Onderwijs
Het onderwijs wordt gebruikt voor het overbrengen van kennis en vaardigheden met vooraf vastgestelde doelen en didactieken.
Inhoud |
[bewerk] Inleiding
Het is equivalent met het woord educatie, wat meer voor onderwijs aan volwassenen gebruikt wordt. Binnen bedrijfsleven en overheid zijn de termen cursus (voor het verkrijgen van kennis) en training (voor het verkrijgen van vaardigheden) gebruikelijk. De wetenschap die het onderwijs bestudeert, wordt de onderwijskunde genoemd.
Naast kennis en vaardigheden speelt ook het overdragen van houding, manieren, normen en waarden een (meestal secundaire) rol.
Onderwijs begint gewoonlijk vanaf de leeftijd van drie jaar tot minimum achttien jaar. Voor velen is de praktijk van het alledaagse leven veel leerrijker dan formeel schoolonderwijs (Mark Twain: Ik heb nooit de school mijn leren in de weg laten staan). Dit zogenaamde buitenschools leren is vaak invloedrijker dan het leren in een schoolsituatie.
Het woord 'school' is afgeleid van het Griekse 'η σχολε', wat 'vrije tijd' betekent. In het klassieke Griekenland bestonden er geen scholen. Er was geen huiswerk, geen schoolbel. De beroemde school in Athene was Plato's academie. In deze 'school' waren er echter geen klassen of examens. Het was een plaats waar denkers converseerden met elkaar, met Plato's ideeën als uitgangspunt. Vandaag zouden we dit een salon noemen. Ook het lyceum van Aristoteles was gelijkaardig, hoewel Aristoteles tweemaal daags een lezing gaf. Aanwezigheid was niet verplicht.
[bewerk] Historische achtergrond
Onderwijs in haar huidige vorm vindt zijn oorsprong in drie tradities: het katholieke onderwijs, het protestantse onderwijs en het staatsonderwijs.
[bewerk] Vóór de reformatie
Vóór de twaalfde eeuw speelde het intellectuele leven zich af in kloosters, waar vooral liturgie en gebed werd bestudeerd. In de twaalfde en dertiende eeuw was er voldoende welvaart om een professionele clerus te betalen, en bisschoppen richtten kathedraalscholen op om de clerus het canonieke recht te onderwijzen, alsook kerkelijke administratie, boekhouden, logica en retoriek (voor theologische discussies en preken). Kathedraalscholen hadden meestal slechts één leraar.
[bewerk] Na de reformatie
In de 16e eeuw revolteerden Luther en de humanisten tegen de scholastische methode. Het kerkelijke instituut werd bezien als een onnodige tussenschakel tussen de mens en God, en het daaraan verbonden onderwijs werd door de humanisten afgewezen. Academische individualiteit, gebonden aan een sterke moraliteit, vormden de kern van het protestantse betoog.
[bewerk] Structuur van het onderwijs in Nederland
- Het onderwijs valt onder het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
- In Nederland geldt volledige leerplicht voor iedereen van 5 (start op de eerste dag van de maand na de vijfde verjaardag) tot en met 16 jaar. Hierna is een leerling tot en met 18 jaar gedeeltelijk leerplichtig.
- Scholen zijn in Nederland ofwel openbaar, ofwel bijzonder, vanuit levensbeschouwelijke, godsdienstige of onderwijskundige achtergrond.
[bewerk] Basisonderwijs
In Nederland volgden in 2000 ongeveer 1,5 miljoen kinderen basisonderwijs op circa 7000 scholen. Het basisonderwijs wordt ook vaak primair onderwijs (PO) genoemd.
[bewerk] Voortgezet onderwijs
In Nederland zijn er verschillende schooltypes voor het voortgezet onderwijs:
ook
kunnen tot het voortgezet onderwijs gerekend worden.
[bewerk] Middelbaar Beroepsonderwijs
[bewerk] Hoger onderwijs
[bewerk] Speciaal onderwijs
- Cluster 1: visueel gehandicapte kinderen of meervoudig gehandicapte kinderen met een visuele handicap
- Cluster 2: dove of slechthorende kinderen, kinderen met ernstige spraakmoeilijkheden of meervoudig gehandicapte kinderen die één van deze handicaps hebben
- Cluster 3: lichamelijk gehandicapte kinderen, zeer moeilijk lerende kinderen (ZMLK) en langdurig zieke kinderen met een lichamelijke handicap, of meervoudig gehandicapte kinderen die één van deze handicaps hebben
- Cluster 4: zeer moeilijk opvoedbare kinderen (ZMOK), langdurig zieke kinderen anders dan met een lichamelijke handicap en kinderen in scholen verbonden aan pedologische instituten
[bewerk] Voormalige vormen van speciaal onderwijs
[bewerk] Volwassenenonderwijs
[bewerk] Structuur van het onderwijs in Vlaanderen
In Vlaanderen is er voltijdse leerplicht vanaf 1 september van het kalenderjaar waarin de leerling 6 jaar wordt. Deze leerplicht duurt in de regel 12 leerjaren (zes jaar lager onderwijs en zes jaar secundair onderwijs). Vanaf 15 jaar kan ook aan de leerplicht worden voldaan in deeltijdse leersystemen DBSO en Middenstandsopleiding.
Kenmerkend voor het onderwijs in Vlaanderen is de indeling in onderwijsnetten en de bevordering van de gelijke onderwijskansen (GOK).
Sinds de onderwijsbevoegdheid van de Belgische overheid overgegaan is naar de Vlaamse overheid (1988) is de kwaliteit sterk verbeterd. In internationale vergelijkende studies scoort vooral het secundair onderwijs zeer goed, sinds 2000 herhaaldelijk in de top-10. Dit is één van de redenen waarom Nederlanders met duizenden (ruim 17.000 in 2002-2003) in Vlaamse scholen ingeschreven zijn. Ook Franstalige Belgen kiezen steeds vaker voor het Vlaamse onderwijs. Niettemin is er in het Vlaamse middelbaar onderwijs een grote achterstand wat betreft infrastructuur. De overheid gaat de komende jaren ruim 1 miljard euro investeren om te proberen de achterstand te verkleinen.
Er is in Vlaanderen voornamelijk Vrij Gesubsidieerd Katholiek Onderwijs en Gemeenschapsonderwijs (Athenea en enkele Lycea). De meeste gemeenten hebben stedelijk lager onderwijs. Er is ook minstens één provinciale school per provincie. Er is geen verschil wat betreft studieaanbod, wel wat betreft financieën.
- Basisonderwijs
- Gewoon basisonderwijs
- Buitengewoon basisonderwijs
- Secundair onderwijs
- Gewoon voltijds secundair onderwijs
- Buitengewoon secundair onderwijs; BuSO
- Onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers (OKAN)
- Hoger onderwijs
- Volwassenenonderwijs
- Examencommissie
- Deeltijds kunstonderwijs
- Methodeonderwijs: Vrijeschool, Freinetschool, Montessorionderwijs
[bewerk] Vormen van onderwijs
- Klassikaal onderwijs
- Afstandsleren, waaronder het Schriftelijk Onderwijs
- Deeltijdonderwijs
- Educatie
- Volwassenenonderwijs
- Democratisch onderwijs
- Montessori-onderwijs
- Jenaplanonderwijs
- Kees Boekeschool
- Vrijeschool
- Daltononderwijs
- Freinetschool
- Iederwijs
- GISDO-onderwijs
- Explorintonderwijs
- Sudbury school
- Ervaringsgericht onderwijs
- Competentiegericht onderwijs
- Provinciaal onderwijs
- Gemeenschapsonderwijs
- Vrij Gesubsidieerd Katholiek Onderwijs
- Stedelijk Onderwijs
[bewerk] Zie ook
Allochtone kinderen in het onderwijs | BZL | Defensiescholen | Educatie | Leerarrangementen | Leerlingbegeleiding | Leerlingenparticipatie | Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | Natuur- en milieueducatie (NME) | NT2 | OKAN | Onderwijsmethoden | Onderwijspersoneel | Ouderavond | Ouderparticipatie | Ouderraad | Pedagogiek | Schoolarts | Schoolpsycholoog | Schoolorganisatie | Schoolreisje | Schoolstrijd (Nederland) - Schoolstrijd (België) | Schoolvakken | Schoolwerkplan | Veranderingen in het onderwijs