Albert Apponyi
Graaf Albert Apponyi von Nagy-Appony (Wenen, 29 mei 1846 – Genève, 7 februari 1933) was een Hongaars politicus.
Hij was afkomstig uit de rijke magnatenfamilie (hoge adel) Apponyi. Sinds 1872 was hij voor de Conservatieve Partij lid van de Hongaarse Nationale Vergadering (lagerhuis). In 1897 huwde hij gravin Clothilde Mensdorff-Pouilly.
Als lid van de Conservatieve Partij was hij aanvankelijk weinig geïnteresseerd in het sociale welzijn van de bevolking. Later verlaat hij echter de Conservatieve Partij en sloot hij zich aan bij de Onafhankelijkheidspartij. De Onafhankelijkheidspartij werd geleid door Ferenc Kossuth, de zoon van de Hongaarse revolutionair Lajos Kossuth. In 1894 hield Apponyi een speech waarin hij opriep tot de rehabilitatie van Lajos Kossuth en het oprichten van een standbeeld ten zijner gunste. Dit maakte Apponyi in een keer populair onder de bevolking. Apponyi werd steeds socialer en streefde naar algemeen, geheim kiesrecht. Van 1906 tot 1910 was hij minister van Eredienst en Onderwijs. In die functie voerde hij de schoolwetten in. Deze wetten zorgden ervoor dat iedereen gratis onderwijs kon genieten.
Na de moord op troonopvolger, aartshertog Frans Ferdinand en diens vrouw, aartshertogin Sophie Chotek, uitte hij scherpe kritiek op het hofprotocol rondom de begrafenisplechtigheid. Volgens hem was er te weinig aandacht voor het menselijke aspect van de moord.
Na de Eerste Wereldoorlog was Apponyi leider van de Hongaarse delegatie die de vrede van Trianon sloot. Daarna was hij enige tijd regent van het Hongaarse koninkrijk (1920) totdat Miklós Horthy dit ambt op zich nam.
Apponyi vertegenwoordigde sinsdien Hongarije in de Volkenbond. In die functie nam hij vaak op voor de minderheden in landen, met name voor de Hongaarse minderheid in Roemenië (Transsylvanië. Ook was hij een overtuigd voorstander van de ontwapening en arbitrale oplossing (hij was in 1899 en 1903 Oostenrijks-Hongaarse gedelegeerde bij de Haagse Vredesconferenties). In 1930 sprak hij zich openlijk uit voor de herziening van het Hongaarse vredesverdrag: bijna de helft van de Hongaren woonde buiten Hongarije. Een poging hem in 1931 tot voorzitter te verkiezen van de Volkenbond mislukte.
Apponyi, hoewel een nationalist, streefde naar het herstel van de Hongaarse monarchie onder een Habsburger. Hiermee stond hij lijnrecht tegenover regent Miklós Horthy. Hij bestreed ook diens 'witte terreur' en bepleitte de vrijlating van de gevangenen die sinds de onderdrukking van de radenrepubliek (1919) in de gevangenissen zaten.
Zie ook:
- Mihály Károlyi
- keizer Franz Joseph