Mahayana-boeddhisme
Concepten |
Geschiedenis |
Stromingen |
Geschriften |
Personen |
Tempels |
Devotie |
Per land |
Termen |
Van A tot Z |
|
---|
Onderzoekers denken dat de Mahāyāna als duidelijk onderscheiden beweging, rond de eerste eeuw na Chr. in het noord-westen van India een aanvang nam. Zij schatten dat de beweging een formatieve periode heeft gekend van zo'n vier eeuwen alvorens het in de tweede eeuw in een hoog ontwikkelde vorm naar China werd overgebracht. Volgens Williams (1989) was de ontwikkeling van de Mahayana een langzaam, geleidelijk proces. De Mahayana was geen rivaliserende "school" en derhalve ontstond ze niet ten gevolge van een schisma (sanghbheda). Mahayana en niet-Mahayana monniken konden zonder onenigheid in hetzelfde klooster verblijven, zolang ze dezelfde kloosterregels navolgden.
Inhoud |
[bewerk] Vroegst bekende geschriften
De vroegst bekende Mahayana teksten zijn Chinese vertalingen door de Kushan monnik Lokaksema in de Chinese hoofdstad Loyang, geschreven tussen 178 en 189.
Het werk van Lokaksema omvat de vertaling van de Pratyutpanna Soetra, waarin de eerste vermeldingen staan van de Boeddha Amitabha en zijn Zuiver Land, wat de oorsprong zou vormen van de Zuiver Land-boeddhisme beoefening in China en de oudst bekende vertaling van de Prajñāpāramitā Sūtra, een van de bronteksten van het Mahayana boeddhisme.
[bewerk] Vroegst bekende inscripties
De vroegste steen-inscripties met herkenbare Mahayana teksten zijn gevonden op het Indiase sub-continent in Mathura en worden gedateerd rond het jaar 180. De overblijfselen van een Boeddha beeld dragen de volgende Brahmi inscriptie:
- "Gemaakt in het jaar 28 van de regering van koning Huvishka, .... voor de Boeddha Amitabha" (Museum van Mathura).
Zulke inscripties zijn vrij laat en schaars (de daarop volgend bekende is gedateerd op het einde van de derde eeuw) als je ze vergelijkt met de veelheid aan Mahayana geschriften die vanuit Centraal-Azië naar China gaan rond deze tijd en de betrokkenheid van Centraal-Aziatische monniken, wat suggereert dat de ontwikkeling van de Mahayana waarschijnlijk voornamelijk plaats vond in het noordwesten.
[bewerk] Het vierde boeddhistische concilie
De formele opkomst van het Mahāyāna boeddhisme is bepaald op ongeveer het midden van de tweede eeuw n.Chr., toen de Kushaanse heerser Kanishka het vierde boeddhistische concilie in Gandhara bij elkaar riep, waar de formele breuk van het Mahayana boeddhisme met de traditionele Nikaya scholen werd bevestigd.
Dit was tevens de tijd en plaats van rijke culturele interacties tussen het boeddhisme en de Hellenistische cultuur, die invloed uitoefende op de vroegste afbeeldingen van Boeddha's in wat bekend staat als Grieks-boeddhistische kunst.
[bewerk] Uitbreiding (eerste eeuw–tiende eeuw)
Vanaf de eerste eeuw na Christus, en binnen een paar eeuwen, zou de Mahayana opbloeien en zich naar het Oosten verspreiden van India tot Zuidoost Azië en naar het Noorden naar Centraal-Azië, China, Korea en culminerend met de introductie van het boeddhisme in Japan in 538 n.Chr.. De Mahayana verdween gedurende de elfde eeuw uit India en verloor toen vervolgens ook haar invloed in Zuidoost Azië, terwijl het Theravada boeddhisme (uit Sri Lanka) in Zuidoost Azië aan invloed won.
De Mahayana blijft echter tot op heden de grootste boeddhistische stroming in Oost-Azië.
Zie ook:
[bewerk] Doctrine
De weg van de Mahāyāna contrasteert zichzelf vaak met de (volgens het Mahayana minderwaardige) Hinayāna, en beschrijft zichzelf dan vaak op de volgende manier:
- Univeralisme, volgens welke ieder individu met een 'Boeddha natuur' is toebedeeld
- Verlichte wijsheid, als de voornaamste focus voor realisatie
- Compassie door dienstbaarheid
- Verlossing, gesteund door een rijke kosmografie, inclusief hemelse rijken en krachten, met een spectrum aan Bodhisattva's, zowel menselijk als klaarblijkelijk goddelijk, die de beoefenaar kunnen bijstaan
"Filosofische Mahāyāna" neigt ernaar zich op de eerste drie kenmerken te richten zonder veel belangstelling te tonen voor bovennaturlijke constructies, terwijl "devotionele Mahayana" zich voornamelijk richt op verlossing naar andere spirituele dimensies.
De Theravada traditie van het boeddhisme wordt door het Mahāyāna ook tot de Hinayāna scholen gerekend. In de leer van het Theravada zijn de vier bovengenoemde aspecten echter ook belangrijke aspecten van de leer, welke echter soms op een iets andere manier uitgelegd worden.
[bewerk] Universalisme
De naam "Mahāyāna" betekent grote yāna of het grotere voertuig (in contrast met het "kleinere voertuig"), waarmee universalisme of verlossing voor iedereen wordt aangeduid. Deze bekrachtiging is gevestigd in het geloof dat ieder individu een Boeddha natuur bezit en daarom een potentiële Boeddha is die bodhi zal bereiken.
Dit werd gecontrasteerd met de Hinayana doctrine, die ervan uitgaat dat slechts enkelen de zoektocht naar Nirvana kunnen ondernemen, dat een leven als monnik vereist is, evenals het opgeven van alle bezittingen en het losmaken van het leven en haar verlangens; een ideaal dat slechts bereikt kan worden door een selecte groep arhats.
Dankzij deze universele stellingname, was het voor de Mahayana eenvoudiger grote massa's leken aan te spreken, door voor iedereen allerlei manieren naar verlichting in het vooruitzicht te stellen.
[bewerk] Verlichte wijsheid
Volgens de Mahayana richt het traditionele boeddhisme zich op een ascetische, individuele benadering om Nirvana te bereiken: onderdrukking van verlangen, terugtrekken uit de wereld en afzondering. Haar volgelingen zijn śrāvakas en pratyekabuddha's.
Bij de Mahayana daarentegen, is het primaire doel bodhicitta: een geest van grote compassie verbonden met wijsheid (prajna) die leegheid realiseert. Met deze geest zal de beoefenaar het uiteindelijke doel van volledige verlichting of Boeddhaschap realiseren: een alwetende geest die volkomen vrij is van lijden en haar oorzaken, die onophoudelijk zich in kan zetten voor het welzijn van levende wezens en zo Bodhisattva wordt. Zes deugden of perfecties (paramita's) zou de Bodhisattva kenmerken: grootmoedigheid, geduldigheid, meditatie, moraliteit, energie en wijsheid.
Veel "filosofische" scholen van het Mahayana boeddhisme zijn zich gaan richten op het wezen van de verlichting en het Nirvana zelf, van de Madhyamika ("Middenweg") tot de Yogacara ("Yoga-meditatie-weg") tot de Zen.
[bewerk] Compassie
Het andere wezenlijke concept van de Mahayana is de compassie of Karuna en wordt beschouwd als de onmisbare aanvulling voor de verlichte wijsheid. Compassie is in alle scholen van het boeddhisme belangrijk, maar wordt vooral in de Mahayana benadrukt. Ze steunt op het idee dat het teveel aan verkregen verdienste kan worden aangewend ten behoeve van anderen. De Bodhisattva's zijn de grote gevers van compassie, waarbij Avalokiteshvara onder hen de voornaamste is. Bodhisattva's leggen meestal een eed af waarbij ze beloven hun binnengaan in het Nirvana uit te zullen stellen totdat alle andere wezens ook zijn bevrijd. Vervolgens helpen zij anderen verlichting te bereiken.
[bewerk] Verlossing
Het "devotionele Mahayana" ontwikkelde een rijke kosmografie met allerlei bovennatuurlijke Boeddha's en Bodhisattva's die zich in paradijselijke rijken ophouden. Het concept van de Triniteit of trikaya, geeft steun aan deze constructies waardoor de Boeddha zelf tot een transcendente goddelijke figuur wordt.
Onder diverse condities, konden deze rijken door toegewijde volgelingen na hun dood worden verkregen, zodat ze na hun wedergeboorte onder de best mogelijke omstandigheden naar het Boeddhaschap konden streven. Afhankelijk van de sekte, kan deze verlossing naar het "paradijs" worden verkregen door geloof, auto-suggestie of soms eenvoudigweg door het herhalen van de naam van de Boeddha. Deze benaderingswijze van de verlossing is de oorzaak geweest van de massale aantrekkingskracht van het devotionele boeddhisme, dat vooral vertegenwoordigd wordt door het Zuivere Land boeddhisme.
De rijke kosmografie stelde de Mahayana ook in staat tamelijk syncretisch te zijn en andere geloven of godheden in zich op te nemen. Er zijn ook allerlei externe oorsprongen gesuggereeerd om de opkomst van de Mahayana te verklaren, zoals de "populaire hindoe bhakti (devotie) stromingen en de Perzische en Grieks-Romeinse theologiën, die vanuit het noordwesten India binnen kwamen" (Tom Lowenstein, "De visie van de Boeddha").
[bewerk] Mahayana teksten
De Mahayana traditie onderscheidt zich van de Nikaya (soms aangeduid met Hinayana scholen) door haar aanvaarding van de Mahayana sutras. De Mahayana scholen daarentegen, wijzen de Nikaya sutras niet af, zoals de vastgelegde Pali canon, die ook in de Mahayana als gezaghebbend beschouwd wordt.
De specifieke Mahayana geschriften werden waarschijnlijk rond de eerste eeuw op schrift gesteld. Sommige van die geschriften, zoals de Perfectie van Wijsheid sutra's worden gepresenteerd als echte voordrachten van de Boeddha die verborgen zouden zijn gebleven. Volgens sommige overleveringen zouden deze voordrachten via de mondelinge traditie zijn doorgegeven net als andere sutra's. Andere versies stellen dat ze verborgen werden gehouden en toen enkele eeuwen later via een mythische route weer konden worden onthuld. Naast de sutra's zijn sommige Mahayana teksten feitelijk commentaren.
De oudste belangrijke, historisch erkende Mahayana teksten zijn de Perfectie van Wijsheid (Prajna-Paramitra) Sutra's, de Avatamsaka Sutra, de Lotus Sutra, de Vimalakirti Sutra en de Nirvana Sutra.
De Mahayana canon breidde zich verder uit nadat het boeddhisme werd overgebracht naar China, waar de bestaande teksten werden vertaald. Nieuwe teksten, zoals de Platform Sutra en de Sutra van de Perfecte Verlichting waren nadrukkelijk niet van Indiase oorsprong, maar werden in brede kring aanvaard als waardevolle geschriften met hun eigen verdiensten. Latere teksten zijn onder andere de Linji Lu, een commentaar van de Chan-meester Linju. Gedurende de ontwikkeling van het boeddhisme in Korea en Japan werden nog verdere belangrijke commentaren geschreven. In Korea waren dit bijvoorbeeld teksten van Jinul en in Japan werken zoals de Shobogenzo van Dogen.
[bewerk] Bibliografie
- Paul Williams, Mahayana Buddhism, Routledge, 1989
- Schopen, G. "The inscriptions on the Kusan image of Amitabha and the character of the early Mahayana in India", Journal of the International Association of Buddhist Studies 10, 1990
- ”The Vision of the Buddha”, Tom Lowenstein, ISBN 1903296919
[bewerk] Zie ook
Ontstaan en groei van het Mahayana
[bewerk] Externe links
- Mahayana Boeddhism (Engelstalig)
- Advayavada boeddhisme (Een stroming in het Mahayana)
- Wat is het Mahayana Boeddhisme?