Vijfde kruistocht
Kruistochten |
---|
Eerste kruistocht (1095-1099) |
Tweede kruistocht (1147-1149) |
Derde kruistocht (1189-1192) |
Vierde kruistocht (1202-1204) |
Vijfde kruistocht (1218-1221) |
Zesde kruistocht (1228-1229) |
Zevende kruistocht (1248-1254) |
Achtste kruistocht (1270) |
Negende kruistocht (1271-1272) |
Kinderkruistocht (1212) |
De vijfde kruistocht was een kruistocht die werd uitgevaardigd in 1215, omdat paus Innocentius III met de toestand in het Heilige Land geen genoegen nam. Hij overtuigde het Vierde Lateraans Concilie ervan om deze kruistocht uit te vaardigen. Meer moeite had Innocentius om de koningen van zijn tijd tot medewerking te bewegen.
De belangrijkste leiders waren Andreas II, koning van Hongarije, en Leopold VI, hertog van Oostenrijk. Zij kwamen aan in Akko, waar de koning Jan van Brienne hen overhaalde de oorlog te verleggen naar Egypte. De kruisvaarders maakten een plan voor de belegering van Damiate, dat zich in november 1219 moest overgeven.
Hierbij onderscheidden de Hollanders zich onder graaf Willem I en onder Jan van Brienne. Jan van Brienne wilde op het voorstel van Egypte ingaan om Damiate ruilen tegen Jeruzalem, maar de pauselijk legaat Pelagius verzette zich hiertegen. De kruisvaarders trokken in 1221 op tegen Caïro, maar slaagden niet in hun opzet. De sultan liet hun ongedeerd vertrekken, als zij Damiate prijsgaven.