René van Châlon
1519 - 1544 | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Prins van Oranje | ||||||
|
||||||
|
René van Châlon (Breda, 5 februari 1519 - Saint-Dizier, 15 juli 1544), ook wel René/Renatus/Reynaert van Nassau, Graaf van Nassau en Vianden, Heer van Breda en de Lek, van 1540 tot zijn dood Stadhouder van Holland, Zeeland, Utrecht en vanaf 1543 ook van Gelre. Vanaf 1530 was hij Prins van Oranje.
Hij was een zoon van graaf Hendrik III van Nassau-Breda en Claudia van Châlon.
In 1530 erfde hij van zijn kinderloos gestorven oom Philibert van Chalon (1502-1530) het, in naam onafhankelijke, prinsdom Orange (Oranje). Réne is de eerste Nassau die zich Prins van Oranje mag noemen en door bezit van dit prinsdom een soevereine vorst is. Vanaf die tijd noemde hij zich "Van Châlon". Hij neemt ook het devies van de familie "Je maintiendrai Chalon" over, dat hij later wijzigt in "Je maintiendrai Nassau". De Nederlandse wapenspreuk "Je maintiendrai" is hiervan afkomstig.
René van Châlon huwde op 20 augustus 1540 te Bar-le-Duc met Anna van Lotharingen (1522-1568). Zij krijgen een dochtertje Maria, dat slechts 3 weken oud werd en werd bijgezet in de Grote Kerk te Breda. Verder bleef het huwelijk kinderloos.
In dienst van keizer Karel V sneuvelde hij in een veldslag bij Saint-Dizier in 1544 en werd, krachtens zijn kort tevoren opgestelde testament, opgevolgd door zijn neef Willem die daarmee ook de titel Prins van Oranje van hem erfde. René van Châlon werd bijgezet in een grafkelder in de Grote Kerk te Breda. In de kerk Saint Etienne te Bar-le-Duc is zijn grafmonument opgericht.