Rode schijnspurrie
| Rode schijnspurrie | ||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
 |
||||||||||||
| Taxonomische indeling | ||||||||||||
|
||||||||||||
| Soort | ||||||||||||
| Spergularia rubra | ||||||||||||
 |
De rode schijnspurrie (Spergularia rubra) is een eenjarige plant uit de anjerfamilie (Caryophyllaceae), die vrij algemeen in Nederland voorkomt. Hij komt voor op bouwland, in gazons en langs zandwegen. Het is een kruipend plantje van 5 tot 25 cm hoog. De bovenste delen van de rode schijnspurrie bezitten kleverige haartjes.
[bewerk] Bloem
De bloem is roze en is bleker aan de voet van de kroonblaadjes. Ze zijn 3 tot 5 mm in doorsnede. De bloem heeft vijf kroonblaadjes, die iets korter zijn dan de kelkblaadjes.
[bewerk] Bloeiwijze
De plant bloeit in een bijscherm met niet veel bloempjes van mei tot de herfst.
[bewerk] Blad
De bladeren zijn tegenoverstaand en lijnvormig. Het blad is iets vlezig.
[bewerk] Vrucht
De plant draagt een doosvrucht van 4 tot 5 mm lang. De ongevleugelde, 0,5 mm lange zaadjes zijn donkerbruin.
[bewerk] In andere talen
- Duits: Rote Schuppenmiere
- Engels: Sand Spurrey
- Frans: Spergulaire rouge
