757) op dat Hitler met het Ardennenoffensief een politiek doel na heeft gestreefd. Hij wilde de geallieerde opmars in het westen aanzienlijk vertragen, met de hoop dat daardoor de wil tot voortzetting van de oorlog bij de geallieerden zou afnemen en er verschillen zouden optreden tussen Engeland en Amerika in de te volgen politieke en militaire strategie. Het hele offensief is slechts te begrijpen vanuit deze politieke doelstelling. Militair-strategisch was het een wanhoopsoffensief, dat door Karl von Rundstedt de Oberbefehlshaber West en Walter Model de Oberbefehlshaber Heeresgruppe B sterk was ontraden. Militair-strategisch liep het offensief op niets uit. Politiek heeft het geen enkele invloed op het verloop van de oorlog gehad. Hitler taxeerde de wil tot voortzetting van de oorlog bij de geallieerden totaal verkeerd. De hele operatie heeft slechts geleid tot enige vertraging in de geallieerde opmars, die overigens vooral door gebrek aan brandstof werd gehinderd, en maakte veel slachtoffers.
Zie ook |
---|
Tweede Wereldoorlog | Nederland in WO2 | België in WO2 | Nazi-Duitsland |