Knoflookpadden
| Knoflookpadden | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
 |
|||||||||||
| Taxonomische indeling | |||||||||||
|
|||||||||||
| Familie | |||||||||||
| Pelobatidae Bonaparte, 1850 |
De knoflookpadden (Pelobatidae) vormen een familie van padden die als ze worden bedreigd een sterk geurend secreet afscheiden dat naar knoflook ruikt en giftig is voor veel huis- en roofdieren, voor de mens slechts irriterend. De knoflookpadden behoorden vroeger tot de echte padden (Bufonidae). Ze behoren tot de onderorde Mesobatrachia en lange tijd werden ook alle soorten uit de familie Scaphiopodidae tot de knoflookpadden gerekend, maar onlangs hebben deze soorten een eigen familie gekregen. Knoflookpadden hebben een klein en gedrongen lichaam, uitpuilende ogen en een verhard deel aan de achterpoten dat wordt gebruikt om zich achterwaarts in te graven. Knoflookpadden leven in Europa, Azië en noordwestelijk Afrika. Er zijn vier soorten in een enkel geslacht.
[bewerk] Classificatie
Familie Pelobatidae
- Geslacht Pelobates
- Spaanse knoflookpad (Pelobates cultripes)
- Knoflookpad (Pelobates fuscus)
- Syrische knoflookpad (Pelobates syriacus)
- Pelobates varaldii
| {{{afb_links}}} | Families van kikkers en padden | {{{afb_rechts}}} |  |
|---|---|---|---|
|
Allophrynidae - Bekbroeders - Boomkikkers - Echte kikkers - Echte padden - Glaskikkers - Knoflookpadden - Leptodactylidae - Mantellidae - Megophryidae - Mexicaanse gravende kikkers - Myobatrachidae - Neuskikkers - Nieuwzeelandse oerkikkers - Pelodytidae - Petropedetidae - Pijlgifkikkers - Pseudidae - Rheobatrachidae - Rietkikkers - Scaphiopodidae - Schijftongkikkers - Schuimnestboomkikkers - Seychellenkikkers - Smalbekkikkers - Snavelbekkikkers - Spookkikkers - Staartkikkers - Struikpiepers - Tongloze kikkers - Vuurbuikpadden - Zadelpadden |
