Tsedaka
Tsedaka (צדקה) is in het jodendom het gebod te geven aan behoeftigen. Tsedaka is afgeleid van tsedek, hetgeen in het Hebreeuws rechtvaardigheid betekent. Het wordt meestal vertaald als 'liefdadigheid', hoewel anders dan liefdadigheid tsedeka geen voluntair geven betreft maar een religieuze verplichting.
Hoewel het geven zelf een gebod is, bepaalde Maimonides dat er acht legitieme niveaus zijn waarop de tsedaka-verplichting kan worden ingevuld. Deze zijn van het van het meest verheven tot het meest elementaire niveau:
- werk verstrekken aan een arm persoon (of de persoon geld lenen om een zaak te starten) zodat deze niet meer van tsedaka of liefdadigheid afhankelijk is.
- anoniem geven aan een onbekende ontvanger.
- anoniem geven aan een bekende ontvanger.
- publiekelijk geven aan een onbekende ontvanger.
- publiekelijk geven aan een bekende ontvanger, voor het wordt verzocht
- publiekelijk voldoende geven aan een bekende ontvanger, nadat het wordt verzocht.
- publiekelijk onvoldoende geven aan een bekende ontvanger, maar gewillig.
- publiekelijk ongewillig geven aan een bekende ontvanger.
[bewerk] Zie ook
{{{afb_links}}} | Jodendom (Portaal) | {{{afb_rechts}}} | |
---|---|---|---|
Joden - Thora - Tenach - Talmoed - Kabbala - Literatuur - Halacha - Mitswa - Tsedaka - Kasjroet - Briet - Sjabbat - Gebed - Feestdagen - Maanden - Jaartelling - Geschiedenis - Tempel - Synagoge - Rabbijn - Chazan - A tot Z |