Brandblusschuim
Brandblusschuim is schuim dat gebruikt kan worden om branden te blussen. Het kan in kleine hoeveelheden met een brandblusser toegepast worden, maar ook in grote hoeveelheden door brandweerwagens.
[bewerk] Werking
Schuim kan vuur blussen door de brandstof af te dekken en zodoende af te sluiten voor zuurstof waardoor er geen verbranding meer kan plaatsvinden. Daarnaast isoleert het in beperkte mate waardoor de nog aanwezige warmte langzaam afgevoerd wordt. Als laatste koelt het enigszins door verdamping van het in het schuim aanwezige water.
Vaak worden vloeistofbranden geblust met schuim omdat het schuim drijft op de vloeistof.
[bewerk] Samenstelling
Brandblusschuim is bijna altijd een mengsel van water en schuimvormend middel (SVM).
Normaal gesproken is de verhouding 3 tot 6 procent SVM. De hoeveelheid lucht wordt bepaald door de manier waarop het schuim wordt aangemaakt. Men spreekt hier van een verschuimingsgetal, het aantal keer dat de vloeistof (mengsel van water en schuim) in volume toeneemt na verschuiming.
Er zijn 3 soorten brandblusschuim, onderverdeeld naar het verschuimingsggetal:
- Zwaar schuim 0-20
- Middelzwaar schuim 20-200
- Licht schuim >200
1 liter water met 3% SVM kan dus 1,03 x 20 = 20,6 liter schuim maken.
De zwaarte van het toegepaste schuim is afhankelijk van het te blussen voorwerp of vloeistof. Licht schuim is voor brandweertoepassingen doorgaans te licht omdat het makkelijk wegwaait en wordt ook wel in discotheken toegepast in schuimparties.
