Tsjetsjenië
Vlag | Wapen |
---|---|
Vlag van Tsjetsjenië |
|
Locatie in Rusland | |
Basisgegevens | |
Federaal district: | Zuid |
Economische regio: | Noord-Kaukasus |
Hoofdstad: | Grozny |
Oppervlakte | 15.680,4 km² |
Bevolking: | 1.103.686 (census 2002) |
Bevolkingsdichtheid: | 70,39/km² |
Officiële talen: | Russisch, Tsjetsjeens |
Religie: | soefisme, wahabisme, Russisch-orthodoxisme |
Volkslied: | Volkslied van Tsjetsjenië |
Tijdzone: | UTC+3 |
ISO 3166-2 | Kenteken: | CE | 20 |
Politiek | |
President: | Alu Alchanov |
Premier: | Ramzan Kadyrov |
Officiële website: | chechnya.gov.ru |
Tsjetsjenië, voluit de Tsjetsjeense Republiek (Russisch: Чеченская республика, Tsjetsjeens: Нохчийн Республика/Noxçiyn Respublika[1]), is een autonome republiek van de Russische Federatie, gelegen in de noordelijke Kaukasus en maakt deel uit van het Zuidelijk Federaal District.
Inhoud |
[bewerk] Geografie
Het gebied grenst aan het land Georgië in het zuiden en aan drie andere autonome republieken van de Russische Federatie: Dagestan (ten oosten en noordoosten), Ingoesjetië (ten westen) en Noord-Ossetië (ten zuidwesten). In het noordwesten grenst het aan de kraj Stavropol.
[bewerk] Geschiedenis
[bewerk] Vroege geschiedenis
Tsjetsjenië kwam halverwege de negentiende eeuw ondanks felle tegenstand in Russische handen. In 1921 werd het een onderdeel van de autonome Republiek der Bergvolken. Een jaar later kregen de Tsjetsjenen een autonome regio, die in 1934 werd verenigd met die van de Ingoesjeten en die in 1936 de status van ASSR kreeg.
Deze ASSR werd in 1944 opgeheven, toen op last van Stalin de Tsjetsjenen en Ingoesjeten (en nog een reeks andere volken) collectief naar Centraal-Azië werden gedeporteerd, omdat zij zouden hebben gecollaboreerd met de nazi's. In 1957 werd de Tsjetsjeens-Ingoesjetische ASSR heropgericht en konden de gedeporteerden terugkeren.
[bewerk] Onafhankelijkheidsstrijd
In 1991 wordt de communistische heerser Zavgajev van de macht verdreven en wordt de voormalige sovjet-luchtmachtgeneraal Dzjochar Doedajev tot president verkozen. Hij verklaart op 4 november van dat jaar Tsjetsjenië eenzijdig onafhankelijk als de Tsjetsjeense Republiek Itsjkerië, waardoor het zich eveneens afscheidt van Ingoesjetië.
De Russische regering erkende deze afscheuring niet, maar ondernam nog niets, uitgezonderd het afroepen van de noodtoestand op 8 november van dat jaar. Ook andere landen erkennen de onafhankelijkheid van Tsjetsjenië niet. In november 1994 breekt de Russische president Boris Jeltsin de onderhandelingen over de status van Tsjetsjenië af. De Tsjetsjeense oppositie, die pro-Russisch is, vormt eveneens een regering.
De 'Eerste Oorlog' (1994-1996) barst los na hevige gevechten tussen de troepen van president Doedajev en de oppositie. Op 11 december valt het Russische leger Tsjetsjenië binnen. Duizenden mensen, waaronder veel burgers, komen om in de strijd die volgt. Op 31 augustus 1996 bereiken Moskou en Tsjetsjenië een bestand en is de oorlog voorbij, maar een beslissing over de status is er nog steeds niet.
De 'Tweede Oorlog' (1999 tot heden) breekt uit naar aanleiding van meerdere bomaanslagen in Moskou en een inval van Tsjetsjeense rebellen onder Basajev in Dagestan. Het conflict verplaatst zich voor een deel naar Rusland zelf: op 23 oktober 2002 vallen Tsjetsjeense zwaar bewapende mannen en vrouwen net na de pauze van de Russische musical Nord Ost de zaal van het theater binnen. De aanwezigen denken eerst nog dat het in de lucht schieten bij de show hoort, maar worden gedwongen op de grond te gaan liggen. De gijzelaars eisen de terugtrekking van de Russische troepen.
Beide oorlogen worden gekenmerkt door een hoeveelheid aan misdaden tegen de menselijkheid. In deze eerste oorlog leverden de rebellen en Russische troepen strijd in bevolkte gebieden. In de tweede oorlog laten Tsjetsjenen vooral bommen ontploffen, gemunt op Russische burgers. Russische soldaten gebruiken buitensporig geweld in hun strijd tegen de rebellen/terroristen. Daarbij sneuvelen vele burgers en worden veel huizen vernield. Ook worden Tsjetsjeense mannen vermoord en Tsjesjeense vrouwen verkracht. Meer dan honderdduizend Tsjetsjenen zijn uit Tsjetsjenië gevlucht.
Bij de twee oorlogen in Tsjetsjenië zijn naar schatting 100.000 burgers, militairen en rebellen gedood, waaronder 3500 Russische soldaten tijdens de Tweede Tsjetsjeense Oorlog (1999-februari 2006; volgens het persbureau Interfax). Het conflict heeft ook veel slachtoffers gemaakt door landmijnen: Op 4 april 2006 maakten UNICEF en de Europese Commissie bekend dat in 11 jaar tijd 3030 mensen waren gedood of gewond geraakt door landmijnen. [2]
President Alchanov heeft in september 2006 een voorstel gedaan om de naam van de republiek te veranderen naar Nochtsjiin, omdat volgens hem de inwoners van het gebied nooit Tsjetsjeense Republiek noemen, maar deze naam gebruiken. Premier Kadyrov gaf echter aan hierop tegen te zijn.[3]
[bewerk] Demografie
Bij de Russische volkstelling van 2002 werden 1.103.686 personen geregistreerd, waarvan de Tsjetsjenen met 1.031.647 (93,5%) verreweg de grootste groep waren. Er waren verder kleine minderheden van Russen 40.645 of 3,7%), Kalmukken (8.883 of 0,8%) en een aantal andere etniciteiten die minder dan 0,5% van de bevolking uitmaakten. Aan het einde van de Sovjetperiode bestond nog 23% van de bevolking uit etnische Russen (294.000 bij de Sovjetvolkstelling van 1989). Door wijdverbreide criminaliteit en vermeende etnische zuivering, die zou worden uitgevoerd door de regering van Dzjochar Doedajev, vluchtten de meeste niet-Tsjetsjenen (vooral Russen, Oekraïeners, Ingoesjeten en Armenen) en ook een groot aantal Tsjetsjenen het gebied in de jaren '90.[4]
In de 16e tot de 19e eeuw bekeerde de meerderheid van de Tsjetsjenen zich tot het soefisme, dat daarop de algemene religie van de Tsjetsjenen werd. In de jaren '90 van de 20e eeuw kwam ook het radicale wahabisme op, dat werd meegebracht door Arabische strijders. Russisch-orthodox christendom wordt vooral door de Russische minderheid beleden.
[bewerk] Bestuurlijke indeling
[bewerk] Districten
De autonome republiek Tsjetsjenië bestaat uit 15 districten (Russisch: районы, rayoni). Hieronder staan deze districten met de bijbehorende bestuurlijke centra. Zie de kaart hiernaast voor de locaties binnen Tsjetsjenië.
nr. | District | Bestuurlijk centrum |
---|---|---|
1 | Naoerski (Наурский) | Naursk |
2 | Sjelkovskoi (Шелковской) | Sjelkovsk |
3 | Nadterezjni (Надтеречный) | Nadterezjnoj |
4 | Groznenski (Грозненский) | Grozny |
5 | Goedermesski (Гудермесский) | Goedermes |
6 | Soenzjenski (Сунженский) | Sernovodsk |
7 | Atsjchoj-Martanovski (Ачхой-Мартановский) | Atsjchoj-Martan |
8 | Oeroes-Martanovski (Урус-Мартановский) | Oeroes-Martan |
9 | Sjalinski (Шалинский) | Sjali |
10 | Koertsjalojevski (Курчалоевский) | Koertsjaloj |
11 | Itoem-Kalinski (Итум-Калинский) | Itoem-Kali |
12 | Sjatojski (Шатойский) | Sjatoj |
13 | Vedenski (Веденский) | Vedeno |
14 | Nozjaj-Joertovski (Ножай-Юртовский) | Nozjaj-Joert |
15 | Sjarojski (Шаройский) | Sjaroj |
[bewerk] Belangrijkste plaatsen
De belangrijkste plaatsen binnen het gebied waren bij de volkstelling van 2002:
- Grozny 210.720
- Sjali 40.356
- Oeroes-Martan 39.982
- Goedermes 33.756
- Argoen 25.698
- Koerzaloj 20.857
[bewerk] Rivieren
Door het gebied stromen drie belangrijke rivieren. Deze zijn in het blauw aangegeven op de kaart.
[bewerk] Demografie
Ontwikkeling van het inwoneraantal | |||||||||
Jaar | 1926 | 1939 | 1950 | 1959 | 1961 | 1970 | 1979 | 1989 | 2002 |
Bevolking | 539.000 | 727.000 | 451.000 | 710.000 | 835.000 | 1.065.000 | 1.154.000 | 1.275.000 | 1.103.686 |
Bron(nen): |
|