Luikse Revolutie
De Luikse Omwenteling of de Luikse Revolutie is in de geschiedenis de periode vanaf 1789 in het prinsbisdom Luik.
Sommigen stellen dit begrip gelijk met de woelige periode waarin de prins-bisschop afwezig was, tussen zijn vlucht in de nacht van 26 op 27 augustus 1789 en zijn terugkeer op 12 februari 1791. In dat geval liep de Luikse Omwenteling zowat gelijk met de -eveneens mislukte- Brabantse Omwenteling in de andere Zuid-Nederlandse provincies.
Anderen zien de Luikse Revolutie als een spiegel of zelfs als een deel van de Franse Revolutie, die ook in 1789 begon. In dat geval gaat de revolutie na de terugkeer van de prinbisschop verder met de intrede van Franse troepen, een eerste keer in 1792 en een tweede keer in 1794. Dan eindigde de revolutie met het opheffen van het prinsbisdom en het opgaan ervan in drie Franse departementen. Tijdens deze fase nam de revolutie extreme vormen aan, die zich bijvoorbeeld uitten in de afbraak van de Sint-Lambertuskathedraal.
[bewerk] 1789-1791
Na het overlijden van de hervormingsgezinde Velbruck in 1784 was de eerder behoudsgezinde Van Hoensbroek tot prins-bisschop gekozen. De sfeer over diens bestuur wordt kritischer, zoals trouwens ook in de Zuidelijke Nederlanden en in de Verenigde Provinciën. Vanuit Frankrijk bereiken berichten over de inname van de Bastille het land van Luik. Op 18 augustus 1789 trekt een groep burgers en werklieden uit Luik en Verviers naar de regeringsgebouwen. De prins-bisschop wordt gedwongen het reglement van 1684, dat hem toelaat edicten uit te vaardigen, in te trekken en de aanstelling van nieuwe magistraten te bevestigen. De week daarop vlucht hij naar Trier. Op 31 augustus vergaderden de staten om de omwenteling te bekrachtigen. De prins wordt verzocht terug te keren onder de nieuwe constitutie, maar verkiest dat niet te doen. De discussies tussen de verschillende standen kunnen nu beginnen.
Ook de internationale toestand is gespannen: binnen het Heilig Roomse Rijk, waar Luik nog een deel van is, zijn de grote staten, Pruisen en Oostenrijk, op voet van oorlog. Op 24 november 1789 bezet een Pruisisch garnizoen de stad en beschermt daarmee feitelijk zowel de Brabantse als de Luikse revolutie tegen de Oostenrijkers. Maar de Luikse en vooral ook de Franse revolutie radicaliseren en brengen Pruisen en Oostenrijk tot het verdrag van Reichenbach. Oostenrijk herstelt de oude macht in de eigen Zuidelijke Nederlanden en in Luik. De prins-bisschop keert terug als zijn macht veilig en wel hersteld is.
[bewerk] 1792-1795
In januari 1792 werd in Parijs een Comité général des Belges et Liégeois Unis (Verenigde Nederlanders en Luikenaars) opgericht, dat een onafhankelijke republiek naar Frans model nastreefde. Hoensbroeck overlijdt op 4 juni 1792 en wordt op 16 augustus 1792 opgevolgd door François de Méan. Drie maanden later, op 28 november 1792, staan de Franse troepen in Luik. De prins vlucht. De Luikse revolutionaire comités geraken er niet uit of ze bij Nederland (België) of bij Frankrijk willen horen. Op 5 maart 1793 heroveren Oostenrijkse troepen de stad en de prins keert op 21 maart 1793 terug naar Luik. Enkele collaborateurs met het Franse bewind worden terechtgesteld. Vanaf juni 1794 zijn de Franse legers weer aan de winnende hand en op 24 juli 1794 moet de prins van Luik opnieuw vluchten voor de Fransen die op 26 juli de stad binnentrekken. Ook de belangrijkste industriëlen van Verviers nemen het zekere voor het onzekere en vluchten de Rijn over. De Franse bezetters laten oude revolutionaire plannen om de Sint-Lambertuskathedraal af te breken uitvoeren. Bij de annexatie verdwijnt het prinsbisdom Luik en gaat het op in de departementen van de Ourthe, van de Nedermaas en van Samber en Maas.