Wim Duisenberg
Willem Frederik (Wim) Duisenberg (Heerenveen, 9 juli 1935 – Faucon, Frankrijk, 31 juli 2005) was een Nederlands politicus en bankier. Hij was vooral bekend als de eerste president van de Europese Centrale Bank in Frankfurt. In die hoedanigheid was hij een van de drijvende krachten achter invoering van de euro als betaalmiddel in 12 Europese landen per 1 januari 2002.
Inhoud |
[bewerk] Persoonlijk
Wim Duisenberg was zoon van Lammert Duisenberg, opzichter bij een waterleidingbedrijf, en Antje Ykema.
Na het gymnasium-B studeerde hij economie aan de Rijksuniversiteit Groningen. In 1961 studeerde hij cum laude af met de specialisatie 'Internationale economische betrekkingen'.
Hij promoveerde in 1965 aan dezelfde universiteit op het proefschrift getiteld "De economische gevolgen van de ontwapening".
In 1960 huwde Duisenberg met Tine Stelling. Uit dit huwelijk kreeg hij twee zonen en één dochter.
Na een echtscheiding hertrouwde hij in 1987 met Gretta Nieuwenhuizen, een politiek activiste die bekend is van activiteiten gericht tegen de Israëlische bezetting van de Palestijnse gebieden.
[bewerk] Begin carrière
Van januari 1966 tot maart 1969 was Duisenberg staflid van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) in Washington DC.
Daaropvolgend werd hij benoemd tot gewoon hoogleraar in de macro-economie aan de Universiteit van Amsterdam. Hij aanvaardde in 1970 dit hoogleraarschap met een oratie over 'Geïmporteerde inflatie'. Hij bleef daar hoogleraar tot 1973.
[bewerk] Politieke carrière
Duisenberg was van 1973 tot 1977 minister van financiën in het Kabinet-Den Uyl.
Toen een tweede kabinet-Den Uyl niet tot stand kwam, zat Duisenberg in 1977-1978 namens de PvdA in de Tweede Kamer, maar hij nam daar afscheid om vicepresident te worden bij de Rabobank.
Als minister was hij verantwoordelijk voor een financieel beleid dat gericht was op groei van de overheidsuitgaven en herverdeling van inkomens (nivellering). Door overheidsinvesteringen moest de economische teruggang door de oliecrisis van 1973 worden opgevangen. In 1975 drong hij echter aan op matiging van de groei der collectieve uitgaven in de zogenaamde één-procentsnota. In het toenmalige kabinet kon hij echter niet op veel steun rekeken, niet in de laatste plaats vanwege de gebrekkige economische inzichten van zijn collega's. De strijd tegen overmatige uitgaven werd dan ook fel gestreden, maar vaak verloren. Ook tijdens de formatie van het tweede (niet tot stand gekomen) kabinet-Den Uyl toonde Duisenberg zich voorstander van een voorzichtiger financieel beleid.
In 1973 was Duisenberg aanvankelijk tegenstander van de bouw van een dure pijlerdam in de Oosterschelde, maar hij legde zich daar later bij neer op voorwaarde dat er geen grote overschrijdingen van het budget zouden plaatsvinden.
In 1974 diende Duisenberg samen met staatssecretaris Van Rooijen een wijziging van de Successiewet in, die beoogde de rechten van successie, schenking en van overgang in de zijlijn en door niet-verwanten met 20 opcenten te verhogen. Het wetsvoorstel werd door het opvolgende kabinet ingetrokken.
In 1976 diende hij samen met minister Boersma een ontwerp-Wet op de Vermogensaanwasdeling (V.A.D.) in. Ook dit voorstel werd onder een opvolgend kabinet ingetrokken.
Duisenberg bracht in 1977 de Wet giraal effectenverkeer tot stand. Deze wet maakt een stelsel van giraal effectenverkeer wettelijk mogelijk. Effecten komen in administratief beheer van een centraal instituut. Via dit centrale instituut worden beurstransacties afgehandeld. De overheid houdt toezicht op het centrale instituut.
Toen een tweede kabinet-Den Uyl niet tot stand kwam, zat Duisenberg in 1977-1978 namens de PvdA in de Tweede Kamer, maar hij nam daar afscheid om vicepresident te worden bij de Rabobank.
[bewerk] Carrière bij banken
Nadat Duisenberg in 1978 in dienst was getreden van de Rabobank, stapte hij in 1981 over naar de Nederlandsche Bank om daar directeur te worden. Vervolgens was hij van 1982 tot 1997 president van deze Nederlandsche Bank, waardoor hij ook actief was in de Economische en Monetaire Unie.
Duisenberg voerde bij de Nederlandsche Bank een sober beleid, waarbij hij dat van de drie kabinetten-Lubbers volgde, wat hem weerstand vanuit de PvdA opleverde.
De koppeling van de koers van de gulden aan de koers van de Duitse mark, geërfd van Jelle Zijlstra, pakte gunstig uit voor de Nederlandse economie, die in die dagen sterk afhankelijk was van handel met Duitsland. Ook het rentebeleid stemde Duisenberg af met de Duitse Centrale Bank. Dit leverde hem in Frankrijk de bijnaam Monsieur Cinq Minutes op: als de Duitsers een renteverandering doorvoerden, deed hij meestal kort daarop hetzelfde.
Deze Nederlandse monetaire politiek was zo succesvol, dat Duisenberg geroemd werd in andere Europese landen.
[bewerk] Europees
In 1998 werd hij de eerste president van de Europese Centrale Bank, met de Fransman Christian Noyer als vicepresident.
De Fransen waren verongelijkt over het feit dat hun kandidaat niet benoemd werd en men kwam tot een compromis: Duisenberg zou ten minste vier jaar president blijven, waarna de Fransman Jean-Claude Trichet het over zou nemen.
Duisenberg besloot af te treden op 9 juli 2003 (zijn 68e verjaardag), maar hij bleef actief tot Jean-Claude Trichet hem op 1 november 2003 officieel opvolgde.
[bewerk] Na bankierscarrière
Na zijn vertrek bij de Europese Centrale bank vervulde Duisenberg commissariaten, bijvoorbeeld bij de Rabobank en KLM- Air France. Ook kwam Duisenberg in het nieuws als bemiddelaar bij de affaire rond de Dexia-aandelenlease.
[bewerk] Overlijden
Op 31 juli 2005, rond 11.30 uur overleed Duisenberg in zijn villa in Faucon, in het zuidoosten van Frankrijk.
Zijn vrouw Gretta Duisenberg had hem daarvoor buiten bewustzijn aangetroffen in het prive-zwembad. Autopsie heeft enkele dagen later uitgewezen dat Duisenberg is verdronken na hartfalen.
Nationaal en internationaal werd geschokt gereageerd op zijn overlijden. Vooral zijn rol bij de invoering van de euro werd geroemd.
Op 6 augustus werd Duisenberg herdacht in het Concertgebouw te Amsterdam. 's Middags werd hij begraven op de Amsterdamse begraafplaats Zorgvlied.
[bewerk] Onderscheidingen
Duisenberg werd meermalen gedecoreerd: Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw (11 april 1978), Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau en Commandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw (juni 1997). Daarnaast ontving Duisenberg op 8 januari 2001 een eredoctoraat in de Economie van de Universiteit van Amsterdam.
De gemeente Heerenveen zal in 2006 een standbeeld plaatsen, ter nagedachtenis aan haar vooraanstaande burger.
[bewerk] Bibliografie
- "De economische gevolgen van de ontwapening", dissertatie, Groningen, 1965
[bewerk] Biografie
- B. de Haas en C. van Lotringen, "Wim Duisenberg. Van Friese volksjongen tot mr. Euro" (2003) ISBN 9025413307
Voorganger: R.J. Nelissen |
Minister van Financiën 1973-1977 |
Opvolger: F.H.J.J. Andriessen |
Voorganger: J. Zijlstra |
President van de Nederlandsche Bank 1982-1997 |
Opvolger: A.H.E.M. Wellink |
Voorganger: - |
President van de Europese Centrale Bank 1998-2003 |
Opvolger: J.C. Trichet |
Bron(nen): |
|
Wikinews heeft een nieuwsartikel over dit onderwerp: Wim Duisenberg overleden |