Vierschansentoernooi

Het Vierschansentoernooi (Duits: Vierschanzentournee) is een toernooi dat bestaat uit vier wedstrijden schansspringen, en dat elk jaar rond de jaarwisseling plaatsvindt in Duitsland en Oostenrijk. Het toernooi wordt sedert 1952 georganiseerd. De winnaar van het toernooi is de springer met de hoogste totaalscore van alle vier wedstrijden; maar de wedstrijden tellen elk afzonderlijk ook mee voor de Wereldbeker schansspringen. Het Vierschansentoernooi behoort, met de Olympische Spelen en de Wereldkampioenschappen, tot de meest prestigieuze wedstrijden in het schansspringen.

De vier schansen die jaarlijks worden aangedaan zijn de Schattenbergschanze in Oberstdorf (Duitsland); de Olympia-Schanze in Garmisch-Partenkirchen (Duitsland), waar traditioneel op 1 januari wordt gesprongen; de Bergiselschanze in Innsbruck (Oostenrijk); en de Paul-Ausserleitner-Schanze in Bischofshofen (Oostenrijk).

Sedert een aantal jaren gebruikt men in het Vierschansentoernooi het "KO-systeem" in de eerste ronde om de dertig deelnemers aan de finale te selecteren. De vijftig deelnemers die uit de kwalificatieronde komen, springen in de eerste ronde paarsgewijs tegen elkaar (de eerste tegen de 50e, de tweede tegen de 49e enz.), en de winnaar van elk duel is geplaatst voor de finale. De vijf beste verliezers mogen als "lucky losers" ook naar de finale. Dit systeem verschilt dus van de traditionele wedstrijdformule waarbij de dertig beste springers uit de eerste ronde naar de finale gaan.

[bewerk] Lijst van winnaars

Zie Lijst van eindwinnaars van het Vierschansentoernooi.

Zie ook:

[bewerk] Records

In het 50e Vierschansentoernooi (2001/2002) slaagde de Duitser Sven Hannawald er als eerste in alle vier wedstrijden te winnen. Zijn totaalscore van 1077,6 punten was tevens een nieuw record.

In de editie 2005/2006 waren er voor het eerst in de geschiedenis van het toernooi twee winnaars: Janne Ahonen (Finland) en Jakub Janda hadden na de vier wedstrijden exact evenveel punten behaald. Wel had Ahonen twee van de vier wedstrijden gewonnen tegen Janda één. Hun puntentotaal, 1081,5, was tevens een verbetering van het record van Hannawald.

De springers met de meeste eindoverwinningen van het toernooi zijn Jens Weissflog (DDR/D) en Janne Ahonen (FIN), met vier eindzeges. Helmut Recknagel (DDR) en Björn Wirkola (NOR) hebben er drie.

Duitse springers hebben de meeste overwinningen geboekt met 16 eindzeges (waarvan 11 door springers van de DDR), gevolgd door Finland met 15 eindzeges en Noorwegen en Oostenrijk met 9.