Legitieme portie
De legitieme portie is het wettelijk erfdeel dat in ieder geval aan kinderen of ouders moet worden nagelaten na overlijden, ongeacht hetgeen de overledene in zijn of haar testament had bepaald.
Veel landen, waaronder Nederland, België en Duitsland, kennen een dergelijke beperking van de mogelijkheid om in een testament vrij te bepalen hoe de eigen bezittingen na het overlijden verdeeld moeten worden. In landen met een common law rechtssysteem, zoals de Verenigde Staten en de meeste Angelsaksische landen, is dit niet gebruikelijk. Daar is het zonder meer mogelijk om in een testament kinderen of ouders volledig te onterven.
Als er sprake is van een legitieme portie, is dat meestal een bepaald gedeelte, bijvoorbeeld de helft, van hetgeen iemand zou erven volgens de wettelijke verdeling, die toegepast wordt als er geen testament aanwezig is (ab intestato).
Inhoud |
[bewerk] Situatie in Nederland
[bewerk] Bloedverwanten
In Nederland bepaalt de wet, net als over het algemeen in andere landen het geval is, hoe de verdeling van de bezittingen van een overleden persoon die geen testament heeft opgemaakt. De naaste bloedverwanten zijn dan voor een bepaald gedeelte in de erfenis "gerechtigd". In een testament kan men bepalen dat een deel van de bezittingen niet naar deze bloedverwanten gaat, maar dat het aan andere personen of instellingen moet worden gegeven.
Daarbij dient vermeld te worden: (groot)ouders kunnen hun (klein)kinderen nooit helemaal onterven. Zij blijven recht houden op hun legitieme portie of wettelijk erfdeel en kunnen daarop aanspraak maken als zij dat willen. In de wet staat een aantal situaties waarin een (klein)kind zijn legitieme portie niet kan opeisen. Dit zijn de gevallen van zogenaamde onwaardigheid. Onwaardigheid doet zich voor als een erfgenaam bijvoorbeeld een misdrijf tegen de erflater heeft begaan.
Voor 1 januari 2003 had een erfgenaam altijd recht op uitkering van zijn legitieme portie in goederen. Zo kon een erfgenaam op grond van zijn legitieme portie aanspraak maken op een bepaalde zaak (bijvoorbeeld een meubelstuk of een perceel grond). Het erfrecht kent vanaf 1 januari 2003 de mogelijkheid om een erfgenaam enkel een geldbedrag toe te kennen. Een testateur kan zodoende bepaalde erfgenamen buiten de verdeling van de goederen houden. De betreffende erfgenaam kan slechts de bankrekening opgeven waarop het hem toekomend deel zal worden gestort.
Bij de herziening van het erfrecht is de legitieme portie tevens verkleind. Deze omvat nu in alle gevallen de helft van het erfdeel dat de erfgenaam normaliter zou ontvangen.
Overigens is het niet verboden om in een testament te bepalen dat een kind niet erft. Dan is het aan dat kind om ten tijde van de verdeling van de erfenis al of niet zijn legitieme portie op te eisen. Bovendien is aan het recht om de legitieme portie op te eisen een termijn verbonden: eist het betreffende kind 5 jaar (of later) na het overlijden de legitieme portie op, dan is het kind te laat (ook al wist het kind niet van het overlijden af).
Kinderen, die zonder echtgenoot of (klein)kinderen kwamen te overlijden, konden hun ouders het recht op een legitieme portie tot 1996 niet ontnemen; de ouders konden er aanspraak op maken als zij dat wilden. Dit gaf destijds veel problemen bij samenwoners. Met name homoseksuele stellen kwamen er destijds bekaaid vanaf. Er was geen mogelijkheid tot huwen of een geregistreerd partnerschap aangaan. Daarom werd in dat jaar de legitieme portie voor ouders afgeschaft.
[bewerk] Pleegkinderen en stiefkinderen
Anders is het bij pleegkinderen en stiefkinderen. Ook al is een pleegkind of stiefkind al jaren lid van de familie, voor de wet is hij of zij geen erfgenaam. Pleegouders en stiefouders kunnen hun pleegkind of stiefkind wel tot erfgenaam benoemen; dat kan alleen maar in een testament, anders is het voor de wet niet geldig.
[bewerk] België
In België bestaat er een legitieme portie voor kinderen en voor ouders.
[bewerk] Zie ook
Bron(nen): |
|