Romeinse leger
Het Romeinse leger (exercitus Romanus) bestond naast legiones (legioenen), ook uit auxiliae (hulptroepen).
Inhoud |
[bewerk] Het Romeinse leger in het Romeinse koninkrijk
Toen er in Rome nog koningen heersten, stelde één van hen - zo gaat de legende - Servius Tullius genaamd de comitia centuriata in die de basis zou vormen van het Romeinse leger. Dit leger had waarschijnlijk veel weg van het Oud-Griekse leger en de soldaten waren vermoedelijk als hoplieten bewapend. Het zou tot de hervormingen van Gaius Marius (ca. 100 v. Chr.) duren voordat het Romeinse volk een staand leger kreeg. Tot dan toe trokken de Romeinse mannen bij het begin van de maand maart (lange tijd de eerste maand van het Romeinse jaar en de maand gewijd aan Mars) ten strijde. Voordat een leger op veldtocht vertrok werd het ritueel gezuiverd door een lustratio exercitus.
[bewerk] Het Romeinse leger in de Romeinse Republiek
Tijdens de Romeinse Republiek werd het leger verder verbeterd. In de vierde eeuw voor Christus ontstonden er meerdere legioenen, met aan het hoofd één of twee consuls. Er werd soldij uitbetaald sinds 396 v. Chr., de Tribunus militum verscheen in 331 v. Chr.. In 107 v. Chr. werd het ook voor arme burgers mogelijk om toe te treden tot het leger.
[bewerk] De hervormingen van Marcus Furius Camillus
Begin 4e eeuw v. Chr. zou volgens de Romeinen Marcus Furius Camillus het leger hebben hervormd en de legiones hebben ingevoerd. Voortaan kende men manipels in het Romeinse leger.
[bewerk] De hervormingen van Publius Cornelius Scipio Africanus
Rond 200 v. Chr. zou één van Rome's grootste generaal, Publius Cornelius Scipio als eerste zijn legers drillen tot een echte geduchte vechtmachinen en haar aldus een zeker professionalisme geven. Dit zou de doorslag geven in de Tweede Punische oorlog.
[bewerk] De hervormingen van Gaius Marius
De belangrijkste innovatie van Gaius Marius was naast de vernieuwde indeling van de Romeinse legioenen, het feit dat voortaan ook de klasselozen konden worden opgenomen in het leger. Hierdoor kregen de wat rijkere Romeinen de handen vrij om in Italië te blijven.
[bewerk] Het Romeinse leger in het Romeinse keizerrijk
De voornaamste wijziging voor het leger in het Romeinse keizerrijk zou de rol van de keizer zijn: hij was namelijk opperbevelhebber van alle legioenen.
Belangrijk is ook de Praetoriaanse garde die in 27 v. Chr. door de princeps Gaius Iulius Caesar Augustus was ingesteld met twee praefecti praetorio aan het hoofd. Zij zou de enige legereenheid zijn die gelegerd was in Rome.
[bewerk] Het Romeinse leger onder het principaat
Het Romeinse leger zou onder het principaat grotendeels dezelfde indeling behouden als het Republikeinse na de hervormingen van Marius. Wat echter wel veranderde was het feit dat de princeps een imperium maius bezat waarmee hij het gezag in handen had over praktisch alle legioenen in de provinciae van het Imperium Romanum. In de praktijk delegeerde hij echter het gezag over een provincia en de daar gelegerde legioenen aan legati Augusti pro praetore.
[bewerk] Het Romeinse leger onder het dominaat
Onder Diocletianus werd de macht van de Praetoriaanse garde verminderde (284), om tenslotte door Constantijn de Grote (307 - 337) definitief te worden afgeschaft. Het zou ook Diocletianus zijn die het aantal legionairs optrok van 150.000-200.000 tot 350.000-400.000 man, hierbij eerder kiezen voor kwantiteit dan kwaliteit.
Dit artikel is een beginnetje over oudheid. U wordt uitgenodigd op bewerk te klikken om uw kennis aan dit artikel toe te voegen. |
[bewerk] Zie ook
[bewerk] Verder lezen
- W. Ramsay, art. Exercitus, in W. Smith (ed.), A Dictionary of Greek and Roman Antiquities, Londen, pp. 489‑511.
- M. Simkins, The Roman Army from Caesar to Trajan, Oxford, 1984. ISBN 0850455286 (herziene editie)
- B. Van Daele, Het Romeinse leger, Leuven, 2003. ISBN 9058262243