Kalmarunie
|
||
Taal | Deens, Noors, Zweeds, Fins | |
Religie | Katholicisme | |
Hoofdstad | Roskilde | |
Oppervlakte | ongeveer 1,56 miljoen km² | |
Bevolking | ongeveer 2 miljoen | |
Bestaan | 1397-1523 |
De Kalmarunie verenigde de drie koninkrijken van Denemarken, Noorwegen en Zweden onder een monarch in 1397. De landen hadden hun soevereniteit maar niet hun onafhankelijkheid opgegeven. Zweedse ontevredenheid over het Deense gecentraliseerde bestuur leidde dan ook tot een conflict dat zou leiden tot het uiteenvallen van de unie in 1532.
De personele unie werd gevormd door koningin Margareta I van Denemarken (1353-1413) in het Zweedse stadje Kalmar, bij de Deense grens, nadat Deense en Zweedse troepen de Zweedse koning, Albrecht van Mecklenburg hadden verslagen. Koningin Margareta kon haar neefje Erik VII van Denemarken op de Noorse troon krijgen, die vervolgens tot koning verklaard werd van de beide andere landen. Margareta beloofde de politieke invloed en privileges van de adel te beschermen in haar unie, maar koning Eric wilde de monarchie versterken.
[bewerk] Conflict
De Zweden waren niet tevreden met de verschillende Deense oorlogen, die de Zweedse uitvoer van producten (vooral ijzer) in de war stuurden. De centralisatie van de macht in Denemarken werd ook slecht opgevat. De unie verbrokkelde in de jaren 1430 tot op het punt van een gewapende opstand. Eric werd van de troon gezet in 1438-1439, en opgevolgd door Christoffel van Beieren. In het machtsvacuüm na Christoffels dood in 1448 verkoos Zweden Karel VIII van Zweden tot koning, die het volgende jaar ook tot koning van Noorwegen werd gekozen. Denemarken verkoos echter Christiaan I van Denemarken als koning, en wilden hun troon niet zomaar opgeven. De volgende zeventig jaar zouden de oorlogen tussen Zweden en Denemarken de unie domineren.
Na de succesvolle herrovering van Zweden door Christiaan II van Denemarken en het Bloedbad van Stockholm in 1521 startten de Zweden nog een opstand. Gustaaf I van Zweden verklaarde Zweden onafhankelijk op 6 juni 1523 na zijn kroning, en hief de unie definitief op.
[bewerk] Epiloog
De laatste structuren van de Kalmarunie bleven bestaan tot 1563 wanneer Denemarken unilateraal Noorwegen tot een Deense provincie uitriep. Noorwegen behield enkele gescheiden instellingen en zijn eigen rechtssysteem, maar hun overzeese bezittingen (IJsland, Groenland en de Faeröer-eilanden) werden een Deens kroonbezit.
In 1814 werd de koning van Denemarken-Noorwegen gedwongen om Noorwegen zelfstandigheid te geven onder de koning van Zweden.