Spitsstaartamadine
| Spitsstaartamadine | |||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
 |
|||||||||||||
| Taxonomische indeling | |||||||||||||
|
|||||||||||||
| Soort | |||||||||||||
| Poephila acuticauda Gould, 1839 |
De spitsstaartamadine (Poephila acuticauda) is een mooi vogeltje uit de familie van de prachtvinken (Estrildidae) oorspronkelijk afkomstig uit noord- en noordwest-Australië.
[bewerk] Uiterlijk
Hij lijkt veel op de gordelgrasvink, maar hij heeft een veel langere staart. Het kopje is van boven zilvergrijs met een zwarte streep vanaf de rode tot soms (bleek)gele snavel naar het oog. Hij heeft een zwarte keel- en borstvlek (bef), die bij het vrouwje iets smaller is dan bij het mannetje. De vleugels zijn bruin, borst en buik roze-bruin. De staartwortel is wit en de staart zelf, waarvan de twee middelste veren sterk verlengd zijn is bruinzwart. Zijn totale lengte, van kop tot puntje van de staart, is 17 centimeter.
[bewerk] Sociaal
De spitsstaartamadine is een temperamentvolle vogel, die niet geschikt is om samen met kleinere vogels in een volière gehouden te worden. Ook soortgenoten onder elkaar kunnen behoorlijk agressief zijn. Eén paartje is goed te doen, maar met verwante soorten zoals de gordelgrasvink en de maskeramadine kunnen ze ook niet samen in één volière.
[bewerk] Verzorging
Deze vogel kan in Nederland gehouden worden in een flinke kooi of volière, maar moet 's winters in een vorstvrije ruimte verblijven. Zijn voedsel moet bestaan uit een zaadmengsel voor vinken, groenvoer en levende miereneieren. Daarbij moet water, grit en maagkiezel altijd ter beschikking staan.
