Arboretum Trompenburg
Het Arboretum Trompenburg is een bomentuin aan de Honingerdijk in Rotterdam. Het heeft een oppervlakte van 6 ha. Het park heeft een geschiedenis die teruggaat tot de 19e eeuw en die onlosmakelijk verbonden is met de familie (van Hoey) Smith. Het arboretum Trompenburg behoort ondanks de betrekkelijk geringe oppervlakte tot de top in botanische tuinen en arboreta van Nederland. Het heeft gedurende lange tijd in het buitenland meer bekendheid genoten dan in eigen land, maar sinds 1958, toen het voor het publiek werd opengesteld, is ook in eigen land de waardering voortdurend gegroeid.
Omdat er in Arboretum Trompenburg naar wordt gestreefd om de bomen in al hun vormenrijkdom te tonen en de sierwaarde van de afzonderlijke bomen voor de tuin als geheel voorop staat, wekt het arboretum eerder de indruk van een prachtig wandelpark dan van een "bomenverzameling".
In 1996 is een nieuw entreegebouw geopend. Het park met zijn ca. 4000 soorten bomen, struiken en vaste planten is tegen een kleine vergoeding voor iedereen toegankelijk.
Inhoud |
[bewerk] Geschiedenis: vier generaties van Hoey Smith
De naam 'Trompenburg' verwijst oorspronkelijk naar een leengoed van het Slot Honingen. In de 17e eeuw stond er een buitenhuis. Dat werd in 1833 weer gesloopt.
In 1859 vestigde James Smith (20 september 1824 - 15 augustus 1894 zich op de buitenplaats Zomerlust, die in 1820 gebouwd was. Hij voegde de buitenplaats Trompenburg aan zijn bezit toe, evenals enkele stukken weiland en tuinderijen.
Het centrale deel van "Trompenburg" werd in 1820 als park aangelegd. Van de beplanting uit die tijd zijn nog enkele zomereiken (Quercus robur) en een gewone esdoorn (Acer pseudoplatanus) over.
Rond 1870 werd het westelijke gedeelte aangelegd volgens een ontwerp van de tuinarchitecten Jan David Zocher en diens zoon Louis Paul Zocher. De wei, de beek met de moerascypres (Taxodium distichum) met de kniewortels, de reuzenlevensboom (Thuja plicata), enkele Hollandse essen (Fraxinus excelsior) en een oude taxus of venijnboom (Taxus baccata) stammen uit deze tijd.
Omstreeks 1900 liet William Smith (29 mei 1849 - 12 november 1918) het oostelijke deel langs de randen met iepen beplanten. Die moesten na het uitbreken van de iepenziekte in 1928 allemaal gerooid worden. Zijn vrouw, G. Smith, geb. van Stolk heeft waarschijnlijk de eerste exoten, zoals een doodsbeenderenboom (Gymnocladus dioicus), een vleugelnoot (Pterocarya fraxinifolia) en een bijzonder soort es (Fraxinus xanthoxyloides var. dumosa) in dit deel van Trompenburg laten planten.
Pas toen James van Hoey Smith (3 juli 1891 - 26 mei 1965) het beheer overnam werd daadwerkelijk met het verzamelen van bijzondere bomen en struiken begonnen. Hij benutte de ruimte die vrijkwam door het kappen van de 400 zieke iepen in 1928 om een arboretum aan te leggen. Hij liet daarin ook een naaldhouttuin (pinetum), een rozentuin, een goudvissenvijver en een heidetuin aanleggen.
Vanaf 1939 gaat James Richard Pennington (Dick) van Hoey Smith (geb. 29 september 1921) zich met het beheer van het arboretum bemoeien. Hij ontwikkelt zich tot een vooraanstaand dendroloog. Onder zijn leiding groeit Arboretum Trompenburg uit tot een internationaal gewaardeerd instituut. Dat leidde er onder andere toe dat Trompenburg in 1983 door de International Dendrology Society de Conservation Plaquette kreeg toegekend.
Op 21 januari 1958 werd het beheer ondergebracht in de Stichting "Arboretum Trompenburg". In datzelfde jaar wordt het arboretum ook voor het publiek toegankelijk. In 1970 bezochten 12.000 mensen de tuin. In 1983 waren dat er 26.000. Anno 2005 trekt het arboretum jaarlijks 50.000 tot 60.000 bezoekers. Om de bezoekers goed te kunnen ontvangen is in 1996 een nieuw ontvangstgebouw in gebruik genomen, dat is ontworpen door architect W. M. Crouwel).
In 1965 werd het arboretum in oostelijke richting uitgebreid met een aangrenzende tuin, de oude Perenhof, die vroeger een onderdeel van het landgoed "Woudenstein" vormde. In 1993 volgde nogmaals een uitbreiding naar het oosten.
In 1996 heeft Dick van Hoey Smith de leiding van het arboretum overgedragen aan Ing. Gert Fortgens.
[bewerk] De collectie
De collectie van het arboretum Trompenburg is zeer omvangrijk. De "inventaris" omvatte in 1979 ca. 2000 verschillende bomen en struiken, waaronder 67 esdoorns, 25 berken, 32 beuken, 61 hulsten, 134 eiken, 655 rododendrons, 35 wilgen, 106 soorten Chamaecyparis, 56 jeneverbessen, 21 sparren, 48 dennen, 34 soorten Taxus en 38 soorten Thuja[1]. De collectie is sindsdien nog belangrijk uitgebreid.
Arboretum Trompenburg is houder van "nationale plantencollecties" van de volgende geslachten:
- Quercus (eik)
- Fagus (beuk)
- Rodgersia (een geslacht uit de steenbreekfamilie)
- Rhododendron (rododendron, cultivars)
- Coniferae (coniferen)
- Hosta (hartlelie)
- Trompenburg besteedt sinds een aantal jaren behalve aan bomen en struiken ook veel aandacht aan het uitbreiden van de collectie kruidachtige gewassen. Vanzelfsprekend ligt het zwaartepunt daarbij op die plantengroepen die goed gedijen in de schaduw en die dus als ondergroei van de bomen kunnen worden gebruikt. Daarvan is de Hosta-collectie een mooi voorbeeld. Maar ook bijv. het grote sortiment Rodgersia
- Ligustrum (liguster)
Trompenburg is tevens houder van "Nederlandse Planten Collecties" van:
- Quercus (eik); met ca. 300 taxa
- Fagus (beuk); met ca. 100 taxa
- Hosta (hartlelie) met maar liefst ca. 750 taxa
Van groot belang is de omvangrijke succulentenverzameling: vetplanten en cactussen in de kas.
[bewerk] Nieuwe bomen
In de loop der jaren zijn op Trompenburg heel wat initiatieven genomen om het bestaande (kwekers-)sortiment te verrijken en uit te breiden. Die initiatieven kunnen in drie groepen worden ingedeeld:
- De kweek van geheel nieuwe variëteiten: bijv. 12 nieuwe variëteiten van de beuk (Fagus sylvatica), 10 nieuwe eiken en 5 andere bomen.
- Het op naam brengen van naamloze bomen die door anderen naar Trompenburg werden gezonden. De lijst telt 29 namen.
- Planten uit het buitenland, die door Trompenburg voor het eerst in Nederland geïntroduceerd werden. Deze lijst telt 40 namen.
[bewerk] Adresgegevens etc.
[bewerk] Adres
Honingerdijk 86, 3062 NX Rotterdam
Telefoon: 010-2330166
Het arboretum ligt op een kwartiertje lopen van metrostation Voorschoterlaan. Tramlijn 21 stopt voor de deur.
[bewerk] Openingstijden
maandag t/m vrijdag van 09:00 - 17:00 uur;
zaterdag van 10:00 - 16:00 uur;
zondag (van april t/m oktober) van 10:00 - 16:00 uur.
Gesloten met de paasdagen en rond Kerst en Nieuwjaar.
[bewerk] Literatuur
- van Hoey Smith, J.R.P. en Julia Voskuil - Bomenrijk in Rotterdam,
-
- uitg. Arboretum Trompenburg, Rotterdam, 1983
- van Hoey Smith, J.R.P. - Arboretum Trompenburg; Bomenrijk in Rotterdam",
-
- uitg. Stichting Bevordering van Volkskracht, Rotterdam, 2001
[bewerk] Externe links
- De website van Arboretum Trompenburg met onder andere een plattegrond en uitgebreide informatie over de collectie.
- De website van de Stichting Nationale Plantencollectie
[bewerk] Voetnoot
- ^ aantallen van ca. 1979 volgens: Schaap, Dirk en Teun van den Berg - Parken, tuinen en landschappen van Nederland (uitg. Moussault, Baarn 1979)