Kapoelasan
| Kapoelasan | |||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
 Bloesem |
|||||||||||||||||||
| Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
| Soort | |||||||||||||||||||
| Nephelium ramboutan-ake |
De kapoelasan (Nephelium ramboutan-ake, syn. Nephelium mutabile) uit de zeepboomfamilie (Sapindaceae) is een nauwe verwant van de ramboetan (Nephelium lappaceum) en wordt daar ook soms mee verward. De kapoelasanboom wordt 15 meter hoog. De boom heeft een korte, dikke stam. Jonge takken zijn bruin behaard. De samengestelde bladeren zijn afwisselend geplaatst en 15 - 40 cm lang. De deelblaadjes zijn tegenoverstaand, elliptisch, donkergoen, matglanzend en 6 - 16 cm lang. De bloemen groeien aan dikke takken of in bladoksels en einstandige bloeiwijzen. De bloemen bestaan alleen uit kelkbladeren en hebben geen kroonbladeren.
De kapoelasan heeft meer en ook kortere, dikkere stekels dan de ramboetan. De vrucht groeit in trossen. De stekelige, rode schil omvat de eetbare glazig-witte zaadmantel, die aangenaam zoet aromatisch van smaak is. De smaak is aromatischer en zoeter dan die van de ramboetan. De elliptische zaden kunnen geroosterd worden gegeten.
De kapoelasan is inheems in het tropisch laagland van Maleisië. Ook kan de kapoelasanboom worden aangetroffen in Thailand, de Filipijnen en Java. Ook wordt de vrucht op kleine schaal in Costa Rica gekweekt.
