Inka's
De Inka's of Inca's waren een indianenvolk dat leefde in het noordwestelijk deel van Zuid-Amerika, meer bepaald in het Andesgebergte, op het kruispunt van het huidige Ecuador, Peru, Bolivia en Brazilië.
De glorietijd van de Inkabeschaving duurde ruwweg van 1438 tot 1532, dus slechts een eeuw. Het gehele rijk werd verwoest door de Spanjaarden onder leiding van Francisco Pizarro.
Het Inkarijk besloeg ruwweg het gebied van de huidige landen Peru, Bolivia en de noordkant van Argentinië. Vele hedendaagse gebouwen in de Peruaanse stad Qosqo (Cuzco) zijn gebouwd op resten van oude Inkagebouwen, want Cuzco was de hoofdstad van het rijk.
Inhoud |
[bewerk] Geschiedenis
Vanuit het dal van Cuzco, het hart van het rijk, werd het Inkarijk uitgebreid door de verovering van andere stammen, zowel in de Andes als langs de kust. De Inka's wisten hun rijk uit te breiden tot het noordwesten van Argentinië, het noorden van Chili en het zuiden van Ecuador. Ze noemden hun rijk zelf "Tawantinsuyu" (het rijk van de vier streken, verwijzend naar de vier regio's die aan de hoofdstad grensden).
De grootste bloei werd verkregen tijdens het bewind van keizer Wiraqocha. Ze onderwierpen de stammen met zijn leger. De bestuursorganen van de veroverde stammen werden intact gelaten, en dissidenten werden weggevoerd.
[bewerk] Verzwakking en teloorgang
Op het moment dat de Spaanse veroveraars het Inkarijk binnenvielen, hetgeen tot de val van het rijk leidde, was het rijk al ernstig verzwakt.
De bevolking was ernstig verzwakt doordat de pokken vanaf het noorden het land waren binnengekomen. De helft van de Inkabevolking overleed hierdoor, waaronder hun leider Wayna Qhapaq. Hierna ontstond een burgeroorlog tussen zijn zonen Washkar en Atawallpa om de erfopvolging. Waskar zat in Cuzco, ook bijgenaamd de "stad van de geladés", en Atawallpa zat in Quito. Uiteindelijk wist Atawallpa Washkar gevangen te nemen. Atawallpa had zijn intrek genomen in Cajamarca, omringd door een enorm leger.
[bewerk] De val van het rijk
Ondertussen was Francisco Pizarro, een Spaanse conquistador in het noorden geland, en hem werd de weg naar Cajamarca gewezen, deels door Inka's die Atawallpa een kwaad hart toedroegen. In Cajamarca wist Pizarro Atawallpa met een list gevangen te nemen, waarbij ook vele hooggeplaatste Inka's werden afgeslacht. Atawallpa had de Spanjaarden namelijk wensen te ontmoeten, zonder beveiliging en zonder dat zijn onderdanen wapens zouden dragen.
De generaals kregen geen orders meer en wisten niet meer wat ze moesten doen. De Spanjaarden vielen het leger bij verrassing aan. Ze waren met 1 tegen 1000 in de minderheid, maar wisten met hun tactiek, vuurwapens, harnassen en paarden de legers in een eenzijdige veldslag te verslaan. Tienduizenden inkasoldaten werden afgeslacht. Later werd de laatste weerstand bij Cuzco in een soortgelijke veldslag gebroken. Washkar werd in opdracht van Atawallpa vermoord, waarna de laatste ter dood veroordeeld werd door de Spanjaarden.
In 1532 veroverde Fransisco Pizarro het Inkarijk en maakte het tot de Spaanse kolonie Peru. Manqo Qhapaq II, zoon van Wayna, trok zich echter terug in de bergen. Manqo en zijn opvolgers zouden nog tot 1572 over een ingekrompen Inkastaat blijven regeren en het de Spanjaarden lastig maken.
[bewerk] Waarom werkte de list?
De list van Pizarro was echter nooit gelukt, had Atawallpa het gevaar van de Spanjaarden ingezien. De keizer zag de Spanjaarden echter vooral als slechtgemanierd, en vooral onbetekenisvol. Hij nodigde de Spanjaarden uit in zijn hoofdstad, hetgeen volgens velen duidt op dat Atawallpa de Spanjaarden de pracht en praal van het Inkarijk wou laten zien, en ze zo te imponeren. Ook waren de Spanjaarden zo zwaar in de minderheid, dat een aanval bespottelijk moet hebben geleken. Had Atawallpa de Spanjaarden niet onderschat, dan had hij ze met een beetje organisatie zo gevangen kunnen nemen, en was de geschiedenis van de Andes, waarschijnlijk heel anders gelopen.
[bewerk] Staatsinrichting
De leider was Sapa Inka. Hij was een absolute heerser. Hij trouwde met zijn volbloed zus, de Qilla. Deze had een grote hofhouding uit de Huizen van de Zon. De Sapa Inka werd beschouwd als de directe afstammeling van de zon, en was daarom zowel politiek als militair en godsdienstig leider van het Inkarijk.
De vier hoogste leden van de adel vormden met de Inka de koninklijke raad. Elk van deze vier had de leiding over een van de provincies. Onder hen waren de gouverneurs, die de leiding hadden over deelprovincies. Ze onderhielden goede relaties met de leiders van de allyu's.
[bewerk] Cultuur
[bewerk] Architectuur
Door het gehele rijk werden nieuwe, betere paden aangelegd, de zogenaamde Inkapaden. De Inka's waren zeer goede architecten; zij bouwden bruggen over rivieren, goede forten, en mooie steden met tempels. Zij wisten land in het hooggebergte te bebouwen door terrassen aan te leggen. Machu Picchu is daar een mooi voorbeeld van. De muren van stenen gebouwen bestonden uit stenen die zo in elkaar waren gelegd, dat cement niet nodig was. Deze gebouwen waren dan ook veel beter bestand tegen aardbevingen: wanneer die voorkwamen werden de door Spanjaarden gebouwde gebouwen altijd veel zwaarder beschadigd dan de oudere inkagebouwen. Ook bouwden de Inka's goede wegen, waar echter geen karren overheen reden omdat de Inka's het wiel niet kenden.
[bewerk] Geloof
De Inka's geloofden in de kracht van de zon als weldoener van de Aarde. De zon werd daarom vaak geëerd met zonnefeesten. Om te zorgen dat de maan en de zon niet zouden stoppen, werden stenen op de bergtoppen geplaatst. De zonnegod heette Inti, de maangod Quilla. De verering van de zon werd tijdens het bewind van Wiraqocha als enig geloof ingesteld. In de stad Tiwanaku bij het Titicacameer zijn er nog mooie ruïnes van een centrum gewijd aan Wiraqocha, de oppergod. Tiwanaku is overigens niet door de Inka's gebouwd, maar door een aan de Inka's voorafgaande cultuur.
Hun godsdienst heette het Intioisme.
De Inka's geloofden in een leven na de dood en ze vereerden ook hun voorvaderen. De lichamen van hun voorvaderen waren de belangrijkste voorwerpen binnen het rijk. Het was net alsof ze nog leefden, want de Inka's spraken met hun voorvaderen over de dingen die gingen gebeuren.
Als er mensen doodgingen op het platteland, dan werden ze gebalsemd in een tombe in de vorm van een bijenkorf met vaten voedsel en chicha, zodat men te eten had in het hiernamaals. De familie hield acht dagen begrafenisceremonies en de vrouwen knipten hun haar af.
De mummi's van de Inka's werden ook bijgehouden. Ze werden gebruikt als een soort economisch systeem. Zo behoorde een stuk grond tot een familie (omdat het eigendom was van de grootouders): dan gingen ze met de mummi's van de grootouders naar de anderen om te bewijzen dat het stuk grond aan hen toebehoorde omdat het van hun grootouders geweest was. De mummi's dienden hierbij dus als een soort bewijsstuk.
Recent onderzoek (in Machu Picchu)duidt aan dat langs de rand van de stad de stenen (exacte) kopieën zijn van de omringende bergen. Er wordt veronderstelt dat de inca's de bergen als goden beschouwden en ze vereerden. Niet raar als je ziet waar ze leefden; tussen de bergen.
[bewerk] Taal
De Inka's spraken een zuidelijke variant van het Quechua. De Inka-elite, de échte Inka's, spraken een geheime taal waarvan de wetenschap nog steeds niet weet welke taal het is. Op Engelstalig wikipedia valt te lezen dat de eigenlijke Inka-stam, die de elite van het Tawantin Suyu werd, een Aymara-variant sprak. Op de Spaanstalige wikipedia wordt geschreven dat de Inka-elite Pukina sprak, aangezien er aanwijzingen zijn dat Pukina de taal was van Tiwanaku, van welk rijk de Inka's claimden de opvolgers te zijn. Het Quechua is een taal waarvan de oorsprong in het kustgebied van midden-Perú ligt. Deze taal verspreidde zich naar het gebied van Cuzco en werd vervolgens door de Inka's gebruikt als de lingua franca van hun rijk en op die manier verspreidt over de Andes.
Andere talen, waarvan het Aymara het belangrijkste was, werden zoveel mogelijk onderdrukt. Wanneer de Inka's een nieuw gebied veroverd hadden, deporteerden ze een deel van de bevolking, dat ze vervingen door indiaanse stammen die de Inka's beter gezind waren en al de Inkacultuur droegen en Quechua spraken. Hierdoor konden ze hun taal en cultuur effectief aan de onderworpen volkeren opleggen. De Inka's kenden geen schrift. Voor de administratie van in aantallen uit te drukken gegevens gebruikten ze als mnemotechnisch hulpmiddel de Quipu, touwen met knopen. Khipu's zijn nog altijd niet ontcijferd.
[bewerk] Techniek
Bijzonder was dat de Inka's een aantal elementaire uitvindingen zoals het wiel en het schrift niet kenden, maar toch een zeer hoogstaande beschaving hadden. Waarschijnlijk is dit te verklaren door hun hoge organisatiegraad, en hun substituten. De khipu's maakten bijvoorbeeld administratie mogelijk. Wielen en karren waren in het bergachtige kernland vaak onhandig, sterker nog, ze waren nog niet uitgevonden. Communicatie werd door middel van menselijke koeriers in stand gehouden.
[bewerk] Kleding
De kleren van de Inka's waren gemaakt van katoen of wol. De mannen droegen een lendedoek die om hun middel hing met daarover een tuniek, die op een poncho leek en gemaakt was van alpacawol. Als het koud was, hadden ze een mantel van wol om. Aan hun voeten hadden ze sandalen en ze hadden wollen koordjes in hun haar.
De vrouwen hadden een enkellange tuniek van alpacawol aan. Daarover hadden ze een omslagdoek, die op werd gehouden met een speld. Ook vrouwen hadden sandalen aan hun voeten.
Hogere Inka's hadden dezelfde kleren aan, maar die waren van een betere kwaliteit. Ook hadden zij speciale voorwerpen zoals hoofdtooien en gouden sieraden en oorknoppen.
[bewerk] Leger
De Sapa Inka stond aan de leiding van het leger. Hij had een persoonlijke lijfwacht voor het geval dat hij in gevaar kwam. Hij koos ook zelf zijn generaals uit. Alle mannen tussen de 25 en 50 jaar konden hiervoor in aanmerking komen. Als ze in aanmerking kwamen, werden ze speciaal opgeroepen.
Het goed georganiseerde leger werd hiërarchisch bestuurd:
- de 'Chunka Camayoq' had 10 mensen onder zich.
- de 'Pachaq Camayoq' had 100 mensen onder zich
- de 'Waranqa Camayoq' had 1000 mensen onder zich
- de 'Apu' was de kapitein van 2500 mensen
- de 'Hatun Apruratin' was een onderbevelhebber met 5000 mensen onder zich.
- de hoogste bevelhebber was de generaal, die 10.000 mensen onder zich had
[bewerk] Wapens
De Inka's in het oosten waren experts met de boog. De kuststammen gebruikten vooral speren en werppijlen. Sommige stammen gebruikten Bola's, dat waren 2 of 3 stenen die door koorden bij elkaar werden gehouden. Dit wapen kon zich rond de benen of poten van mens of dier wikkelen en kon gemene wonden veroorzaken. Houten zwaarden met bronzen snijvlakken werden overal gebruikt. Het leger in oorlogstijd bestond uit ca. 250.000 soldaten, in vredestijd uit 70.000 manschappen.
Een bijzonder wapen dat de inka's gebruikten waren gloeiende stenen, gewikkeld in een met brandbare vloeistof doordrenkte doek. Wanneer deze stenen naar de vijand werden geslingerd, vatten ze door de wrijving vlam, waardoor ze insloegen als brandbommen.
[bewerk] Strategie
De Inka's begonnen hun gevechten met veel lawaai. Dan begonnen de slingeraars, gevolgd door de boogschutters, pijlwerpers en de Bola's. Vervolgens begon het lijf aan lijf gevecht. De Inka's zochten de belangrijkste krijgers in het leger die vervolgens werden uitgeschakeld door een speciaal uitgezocht groepje krijgers.
De reservetroepen werden weggehouden van verwarrende gevechten zodat ze naar de frontlijn konden worden gestuurd als dit nodig was. Ze konden dan via een zijkant aanvallen, of gewoon rugdekking geven aan de aanvallende troepen. De Inka's probeerden de vijand van een sterke positie te verdrijven door de struiken en het gras in brand te steken.
[bewerk] Machu Picchu
In 1911 ontdekte Hiram Bingham de ruïnes van de Inkastad Machu Picchu. Deze hoog in de bergen gelegen, en daardoor goed verborgen, stad werd nooit door de Spaanse overheersers ontdekt. Door de ontdekking van deze stad is zoveel bekend over de Inka's.
[bewerk] Bronnen
Veel van wat wij weten van de geschiedenis van het Inkarijk, hebben we te danken aan de "Commentarios reales de los Incas" van Garcilaso de la Vega, de zoon van een Spaanse conquistador en een Inkaprinses