Hurrieten
De Hurrieten of Hurri (ook wel Khurrieten genoemd; art. Hittites, in The Columbia Encyclopedia6 (2001-05).) waren een volk uit het oude Nabije Oosten, dat vanaf ongeveer 25e eeuw v. Chr. in het noorden van Mesopotamië en de nabijgelegen gebieden ten oosten en westen daarvan leefde. Zij kwamen vermoedelijk uit de Kaukasus en drongen vanuit het noorden Mesopotamië binnen, maar zeker is dat niet. Ze kwamen uit Subar, de Khaburvallei, en later vestigden zij zich als heersers van de kleine koninkrijken in Noord-Mesopotamië en -Syrië. De grootste en invloedrijkste Hurritische natie was echter het koninkrijk van de Mitanni.
Inhoud |
[bewerk] Volk
De Hurrieten hadden zich in het tweede millennium v. Chr vrijwel overal in het oude Nabije Oosten gevestigd. Zij waren vermoedelijk de grootste etnische groep in het gebied. Toch waren ze in de meeste delen slechts een minderheid onder de bevolking. Een Hurritische bevolkingsmeerderheid bestond enkel in de Khaburvallei en in het koninkrijk van Arrapha. Tegen het eerste millennium v. Chr. hadden de Hurrieten zich met andere volkeren vermengd, behalve misschien in het koninkrijk van Urartu.
[bewerk] Taal
De Hurrieten spraken een ergatief-agglutinatieve taal; het Hurritisch, dat niet verwant was met de naburige Semitische of Indo-Europese talen, maar wel duidelijk verwant was met het Urartisch en mogelijk verre familie is van de hedendaagse Dagestaanse talen. Veel onderzoekers die het Hurritisch als een proto-Koerdische taal beschouwen, wijzen op de sterke ergativiteit in het Koerdisch als een van de belangrijkste syntactische overeenkomsten tussen de twee talen. Naast de grammaticale overeenkomsten komen er ook veel Hurritische woorden voor in het Koerdisch.
In ongeveer 2000 v. Chr. namen de Hurrieten het Akkadische spijkerschrift over als het officiële Hurritische schrift. Aan deze overgang is het te danken dat men tegenwoordig de Hurritische geschriften kan lezen. In het Hurritisch werden ook logogrammen uit het Sumerisch gebruikt, waarvan onderzoekers tegenwoordig de Hurritische uitspraak niet kennen. Daardoor is het Hurritisch nog lang niet helemaal ontcijferd, en zitten er veel leemten in de hedendaagse kennis van de Hurritische vocabulaire.
Teksten in het Hurritisch zijn gevonden in Hattusa en Ugarit (Ras Shamra). De belangrijkste taalkundige vondst met betrekking tot het Hurritisch was één van de langste Amarna-brieven; geschreven door koning Tushratta van Mitanni, aan farao Amenhotep III. Tot de vondst van een verzameling letterkundige, Hurritische (en van een Hettitische vertaling voorziene) tabletten in Hattusa in 1983 was dat het enige bekende lange in het Hurritisch geschreven geschrift.
[bewerk] Geschiedenis
Waar de Hurrieten vandaan komen is nog steeds een mysterie. Volgens sommige bronnen werden zij door een Indo-Arische priesterkaste geleid. Omstreeks 2400 v. Chr. hadden ze zich waarschijnlijk verbreid vanaf de uitlopers van de Kaukasus. In de eeuwen daarna duiken Hurritische namen sporadisch op in het noorden van Mesopotamië en de streek rond Kirkuk in het moderne Irak. Hun aanwezigheid is geboekstaafd bij Nuzi, Urkesh en andere sites. Uiteindelijk bezetten ze een wijde boog vruchtbaar akkerland die zich uitstrekte van het dal van de Khabur tot de uitlopers van het Zagrosgebergte.
[bewerk] De stadstaat Urkesh
Het dal van de Khabur vormde duizend jaar lang het hart van het land van de Hurrieten. Het eerste bekende Hurritische koninkrijk ontstond aan het eind van het derde millennium v. Chr. rondom de stad Urkesh. Het einde van het Akkadische rijk stelde de Hurrieten in staat de controle over het gebied te verwerven. Deze streek was lange ijd het middelpunt geweest van rijke culturen (zie Tell Halaf en Tell Brak). Nu konden de Hurrieten daarvan profiteren en hun eigen hoogontwikkelde stadstaat organiseren.
De stadstaat van Urkesh had echter nog een paar machtige buren. Ergens aan het begin van het tweede millennium v. Chr. werd Urkesh een vazalstaat van het zuidelijker gelegen Amoritische koninktijk van Mari. In de voortdurende machtsstrijd over Mesopotamië maakte een andere Amoritische dynastie zich in de 18e eeuw v. Chr. meester van Mari. De hoofdstad van dit Oud-Assyrische koninkrijk, Shubat-Enlil geheten, werd op enige afstand van Urkesh gesticht bij een andere Hurritische nederzetting in het dal van de Khabur.
[bewerk] Het koninkrijk van Yamhad
De Hurrieten trokken in deze periode ook naar het westen. Tegen 1725 v. Chr. worden ze ook aangetroffen in het noorden van Syrië, zoals Alalakh. Over het Amoritisch-Hurritische koninkrijk van Yamhad is geschreven dat het omstreeks 1600 v. Chr. met de vroeg Hettitische koning Hattusilis I om dit gebied streed. De Hurrieten vestigden zich ook in de kuststreek van Adaniya in het land van Kizzuwatna. Yamhad bezweek uiteindelijk voor de machtige Hettieten, amaar dat opende ook de weg naar Anatolië voor de culturele invloeden van de Hurrieten. De Hettieten werden gedurende enkele eeuwen daarna beïnvloed door de Hurritische cultuur.
[bewerk] De opkomst van Mitanni
De Hettieten zetten hun expansie naar het zuiden na de val van Yamhad voort. Het leger van de Hittitische koning Mursili I drong door tot Babylon en plunderde de stad. De vernietiging van het Babylonische koninkrijk en dat van Yamhad droeg bij aan de opkomst van een andere Hurritische dynasty. De eerste heerser was een legendarische koning, genaamd Kirta, die omstreeks 1500 v. Chr. het koninkrijk van Mitanni vestigde. Mitanni groeide geleidelijk vanuit het dal van de Khabur en werd tussen ca. 1450-1350 v. Chr. het machtigste koninkrijk van het Nabije Oosten.
[bewerk] De staat van Arrapha
Ook een ander Hurritisch koninkrijk pofiteerde van de ondergang van de Babylonische grootmacht in de 16e eeuw v. Chr. Er woonden al Hurrieten in de streek ten noorden van de Tigris, om wat nu de Koerdische stad Kirkuk is. Dit was het koninkrijk van Arrapha. Opgravingen bij Yorgan Tepe, het oude Nuzi, leverden een van de belangrijkste sites op voor onze kennis over de Hurrieten. Hurritische koningen zoals Ithi-Teshup and Ithiya heersten over Arrapha, maar tegen het midden van de 15e eeuw v. Chr. waren ze vazallen geworden van de Grote Koning van Mitanni. Arrapha zelf werd in de 14e eeuw v. Chr. verwoest door de Assyriërs.
[bewerk] Het einde van de Hurrieten
Tegen de 13e eeuw v. Chr. waren alle Hurritische staten overwonnen door andee volken. Het hart van het land van de Hurrieten, het dal van de Khabur, werd een Assyrische provincie. Het is niet duidelijk wat er aan het eind van de bronstijd met het Hurritische volk gebeurd is. Volgens sommige onderzoeker wooonden de Hurrieten tijdens het begin van de ijzertijd in het land Subria ten noorden van Assyrië.
De Hurritische bevolking van Syrië schijnt in de volgende eeuwen haar taal te hebben ingeruild voor het Assyrische dialect van Akkadisch, of, waarschijnlijker, Aramees. In ongeveer dezelfde periode schijnt een Urartisch, een taal die lijkt op oud-Hurritisch, sprekende aristocratie de toenmalige bevolking van de streek rond het Vanmeer te hebebn onderworpen, waarmee het koninkrijk Urartu ontstond.
[bewerk] Cultuur en maatschappij
De kennis over de Hurritische cultuur berust op archeologische opgravingen bij plaatsen zoals Nuzi en Alalakh en op spijkerschrifttabletten, vooral die uit Hattusa (Boghazköy), de hoofdstad van de Hettieten, want de Hurrieten hadden veel invloed op de Hettitische beschaving. Tabletten uit Nuzi, Alalakh en ande steden met een Hurritische bevolking (wat blijkt uit namen van personsn) onthullen ook Hurritische culturele invloeden, zelfs al zijn ze in het Akkadisch geschreven. Hurritische rolzegels werden zorgvuldig uitgesneden en bevatten vaak mythologische motieven. Ze vormen een sleutel tot het begrip van de Hurritische cultuur en geschiedenis.
[bewerk] Keramiek
De Hurrieten waren uitstekende pottenbakkers. Hun keramiek wordt overal in Mesopotamië en in de landen ten westen van de Eufraat aangetroffen, in het verre Egypte werd het tijdens het Nieuwe Rijk zeer gewaardeerd. Archeologen gebruiken de termen Khabur ware en Nuzi ware voor het op een pottenbakkerswiel gemaakte Hurritische aardewerk. Het wordt gekenmerkt door rode, soms bruine of zwarte geschilderde lijnen in een geometrisch patroon en met stippen. Foto van een Khabur ware kruik gevonden bij de Chagar Bazar, nu in het British Museum.
[bewerk] Metallurgie
De Hurrieten waren vermaard om hun metallurgie. De Sumeriërs ontleenden hun koperterminologie aan het Hurritische vocabulaire. Koper werd vanuit het hoogland van Anatolië nar Mesopotamië verhandeld. Het dal van de Khabur had een centrale rol in de metaalhandel. Koper, zilver en zelfs tin was in de door de Hurrieten overheerste landen Kizzuwatna en Ishuwa in het Anatolische hoogland te krijgen. Goud moest echter worden geïmporteerd uit Egypte, leren we uit de Amarna-brieven. Er zijn niet veel Hurritische metalen voorwerpen beward gebleven, behalve in het latere Urartu. Bij Urkesh zijn wat kleine fraaie leeuwenfiguurtjes ontdekt.
[bewerk] Het paard
De Hurrieten zijn moeilijk los te zien van het paard. Mogelijk hebben ze het zelfs ca. 2000 v. Chr. vanuit Cetraal-Azië in het Nabije Oosten geïntroduceerd. De naam van het land Ishuwa, waar een flinke Hurritische bevolkingsgroep gezeten kan hebben, betekende 'paardenland'. Een beroemde tekst die bij Hattusa ontdekt is gaat over het trainen van paarden. De man die in Hattusa verantwoordelijk was voor het trainen van paarden was een Hurriet met de naam Kikkuli. De terminologie die in verband met het tainen van paarden wordt gebruikt kent veel leenwoorden uit Indo-Arische talen (Mayrhofer, 1974). Dat overtuigde eerdere onerzoekers ervan dat de elite van de Hurritische maatschappij een Indo-Arische etnische groep was die het land met hun paarden en strijdwagens waren binnengevallen, net zoals de Vedische Indiërs.
[bewerk] Muziek
Tusen de in Ugarit gevonden Hurritische teksten bevonden zich ook de oudste bekende voorbeelden van bladmuziek, daterend uit ca. 1800 v. Chr. Op de webpagina van Urkesh is een reconstructie van een hymne te horen.
[bewerk] Religie
De Hurritische cultuur had veel invloed op de religie van de Hettieten. Vanuit het Hurritische religieuze centrum in Kummanni in Kizzuwatna verspreidde de Hurritische godsdienst zich onder de Hettitische bevolking. Door syncretisme vermengden de Oud-Hettitische en Hurritische religies zich met elkaar. De Hurritische religie verspreidde zich naar Syrië, waar Baäl de tegenhanger werd van Teshub. Het latere koninkrijk van Urartu vereerde ook goden van Hurritische origine. De Hurritische religie besloeg in verschillende vormen het hele oude nabije oosten, behalve Egypte en het zuiden van Mesopotamië.
De belangrijkste goden in het Hurritische pantheon waren:
- Teshub, Teshup; de machtige weergod.
- Hebat, Hepa; zijn vriouw, de moedergodin, door de Hettieten beschouwd als de zonnegodin.
- Sharruma, or Sarruma, Šarruma; hun zoon.
- Kumarbi; de oeroude vader van Teshub.
- Shaushka, or Shawushka, Šauska; was de Hurritische tegenhanger van de Assyrische Ishtar, en een godin van de geneeskunst.
- Shimegi, Šimegi; de zonnegod.
- Kushuh, Kušuh; de maangod. Symbolen van de zon en de halve maan verschijnen bnaast elkaar in de Hurritische ikonografie.
- Nergal; een Babylonische god van de onderwereld, de Hurritische naam is onbekend.
Namen van Indo-Arische goden uit de Vedische religie zij in teksten en namen van personen overgeleverd, maar het is niet bekend of er een eredienst of tempels voor waren.
Hurritische rolzegels beelden vaak mythologische schepsels af zoals gevleugelde mensen of dieren, draken en andere monsters. De interpretatie van deze afbeeldingen van goden en demonen is onzeker. Misschien waren het zowel beschermende als boosaardige geesten. Een deel ervan doet denken aan de Assyrische shedu.
De Hurritische goden hadden waarschijnlijk geen eigen tempels zoals in de Mesopotamische en Egyptische godsdiensten. Belangrijke centra voor de eredienst waren Kummanni in Kizzuwatna en het Hettitische Yazilikaya. Harran was in elk geval later een religieus centrum voor de maangod en Shauskha had een belangrijke tempel in Ninive toen die stad door de Hurrieten bestuurd werd. Er is een tempel voor Nergal gebouwd in Urkesh aan het eind van het derde millennium v. Chr. De stad Kahat was een religieus centrum in het koninkrijk Mitanni.
De Hurritische mythe "De liederen van Ullikumni" die bij de Hettieten bewaard is gebleven, is een parallel van de Theogonia van Hesiodus: de castratie van Uranus door Chronos kan afgeleid zijn van de castratie van Anu door Kumarbi, terwijl de onderwerping van Chronos door Zeus en het uitbraken van de door Chronos verslonden goden op de Hurritische mythe van Teshub en Kumarbi lijkt1. Er is voorgesteld dat dat de cultus van Attis ontleend is aan de Hurritische mythologie.2. De Frygische godin Cybele zou dan de pendant zijn van de Hurritische godin Hebat.
[bewerk] Belangrijke vindplaatsen
Op de volgende lijst staan een paar belangrijke vindplaatsen uit het gebied dat door de Hurrieten beheerst werd. Verslagen van opgravingen en afbeeldingen zijn te vinden op de vermelde websites. Hierboven is al vermeld dat er ook belangrijke ontdekkingen over de Hurritische cultuur en geschiedenis zijn gedaan bij Alalakh, Amarna, Hattusa en Ugarit. Alle websites zijn Engelstalig, tenzij anders vermeld.
- Tell Mozan (ancient Urkesh) Urkesh, overview
- Yorghan Tepe (ancient Nuzi) The Semitic Museum: Nuzi and the Hurrians
- Tell Brak (ancient Nagar) Educatieve site over Tell Brak
- Tell Leilan (ancient Shehna and Shubat-Enlil) Yale Tell Leilan Project
- Tell Barri (ancient Kahat) Missione Italiana archaeologica a Tell Barri
- Tell Beydar (ancient Nabada) ESE Tell Beydar
- Kenan Tepe Upper Tigris Archaeological Research Project
- Tell Tuneinir Tell Tuneinir St. Louis Archaeological Expeditions
- Umm el-Marra (ancient Tuba?) The Johns Hopkins/University of Amsterdam Joint Expedition to Tell Umm el-Marra
- Tell Chuera Grabung Tell Chuera
- Hammam al Turkman (ancient Zalpa?) Excavation Hammam al Turkman, Leiden University
- Tell Sabi Abyad Dutch Excavation at Tell Sabi Abyad
- Hamoukar The Hamoukar Expedition University of Chicago
- Chagar Bazar
- Tell el Fakhariya / Ras el Ayn (ancient Washukanni?)
- Tell Hamidiya (ancient Taidu?)
[bewerk] Zie ook
[bewerk] Voetnoten
1 Güterbock, Hans Gustav: "Hittite Religion"; in Forgotten Religions: Including Some Living Primitive Religions (ed. Vergilius Ferm) (NY, Philosophical Library, 1950), pp. 88–89, 103–104
2 Gesuggereerd door Jane Lightfoot in Times Literary Supplement 22 July 2005 p 27, in haar verslag van Philippe Borgeaud, Mother of the Gods: from Cybele to the Virgin Mary, Johns Hopkins 2005 ISBN080187985X.
[bewerk] Bibliografie
- Isaac Asimov, The Near East: 10,000 Years of History, Boston: Houghton Mifflin, 1968.
- Ignace J. Gelb, Hurrians and Subarians, Studies in Ancient Oriental Civilization No. 22, Illinois, University of Chicago Press, 1944.
- Mayrhofer, Manfred: Die Arier im Vorderen Orient - ein Mythos?, Wenen, 1974.
- Wilhelm, Gernot: The Hurrians, Aris & Philips Warminster, 1989.
- Wilhelm, Gernot (ed.): Nuzi at seventy-five (Studies in the Civilization and Culture of Nuzi and the Hurrians), Capital Decisions Ltd Bethesda, 1999.
- Diakonov I.M., Starostin S.A. Hurro-Urartian as an Eastern Caucasian Languages. Münchener Studien zur Sprachwissenschaft, R. Kitzinger, München, 1986.
- Merlin Stone, Eens was God als Vrouw belichaamd (1979), Servire Katwijk, ISBN 9060775821