Georg Friedrich Händel
Georg Friedrich Händel (Engels: George Frideric Handel) (Halle an der Saale, 23 februari 1685 – Londen, 14 april 1759) was een Brits componist van Duitse afkomst. Händel schreef voornamelijk toneelwerken: 42 opera's, 29 oratoria, 100 cantate’s, anthems, kerkmuziek, orkest- en klavierwerken en kamermuziek, in totaal meer dan 610 werken. Samen met Johann Sebastian Bach, die in hetzelfde jaar werd geboren, wordt Händel als één van de grootste componisten van zijn tijd gezien. Hij heeft ongeveer 2.000 aria's geschreven.
Inhoud |
[bewerk] Jeugd en opleiding
Al vroeg openbaarde zich bij Händel belangstelling voor de muziek. Zijn vader verzette zich aanvankelijk tegen deze neiging, maar Händel oefende stiekem op zolder. Een bezoek aan Weißenfels was doorslaggevend, toen de hertog hem - een kind van amper zeven - hoorde spelen. Naast zijn muziekopleiding bij Friedrich Zachau (organist in Halle) studeerde hij rechten. Als 17-jarige genoot hij reeds een grote faam als organist en kreeg een betrekking aan de domkerk van Halle. Daar hoefde hij niet veel meer behoefde te doen dan de gemeentezang te begeleiden. In 1703 trok hij z'n eentje naar Hamburg en werkte als tweede violist in het Theater am Gänsemarkt. Daar leerde hij Johann Mattheson, Christoph Graupner en Reinhard Keiser kennen. Op uitnodiging van Gian Gastone de' Medici reisde hij tussen 1706 tot 1710 in Italië en speelde op de piano die Bartolomeo Cristofori voor zijn broer had ontwikkeld. Händel schreef tientallen cantate's en het oratorium Il trionfo del tempo en del disinganno. Deze composities zijn uitgevoerd op de wekelijkse bijeenkomsten in de paleizen van Benedetto Pamphilj en kardinaal Ottoboni. Hij ontmoette ook Alessandro Scarlatti en zijn zoon Domenico Scarlatti, die evenoud was als Händel. De beide mannen hielden een wedstrijd in improvisatie: Händel won op het orgel. In Venetië componeerde hij de opera Agrippina, met vermoedelijk zijn beste libretto. In 1710 werd Händel hofkapelmeester in Hannover bij Ernst August II, de jongste zoon van Ernst August van Brunswijk-Lüneburg. Aan het einde van dat jaar reisde hij voor de eerste keer naar Londen. Onderweg bracht hij een bezoek aan Johan Willem van de Palts in Düsseldorf en zijn vrouw Anna Maria Luisa de' Medici. In Londen werd zijn opera Rinaldo - in de haast geschreven - een ongeëvenaard succes. Langer weggebleven dan de bedoeling was, reisde hij naar Hannover, maar vast van plan zo snel mogelijk terug te keren.
[bewerk] De opera in Londen
In 1712 kreeg Händel opnieuw toestemming naar Londen te gaan. Aanvankelijk woonde Händel bij Richard Boyle, de graaf van Burlington, slechts 18 jaar oud en onvoorstelbaar rijk. Voor hem schreef Handel Amadigi di Gaula, een fascinerende, magische opera. Stemmen lager dan de alt ontbreken en aan de enscenering werd veel geld besteed. De bezoekers werd afgeraden op het podium te komen, vanwege de vele bewegende machines. Veel bekender is de Watermusic die Händel componeerde voor een pleziertochtje van koning George I op de Theems. De kapel maakte muziek, terwijl de bootjes met het tij meedreven.
Vervolgens werkte hij voor de hertog van Chandos. Händel schreef voor hem elf anthems en het aanstekelijke Acis and Galathea. Voor de Royal Academy of Music, een aristocratisch project voor de opvoering van italiaanse opera’s, opererend op basis van aandelen, reisde Händel in 1719 naar Dresden. Hij had opdracht om de beroemde castraat Senesino voor zo lang mogelijke tijd te contracteren. Händel bleef er enkele maanden en speelde voor de keurvorst van Saksen, August de Sterke en zijn zoon, die bijzonder in Italiaanse opera was geïnteresseerd. Hij bezocht de uitvoering van Teofane, een opera van Antonio Lotti, uitgevoerd ter gelegenheid van het huwelijk van de kroonprins Frederik August. De italiaanse zangers kwamen in het jaar daarop naar Londen.
De zwaarbelaste Händel nam Johann Cristoph Schmidt een jeugdvriend in dienst, die zijn vrouw in de steek liet. Händel werkte naar zijn hoogtepunt vanuit zijn nieuwe woning in Brook Street, sinds 2001 een museum. Hij schreef in 1724 zijn beroemste opera’s, Giulio Cesare en Tamarlano, gebaseerd op amoureuze avonturen van Julius Caesar en Timoer Lenk. Ook componeerde hij in die periode de indrukwekkende cantate Silete Venti en de opera Rodelinda, koningin van Lombardije. In 1727 werd Händel Engels staatsburger en gaf Anna van Hannover - vermoedelijk zijn beste en trouwste leerling - muziek- en compositieles. Het jaar daarop ging de Academy failliet; de Italiaanse opera werd steeds minder populair. De engelstalige The Beggar's Opera daarentegen was een groot succes.
Händel startte een nieuwe onderneming in Haymarket Theatre. Daarvoor reisde hij in 1729 naar Italië. Op de terugweg ontmoette hij tijdens een bezoek aan zijn zieke moeder in Halle Wilhelm Friedemann Bach, die hem uitnodigde zijn vader te bezoeken. Een treffen met de oude Bach wees hij af. Terug in Engeland sloeg Händel een nieuwe weg in: hij bewerkte zijn eerste engelstalige oratorium Esther, dat in 1731 op zijn verjaardag in besloten gezelschap was opgevoerd. Enkele opera's op libretto's van Metastasio flopten gigantisch en de winsten bleven achter. Nadat de tweede onderneming werd opgeheven, begon Händel in 1734 aan zijn derde onderneming in Covent Garden. Hij moest concurreren met Hasse, Porpora en de Opera of the Nobility die de beroemde castraat Farinelli had gecontracteerd. Uit deze periode stammen de succesvolle werken Alexanders Feast, Ariodante, Alcina en Orlando. In 1737 zat Händel geestelijk en lichamelijk in de put. Iedereen twijfelde of Handel ooit nog iets zou componeren. Handel reisde naar het kuuroord Aken, zat urenlang in bad en verbaasde het publiek vervolgens met zijn orgelspel.
[bewerk] Oratoria
Vanaf 1739 schreef Händel bijna uitsluitend engelstalige oratoria, o.a. Saul, Israel in Egypt, Belshazzar, Semele, Hercules en Theodora. L’allegro, il penseroso ed il moderato is een aantrekkelijke uitzondering. In de pauze's speelde hij op het orgel, dat speciaal voor hem was gebouwd. Een van zijn bekendste oratoria is Messiah (1742), dat voor het eerst in Dublin werd uitgevoerd. Het werk werd zo'n groot succes dat de dames werden verzocht niet in hoepelrok naar het theater te komen. Handel besloot nooit meer een opera schrijven. In 1745 ontmoette Händel Christoph Willibald Gluck en zijn reizende gezelschap. Handel had niet veel op met zijn jonge collega. Niettemin gaven ze samen een benefietconcert. Daarna volgde met groot succes het joodse oratorium Judas Maccabeus (1746). Ter gelegenheid van de Vrede van Aken schreef Händel de Music for the Royal Fireworks, bestemd voor de opvoering in een park, onder aanwezigheid van 12.000 bezoekers. Een van de twaalf trompetisten bezweek de volgende dag aan de inspanning, die hij had geleverd. Bij de uitvoering van Theodora, een stuk zonder happy end gaf hij vrijkaartjes aan de musici, want de zaal bleef opvallend leeg.
In 1750 reisde Händel voor de laatste keer naar Duitsland, maar kreeg op de terugweg een ongeluk tussen Den Haag en Haarlem, waar hij waarschijnlijk - net als in 1740 - op het orgel van de Grote kerk had willen spelen. Handel kocht voor veel geld een landschap van Salomon van Ruysdael en een gezicht op de Rijn door Rembrandt. Handel correspondeerde met de oude Telemann en stuurde hem een kist exotische planten.
[bewerk] Oogklachten
In 1751, tijdens het schrijven van zijn laatste oratorium Jephta werd hij blind aan zijn linkeroog en stopte met componeren. In 1752 lag hij onder het mes van een aantal chirurgen, vanwege staar. In 1753 was Händel volkomen blind, ondanks dit gebrek bleef hij orgel spelen en dirigeren. Acht dagen na zijn laatste optreden in Covent Garden in Londen stierf Händel. Hij werd op 20 april 1759 onder grote publieke belangstelling begraven in de Westminster Abbey.
[bewerk] Bronnen
- Dané, J. (2001) Liefde op het eerste Gehoor. Samuel Butler en G.F. Handel
- Dean, W. & J.M. Knapp (1995) Handel's Operas 1704-1726.
- Handel. A Celebration of his Life and Times 1685-1759. National Portrait Gallery London (1985)
- Leeuwen, J. van (1990) Handel. Componistenreeks.
- Marx, J.H. (1998) Händels Oratorien, Oden und Serenaten.
- Rolland, R. (1910) Händel. Beroemde musici. Deel XVIII.
- Schickling, D. (1985) Georg Friedrich Händel in Briefen, Selbstzeugnissen und Zeitgenössischen Dokumenten.
[bewerk] Link
- De volledige Händel-Werke-Verzeichnis (HWV) in het engels!
- Een lijst met Händel's opera's, aangevuld met informatie over stemmen, instrumentatie en zangers
- Chronologie deel I (1685-1721)
- Ariodante: The Background to the Original Production
- Water Music and Music for the Royal Fireworks - by Christopher Hogwood
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden in de categorie Georg Friedrich Händel van Wikimedia Commons. |