Polderconstructie
Bij de aanleg van een ondergrondse constructie volgens de poldermethode wordt tijdens het bouwen van de tunnel een bouwput of bouwkuip gemaakt waarin de onderste, horizontale constructie in eerste instantie gevormd wordt door een natuurlijke waterdichte laag. Samen met de wanden, bijvoorbeeld diepwanden, combiwanden of damwanden, vormt deze onderlaag de uiteindelijke constructie. Deze methode is goed toe te passen in ondergrondse parkeergarages, kelders en diep liggende wegen.
Wel is het noodzakelijk altijd een drainagesysteem aan te leggen, omdat de grondlaag die als onderkant van de constructie gebruikt is nooit helemaal waterdicht is.
Deze bouwmethode wordt het polderprincipe genoemd omdat er, net zoals in gewone polders een kunstmatig waterniveau gecreëerd wordt dat lager is dan het omringende grondwaterniveau.
Inhoud |
[bewerk] v-polder
De V-polder is een techniek die het vrij simpel maakt verdiepte infrastructuren aan te leggen als spoorlijnen of wegen. Damwanden worden onder een hoek ingeslagen die daarbij een V vormen. Om de V waterdicht te maken wordt op de ontmoetingsplaats van de twee schermen de bodem geïnjecteerd, zo ontstaat een gesloten driehoek waarin de grondwaterstand verlaagd kan worden zonder gevolgen voor de omgeving.
Het is dus mogelijk om een verdiepte ligging droog te bereiken, voor eventueel lek of regenwater is een drainage vereist. Om opdrijven aan de hoogliggende eindes van de damwanden te voorkomen, worden ze aan de top afgespannen met Groutankers.
Deze techniek is overigens niet geschikt voor brede infrastructuur, zoals snelwegen. De damwanden moeten in een dergelijk geval zo diep ingeslagen wordt dat het financiële voordeel teniet wordt gedaan.
[bewerk] U-polder
De U-polder is een methode die onder meer toegepast kan worden voor de verdiepte aanleg van wegen en spoorwegen bij het ontbreken van een waterdichte laag in de bodem. Om het indringen van grondwater in de polder tegen te gaan wordt er een waterdichte folie als een U door de dwarsdoorsnede van de afgraving gelegd.
Bij de aanleg worden er eerst damwanden ingeheid waarna de grond tussen de wanden afgegraven wordt, dit is het zelfde als bij een bouwkuip. Omdat de polder nog niet afgesloten is blijft het grondwater binnen aanwezig, de grond wordt dus onderwater weg gegraven. Aan het eind van de afgraving is er een soort van kanaal gegraven gevuld met grondwater.
Vervolgens kan het folie langs de wanden en over de bodem gespannen worden, dit is wanneer de karakteristieke U ontstaat. Het water kan nu nog niet uit de polder gepompt worden, het folie heeft namelijk bijna geen gewicht en zal door de druk van het grondwater direct weg geperst worden. Met een zandaanvulling kan er een gewicht op het folie komen om het op zijn plaats te houden. Sterker nog om het folie goed aan te kunnen brengen is de zandaanvulling al nodig, het leggen van een folie onderwater is een lastige klus want het drijft, heeft geen stijfheid en scheurt relatief gemakkelijk. De diepte van de afgraving moet dus veel dieper zijn dan de uiteindelijke diepte, dit om een laag zand op het folie aan te brengen om het openbarsten tegen te gaan.
Het water kan nu tot het beoogde peil weggepompt worden en de constructie kan gebouwd worden. Omdat het folie permanent is blijft de polder bij goede drainage droog, de damwanden kunnen zowel tijdelijk zijn als permanent in de constructie opgenomen worden.
[bewerk] Zie ook
[bewerk] Nederlandse tunnels op deze wijze gebouwd
- Station Rijswijk
- Westelijke toerit Piet Heintunnel, Amsterdam
- Naviduct Krabbersgat, nabij Enkhuizen