Verdrag van Verdun
Het Verdrag van Verdun van 843 regelde de verdeling van het Karolingische rijk na de dood van Lodewijk de Vrome († 840) onder zijn drie zonen, Lotharius (de oudste), Lodewijk de Duitser en Karel de Kale. Deze rijksverdeling en de verdere deling van het Frankische Rijk liggen aan de basis van de eeuwenlange polarisatiestrijd in Europa.
Inhoud |
[bewerk] Aanleiding
Toen Karel de Grote na de dood van zijn broer Carloman in 771 het Frankische Rijk herenigde, ontstond in West-Europa een ware supernatie. Bij de dood van Karel ging het koningschap over op zijn zoon Lodewijk de Vrome. Deze kreeg in totaal vier zonen: Lotharius, Lodewijk de Duitser, Pepijn en Karel de Kale. Om zijn erfopvolging te regelen vaardigde Lodewijk de Vrome de Ordinatio Imperii uit. Deze was erop gericht de eenheid in het rijk te bewaren, omdat volgens Frankische gewoontes het rijk anders onder de erfgenamen zou verdeeld worden. Karel de Kale werd pas geboren na de uitvaardiging hiervan en zijn vader wenste een aanpassing te doen aan zijn eerdere regeling om ook Karel een stuk van de erfenis te geven. Dit leverde echter alleen maar conflicten op.
Na de dood van Pepijn (838) lagen de kaarten helemaal anders en toen Lodewijk de Vrome uiteindelijk stierf in 840 trachtte Lotharius het hele rijk in zijn bezit te krijgen. Dit stuitte op het verenigde verzet van zijn twee broers. Bij de Slag van Fontenay (841) werd Lotharius verslagen door zijn broer Lodewijk en halfbroer Karel. Hun alliantie werd definitief door de Eed van Straatsburg in 842.
Lotharius zag zich verplicht tot onderhandelen. Wegens zijn militaire nederlaag kreeg hij naar het Salische gewoonterecht slechts het rechtmatige part uit het vaderlijke gebied. Als eerstgeborene gunden zijn broers hem echter wel de keizerskroon.
[bewerk] Territoriale verdeling
Het Frankische Rijk werd in drie delen verdeeld.
- Karel de Kale kreeg West-Francië, het latere Franse koninkrijk.
- Lotharius kreeg Midden-Francië, daaronder Lotharingen met de latere Nederlanden.
- Lodewijk de Duitser kreeg Oost-Francië, het latere Duitse rijk.
De rijksgrens liep voornamelijk langs rivieren. Zo vormden de Schelde, de Maas, de Saône en de Rhône de grens tussen Lotharingen en het Franse koninkrijk. De Rijn vormde de grens tussen Lotharingen en het Duitse rijk.
[bewerk] Nadien
Het Middenrijk werd na de dood van Lotharius in 855 verdeeld tussen zijn zonen: Lodewijk II, Lotharius II en Karel de Jonge.
- Lodewijk II, die als oudste recht had op de keizerstitel stierf kinderloos en werd opgevolgd door Karloman van Beieren, zoon van Lodewijk de Duitser, koning van Duitsland. Zo kwam zijn gebied, Noord-Italië en de keizerskroon aan het Duitse rijk.
- Het gebied van Lotharius II (grofweg: de Nederlanden, Elzas en Lotharingen) werd verdeeld tussen het Duitse en Franse rijk; zie verdrag van Meerssen.
- Bourgondië, het deel van Karel de Jonge, werd later eveneens verdeeld tussen het Duitse en Franse rijk.
Deze driedeling en het zwakke middenrijk is oorzaak van de eeuwenlange twist tussen het Duitse en Franse rijk. De velen oorlogen zijn uiteindelijk hierop terug te leiden.
In 870 volgde een verdere tweedeling van het Frankische Rijk bij het Verdrag van Meerssen.
[bewerk] Conclusie
Het Verdrag van Verdun leidde tot de verdeling van West-Europa in drie grote delen, waarvan het Middenrijk weldra werd opgeslokt door het Duitse keizerrijk. Uit het Middenrijk groeiden de huidige staten België, Nederland, Luxemburg, Zwitserland en Italië.
Veeleer dan de Frankische rijksverdeling bij de dood van Clovis (511) in Neustrië en Austrasië, heeft het Verdrag van Verdun de fundamenten gelegd voor het moderne Europa.