Frente Obrero Liberashon
Frente Obrero Liberashon (FOL) oftewel Frente Obrero i Liberashon 30 di Mei (Arbeidersfront en Bevrijding 30 mei) is een Antiliaanse politieke partij.
De partij werd opgericht op 5 juni 1969 door Wilson 'Papa' Godett, Stanley Brown en Amador Nita. Directe aanleiding was het oproer van 30 mei 1969 in de Curaçaose hoofdstad Willemstad waarbij twee doden vielen, 'Papa' Godett door een politiekogel getroffen werd en vele gebouwen in vlammen opgingen. Omdat de politie de situatie niet aankon, riep het lokale bestuur de hulp van Nederlandse mariniers in om de rust te herstellen.
Als gevolg van het oproer volgden op 5 september 1969 vervroegde verkiezingen waarbij de FOL 25% van de stemmen op Curaçao kreeg en daarmee 3 zetels haalde in de Staten van de Nederlandse Antillen (het parlement). Godett en Brown die vastzaten in de gevangenis voor hun aandeel in het oproer, werden nog voor het proces kon beginnen vrijgelaten, zodat ze door gouverneur Cola Debrot konden worden ingezworen als Statenlid. Bij de hierop gevormde regering kreeg de DP 3 ministers, de PPA 3 ministers en de FOL 1 minister (Amador Nita). De regering onder leiding van premier Ernesto Petronia viel in 1971 en in de volgende regering nam FOL niet deel.
Bij de verkiezingen van 1973 behield FOL de 3 zetels in de Staten. Onder leiding van premier Juancho Evertsz kwam een nieuwe regering met onder andere de MEP van Betico Croes waarbij de FOL 3 ministers kreeg. Na verloop van tijd liepen de spanningen binnen de regering steeds hoger op toen de MEP steeds meer aandrong op een 'status aparte' voor Aruba waarna eind 1975 PPA de plaats van MEP in de regering overnam.
In 1977 behaalt de FOL/MAN-combinatie 3 zetels in de Staten, maar na vervroegde statenverkiezingen 2 jaar krijgt MAN 7 zetels terwijl FOL uit het parlement verdwijnt. Bij de verkiezingen in 1982 slaagt de FOL er niet in terug te komen in de Staten.