Midden-Francië
Het Middenrijk, Midden-Francië of Koninkrijk Lotharingen was het deel van het Karolingische rijk dat aan Lotharius I († 855) viel na de dood van zijn vader Lodewijk de Vrome († 840). De rijksverdeling vond zijn beslag bij het Verdrag van Verdun (843). Lotharius werd tevens keizer over het gehele Karolingische rijk.
Lotharingen omvatte de volgende gebieden:
- de Nederlanden (met de Schelde als westergrens, dus zonder het graafschap Vlaanderen)
- Elzas
- Bourgondië
- Franche-Comté
- Rhône-Alpes
- Provence
- het westelijk deel van Zwitserland
- Noord-Italië
- De Duitse gebieden ten westen van de Rijn, inbegrepen steden zoals Keulen, Aken en Trier.
[bewerk] Deling in 855
Bij het overlijden van Lotharius in 855 werd met het verdrag van Prüm het koninkrijk Lotharingen naar het Salische gewoonterecht verdeeld onder diens zonen. Toen kwamen een deel van het gebied onder de naam Koninkrijk Lotharingen (de Nederlanden en Elzas-Lotharingen) aan Lotharius II. Italië ging samen met de keizerstitel naar Lodewijk II. Het overige deel (de Provence, Arles en een groot deel van Bourgondië) kwam aan Karel de Jonge.
[bewerk] Einde
Karel overleed in 863 zonder nazaten, waarna zijn gebied werd verdeeld tussen Lotharius II en Lodewijk II. Nadat Lotharius II in 869 overleed, werden zijn bezittingen verdeeld tussen zijn ooms Lodewijk de Duitser en Karel de Kale. Lodewijk II overleed in 876 zonder wettige nazaten, zijn bezittingen gingen naar Karloman van Oost-Francië, de zoon van Lodewijk de Duitser. Hiermee kwam er een einde aan het bestaan van het Koninkrijk Lotharingen.