Artemisia Gentileschi
Artemisia Gentileschi (uitspraak är'tâmç'zhə jân'tçlĕs'kç) ( Rome, 8 juli 1597 – 1652, was een Toscaanse schilderes en de dochter en leerling van Orazio Gentileschi.
Gentileschi studeerde onder de medewerker van haar vader, Agostino Tassi, die in 1612 wegens het verkrachten van de tiener Artemisia veroordeeld werd. Artemisia Gentileschi werd in de loop der jaren afgebeeld als feministisch slachtoffer of heldin, en als een onafhankelijke vrouw van haar tijd.
Gentileschi's leven werd ook in verscheidene romans en toneelstukken beschreven. In de artistieke wereld is ze onder meer bekend door haar gebruik van chiaroscuro in de stijl van Caravaggio. Verder werd ze in 1616 als eerste vrouw toegelaten tot de Accademia dell'Arte del Disegno in Florence. Rond 1638 was ze Engeland aan het werk als portrettist.
Werken van Gentileschi in openbare collecties zijn onder andere de schilderijen Judith onthoofdt Holofernes in de Uffizi te Florence, de Maria Magdalena in de Galleria Pitti te Florence, de Christus onder de artsen in New York en een zelfportret in Engeland in de verzamelingen van koningin Elizabeth.