Willem Wittkampf
Willem Richard Jacobus (Jack) Wittkampf (13 augustus 1924, Zutphen – 10 oktober 1992, Amsterdam) was een legendarische interviewer, en volgens veel journalisten nog altijd de beste interviewer die Nederland heeft gekend.
Wittkampf debuteerde in 1949 met de novelle Het kanon, die bekroond werd met de Reina Prinsen Geerligsprijs. Hij ging bij Het Parool werken waar hij onder de naam 'Willem' van 1955 tot 1969 vrijwel wekelijks een paginagroot interview publiceerde in de zaterdag-bijlage PS. Wittkampf interviewde voor zijn rubriek geen autoriteiten maar onbekende Nederlanders, wat destijds ongewoon was. Hij schreef zijn stukken in de vorm van een monoloog zoals de geïnterviewde die uitgesproken zou kunnen hebben. Ischa Meijer zou deze stijl in de jaren tachtig navolgen; Wittkampf en hij bewonderden elkaar wederzijds.
In 1969 nam Wittkampf een jaar vrij om een roman te schrijven. Nadat dit project was mislukt keerde hij weer bij Het Parool terug. Zijn bijzondere positie was hij door toedoen van hoofdredacteur Herman Sandberg kwijtgeraakt. Hij kon zijn draai niet meer vinden en vertrok in 1972 definitief. Hiermee kwam een einde aan zijn journalistieke loopbaan.
Wittkampf geldt als voorbeeld voor Frits Abrahams, Ben Haveman, Ischa Meijer, Martin Schouten, en Gerard van Westerloo - die voor Wittkampf's unieke stijl de term sprijftaal muntte; een contaminatie van spreektaal en schrijftaal.
[bewerk] Bibliografie
- Het kanon (1949; novelle)
- Heibel; vijfenzestig verhalen opgeschreven in rechtszalen en politiebureaux (1950)
- De stunt (1952)
- Morgen ben ik thuis: Bernardus B. en de watersnood (1953)
- Geld verdienen (1954)
- Wat mijzelf betreft (1958; interviews)
- Durfwerk (herdruk van Wat mijzelf betreft)
- Nader bericht ontbreekt (1963; interviews)
- Notities over mensen (1969; interviews)
- Willem Wittkampf; Verzameld Werk (2000)