Vulkaan
|
Een vulkaan (ook vuurspuwende berg geheten) is een geologische structuur, veelal in de vorm van een (kegelvormige) berg, waardoor magma uit de mantel het oppervlak van een planeet kan bereiken. Wanneer dit magma onder hoge druk en met hoge temperatuur de oppervlakte bereikt, wordt dat een eruptie genoemd.
Op aarde worden vulkanen vooral aangetroffen in gebieden waar continentale platen aan elkaar grenzen. Een uitzondering hierop vormen hotspots. Dit zijn gebieden waar heet materiaal uit de mantel door de korst heen naar boven komt. Ook op andere steenachtige planeten en manen binnen ons zonnestelsel komen vulkanen voor. Zo zijn op de planeten Venus en Mars en de manen Io (Jupiter) en Triton (Neptunus) vele vulkanen waargenomen. Van de laatste twee wordt vermoed dat ze vloeibare stikstof of methaan uitstoten; het vulkanisme waarbij dit optreedt wordt cryovulkanisme genoemd.
De wetenschap waarbij vulkanen en aan vulkanisme gerelateerde verschijnselen worden bestudeerd heet vulkanologie.
Vulkanische vlakten, en ook geisers, warmwaterbronnen en kokende modderbronnen zijn tevens belangrijke vulkanische vormen die in de buurt van vulkanen kunnen worden aangetroffen, maar omdat ze geen uitgesproken reliëf kennen zijn het geen vulkanen. Ze ontstaan doordat de aardkorst in de buurt van vulkanen dunner is dan op andere plaatsen.
Inhoud |
[bewerk] Classificaties
[bewerk] Samenstelling
Een veelgebruikte classificatie voor vulkanen is gebaseerd op de samenstelling van het gesteente dat gevormd wordt.
- Zure vulkanen: als het magma felsisch (of zuur) van samenstelling is (de concentratie silica is boven de 65%) is het magma stroperig. Daardoor kan deze massa de kratermond moeilijk verlaten of kan het de opening door plugvorming zelfs verstoppen. Dit laatste is er de oorzaak van dat de erupties bij dergelijke vulkanen vaak zeer explosief verlopen en gepaard gaan met gloedwolken. Eenmaal aan de oppervlakte stolt het magma, dat nu lava wordt genoemd, relatief snel. De Lassen Peak in Californië is een goed voorbeeld van een zure vulkaan. Ook het stollingsgesteente ontstaan uit de Mount Saint Helens in de staat Washington heeft een zure samenstelling.
- Basische vulkanen: als het magma mafisch (of basisch) van samenstelling is (bij lage silica-concentraties) is het magma minder stroperig en zal de eruptie minder explosief verlopen omdat het magma de krateropening gemakkelijker kan verlaten. De lava kan door de lage viscositeit langere afstanden afleggen, en stroomt veel sneller dan zure lava. Vulkanen van dit type worden onder andere aangetroffen op IJsland en Hawaii.
[bewerk] Vorm
Bij een andere classificatiemethode wordt naar de vorm van de vulkaan gekeken.
- Schildvulkanen zijn gevormd door laag-visceuze (dus mafische) lava die ver kan uitstromen, waardoor de vulkanen gekenmerkt worden door een brede basis en langzaam oplopende, flauwe hellingen. De grootste vulkanen op aarde zijn van dit type. De Mauna Loa op Hawaii met een doorsnede van 120 km is hiervan een duidelijk voorbeeld.
- Kegelvulkanen ontstaan als gruis, puin en veelal kleine rotsblokken door de vulkanische opening worden uitgeworpen en zich daaromheen ophopen. Hierdoor ontstaat er een kegel met in het midden een krater. Een voorbeeld is de Hverfell bij Mývatn op IJsland.
- Stratovulkanen zijn het tegenovergestelde van schildvulkanen. De lava die uit dit type vulkaan komt is veel visceuzer (en dus zuurder van samenstelling) en taaier dan de lava geproduceerd door schildvulkanen. Daardoor kan de lava niet ver uitstromen. De lava hoopt zich als het ware op waardoor de vulkaan hele steile wanden vormt. De Fuji in Japan is een bekende stratovulkaan.
- Het laatste type vulkanen vormen de supervulkanen. Dit zijn vulkanen die weinig reliëf hebben en vaak voorkomen als kloven of gaten in het landschap. Over een periode van een miljoen jaar barsten ze slechts 1 à 2 keer uit en stoten daarbij grote hoeveelheden as en stof uit (meer dan 2500 km3). Een voorbeeld is de Toba op Sumatra.
[bewerk] Kracht
Een nog andere classificatie gaat uit van de explosieve kracht van de uitbarsting van de vulkaan, waarbij de naam van een bekende vulkaan dikwijls als classificatie voor de betreffende explosieve kracht geldt. De Amerikanen Chris Newhall van de United States Geological Survey en Steve Self van de Universiteit van Hawaï hebben in 1982 de Vulkanische Explosiviteits Index (VEI) opgezet voor het geven van een relatieve meting van de explosiefheid van vulkanische uitbarstingen. Deze index loopt van 0 tot 8; elke eenheid hoger betekent een 10 keer zwaardere explosieve kracht. Zo heeft de Mauna Loa een VEI-index van 1, de Etna een index 2, de Krakatau een index 6 en een supervulkaan als de Yellowstonecaldera een VEI-index van 8.
Uit bovenstaande classificatie-methoden is duidelijk dat het al dan niet zuur of basisch zijn van de samenstelling van magma van grote invloed is op de vorm en de explosieve kracht van een vulkaan.
[bewerk] Gedrag
Vulkanische activiteit gaat vaak gepaard met aardbevingen. Lichte aardbevingen in de buurt van vulkanen wijzen vaak op een naderende eruptie. Ook gas-emissie kan wijzen op verhoogde activiteit. Maar het is ook mogelijk dat vulkanen jaren achtereen roken, zonder tot eruptie te komen. Aan de andere kant kunnen vulkanen ook zonder voorafgaande aanwijzingen ineens actief worden.
Uitgedoofde of dode vulkanen zijn vulkanen waarbij de aardkorst in de loop der tijd dusdanig is dichtgegroeid dat er geen magma meer doorheen kan komen. Vulkanen die al lange tijd (enkele eeuwen, over de precieze tijdsduur zijn de meningen verdeeld) geen activiteit vertonen, worden slapende vulkanen genoemd. Ten slotte zijn er de actieve vulkanen die hooguit enkele (tientallen) jaren geen activiteit vertonen. Maar ook slapende vulkanen kunnen onverwacht tot uitbarsting komen en zelfs in het verleden dood gewaande vulkanen worden soms nog weer actief.
[bewerk] Verspreiding
Hoewel vulkanen min of meer willekeurig verspreid over de gehele aarde voorkomen, concentreren ze zich met name rondom de randen van tektonische platen en rondom mid-oceanische ruggen. Met name rondom de Grote Oceaan is zo'n concentratie bekend, de zogenaamde Ring van Vuur; de meeste vulkanen in Indonesië, de Filipijnen, Japan, de Koerilen, Kamtsjatka en de westkust van Amerika maken er deel van uit. Voorts komen vulkanen voor in de buurt van zogenaamde hotspots; de eilanden van Hawaii en de Canarische Eilanden zijn hier voorbeelden van. Voor de oorzaken rondom het geconcentreerd zijn van vulkanisme in bepaalde gebieden, zie Platentektoniek.
[bewerk] Zie ook
[bewerk] Externe links
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden op de pagina Volcano op Wikimedia Commons. |