Willem Endstra
Willem Alexander Arnold Peter Minne Endstra (12 januari 1953 – Amsterdam, 17 mei 2004) was een Nederlands vastgoedhandelaar die werd verdacht van witwaspraktijken en in 2004 werd vermoord. De dader is nog niet gevonden.
Endstra hield immer een low profile en er is dan ook niet veel over hem bekend. Zijn toepasselijke bijnaam was "Stille Willem".
Hij werd in 1953 geboren en was de op één na oudste van de vier kinderen van Arnold Willem Endstra en Margot Kleine, een Duitse. Zijn grootvader Minne Endstra (1901-1971) was aanvankelijk handelaar in glas- en verfartikelen, maar verhuurde later spoorwegketelwagons en werd uiteindelijk groothandelaar in spoorwegmaterieel, dat hij vooral verhandelde met het Oostblok. Willem Endstra begon op zijn zestiende in het familiebedrijf en bouwde dit uit tot een vastgoedbedrijf. In de avonduren volgde hij een studie rechten aan de Vrije Universiteit. Op 13 mei 1987 richtte hij het vastgoedbedrijf Convoy Vastgoed BV op, dat op 3 juni 1987 werd ingeschreven in het handelsregister met een maatschappelijk kapitaal van omgerekend 90.756,04 euro, geplaatst kapitaal van 18.151,21 euro en gestort kapitaal van eveneens 18.151,21 euro.
Endstra raakte in 1992 bij het grote publiek bekend, toen hij werd verdacht van het via onroerendgoedtransacties witwassen van geld dat een bende rond crimineel Ton van Dalen had verdiend door grootschalige handel in XTC. In 1995 was hij opnieuw in beeld; dit keer in verband met omvangrijke hashtransacties. In datzelfde jaar betaalde hij volgens enkele kranten ruim 1 miljoen gulden (ca. 450 duizend euro) aan justitie om strafvervolging te voorkomen.
Intussen bouwde Endstra rustig verder aan zijn onroerendgoedimperium. In 2001 was hij samen met de Rotterdamse havenbaron Hans van der Lande betrokken bij de aankoop van het voormalige Brits militair vliegveld Laarbruch, vlak over de Nederlandse grens tussen Nijmegen en Venlo. In een later stadium werden daar de Ubbergenaar Herman Buurman en Erik de Vlieger bij betrokken. Eind 2001 moest Endstra uit het project stappen, nadat de Duitse overheden erachter kwamen dat de Nederlandse justitie hem op de korrel had. Later zou blijken dat Endstra daarna toch zes miljoen euro in het vliegveld had gestoken, dat inmiddels Niederrhein was gedoopt.
Endstra kende De Vlieger al van eerdere samenwerking, samen met vastgoedhandelaar Klaas Hummel. Het drietal kocht in 1999 het World Fashion Center in Amsterdam. In 2001 verbrak De Vlieger de samenwerking. Endstra was in 2000 ook medeaandeelhouder van Dutch Contracting Group en Figee; twee Amsterdamse havenbedrijven van De Vlieger, hoewel deze de banden met Endstra steeds heeft ontkend. Endstra zou De Vlieger ook in contact hebben gebracht met Heineken-ontvoerder Willem Holleeder nadat De Vlieger ruzie had gekregen met Israëlische vastgoedhandelaren.
In 2002 verklaarde topcrimineel John Mieremet in het dagblad de Telegraaf dat Endstra de 'bankier' van de onderwereld was. Willem Holleeder zou zijn gewapende arm zijn. Mieremet had op dat moment met beiden een geschil. Endstra ontkende, maar had de schijn tegen toen in het decembernummer van het maandblad Quote een foto verscheen waarop hij met Holleeder te zien was, gezeten op een bankje bij zijn kantoor. Endstra vreesde dat hij van de foto kon worden herkend en vroeg de rechter om een verbod op het verschijnen van het Quote-nummer. Dit werd afgewezen.
In dat jaar werd zijn vermogen geschat op 350 miljoen euro. In de top-500 van Quote stond hij toen op de 36ste plaats. Een jaar later werd zijn vermogen geschat op 200 miljoen en was hij gezakt naar een 93-ste plaats.
Nadat op 24 januari 2003 voormalig Heineken-ontvoerder Cor van Hout werd geliquideerd, noemden informanten tegenover de Amsterdamse politie Endstra als volgend slachtoffer.
[bewerk] Mei 2004
Op 14 mei 2004 maakte de rechtbank van Amsterdam bekend dat Endstra niet zou worden vervolgd wegens witwaspraktijken. Hiervoor waren in zijn boekhouding geen aanwijzingen gevonden. Wel liep er tegen hem nog een zaak wegens valsheid in geschrifte.
Op 15 mei was Endstra te gast in het programma Business Class van collega vastgoedhandelaar Harry Mens. Hoogst opmerkelijk omdat hij tot dan toe vrijwel alle verzoeken om een interview had afgewezen. Hij verklaarde dat er nu veertien jaar achter hem werd aangelopen en dat er nooit iets was gevonden. Volgens Endstra moest justitie nu concluderen dat er met hem niets mis was. Willem Holleeder kende hij helemaal niet. Dat ze samen op een bankje hadden gezeten was toevallig. Verder maakte Endstra gewag van illegale praktijken van de politie. Gewapende politiemensen zouden zonder toestemming huiszoekingen in zijn woning hebben verricht. De televisieopnames werden op 16 mei uitgezonden.
De volgende dag werd hij om kwart over twaalf vlak bij zijn kantoor aan de Apollolaan in Amsterdam Oud Zuid neergeschoten toen hij in zijn BMW wilde stappen. David Denneboom, zoon van een collega vastgoedhandelaar, raakte gewond. Beiden werden met spoed naar een ziekenhuis overgebracht, waar Endstra korte tijd later overleed. Hij was 51 jaar oud geworden en liet vijf kinderen achter bij verschillende vrouwen.
[bewerk] Nasleep
Later werd bekend dat Endstra samen met twee Hell's Angels de liquidatie van Holleeder zou hebben beraamd in het restaurant van vliegveld Niederrhein. Ook Angels-president Willem van Boxtel zou daarbij zijn betrokken. Endstra is mogelijk vermoord doordat deze informatie uitlekte. Van Boxtel werd afgezet als Angels-leider en moest de club in bad standing verlaten.
Ook werd bekend dat Endstra naar alle waarschijnlijkheid vanaf 2002 door Holleeder werd afgeperst. Het zou gaan om tientallen miljoenen euro's. Als Endstra niet wilde betalen zou hij door Holleeder in het Amsterdamse Bos zijn afgetuigd. Endstra zou hierover met rechercheurs hebben gesproken. Omdat hij geen aangifte wilde doen, zou Holleeder niet zijn aangehouden.
Willem Holleeder werd (met dertien medeverdachten) aangehouden in de nacht van 29 op 30 januari 2006. Hij wordt door het Openbaar Ministerie verdacht van afpersing en mishandeling van vastgoedhandelaren. De dagboeken van Willem Endstra waarin hij melding deed van de afpersingen en mishandelingen zijn belangrijk bewijsmateriaal. Donderdag 2 februari werden alle verdachten voorgeleid aan het OM.
[bewerk] Contacten met CIE
Op 21 maart 2006 meldde het Amsterdamse dagblad Het Parool dat Endstra uitgebreid zou hebben gesproken met de Criminele Inlichtingendienst van de Amsterdamse recherche. De krant had de hand gelegd op een 254 pagina's tellend dossier van uitgewerkte bandopnamen. Endstra zou in de 15 gesprekken van 20 maart 2003 tot en met 28 januari 2004 onder meer hebben verklaard dat Holleeder verantwoordelijk was voor 25 liquidaties, onder andere die op diens zwager Cor van Hout en op Sam Klepper, Jan Femer, George Plieger, Magdi Barsoun Jules Jie en Gijs van Dam. Hij zou Endstra vaak van te voren hebben verteld dat er weer een liquidatie ging plaatsvinden. Endstra zou zo in 2002 John Mieremet voor een op handen zijnde liquidatie hebben proberen te waarschuwen.
Hij zou voorts door Holleeder voor vele tientalen miljoenen zijn afgeperst. De rechercheurs hadden hem herhaaldelijk gevraagd aangifte te doen, maar dat had Endstra steeds geweigerd, bang dat Holleeder voor een kleinigheidje zou worden vastgezet en na zijn vrijlating wraak zou nemen. Endstra maakte notities over zijn gesprekken met de rechercheurs bij de CIE. Die verdwenen in november 2003 bij een inbraak uit zijn woning in IJmuiden. Op 28 januari 2004 verbrak hij het contact met de CIE.