Vriezenveens
De taal die gesproken wordt in het Twentse dorp Vriezenveen neemt een aparte plaats in binnen het Nedersaksisch, daar het zo zeer van het Twents afwijkt dat het daar niet toe gerekend kan worden.
De status van Vriezenveen als volkomen taaleiland komt vooral tot uiting in een paar eigenaardige klanken. Zo zijn de ee, de oo en de eu uit het Twents gediftongeerd: Tegenover neet "niet" staat neit, good "goed" wordt goud en greun "groen" klinkt er als gruin. Dit proces heeft ook plaatsgevonden in het Sittards en de meeste varianten van het Gronings, terwijl in sommige Hollandse dialecten dit proces halverwege lijkt te zijn (bijvoorbeeld in het Haags). Andere bijzonderheden zijn dat de combinaties -an en -on geëvolueerd zijn tot een nasaal õ. De r is voor een medeklinker veranderd in een j, een verschijnsel dat we in het westen kennen als de "Gooise r" (zie uitspraak van de r).
Het Vriezenveens is bovendien in sommige opzichten met het Sallands meegegaan, zo worden de verkleinwoorden exact op de Sallandse, niet op de Twentse, manier gevormd.
Dit alles kon m.n. gebeuren door de relatieve isolatie waarin het dorp verkeerde. Zoals meer taaleilanden is Vriezenveen herhaaldelijk het onderwerp van studie geweest. In 1968 is dhr. Entjes aan de universiteit van Münster gepromoveerd op Die Mundart des Dorfes Vriezenveen in der niederländischen Provinz Overijssel.
Men kan het Vriezenveens o.m. aantreffen in het kinderboekje Jipke en Jannöaken, een reeks Twentse vertalingen van Jip-en-Jannekeverhaaltjes. Het betreft hier het verhaaltje Ne kiste met reachies (Een kist met wieltjes).