Het Oog van de Wereld
Het Oog van de Wereld | |
---|---|
Auteur | Robert Jordan |
Vertaler | Jo Thomas |
Reeks/Serie | Het Rad des Tijds |
Genre | Fantasy |
Uitgever | Luitingh-Sijthoff |
Uitgegeven | 1994 (Origineel: 1990) |
Pagina's | 757 blz |
ISBN | 9024510554 |
Gevolgd door | De Grote Jacht |
Het Oog van de Wereld is het eerste deel van de fantasy-serie Het Rad des Tijds, geschreven door Robert Jordan. Deze serie gaat over vijf jonge mensen uit het vredige dorp Emondsveld die het middelpunt worden van een vernietigende reeks gebeurtenissen die de wereld veranderen. De oorspronkelijke titel van het boek is The Eye of the World, en het werd uitgegeven in 1990. Sindsdien heeft de serie wereldwijd miljoenen fans.
[bewerk] Samenvatting van het boek
Het vredige dorp Emondsveld wordt aangevallen door een troep wrede Trolloks, die het gemunt hebben op drie jonge mannen; Rhand Altor, Mart Cauton en Perijn Aybara. De 'Aes Sedai' vrouwe Moraine Sedai is van mening dat zij een gevaar voor het dorp vormen en de jongens besluiten om haar te volgen naar een ‘veilige plaats’. Bij hun vertrek voegen het jonge meisje Egwene Alvaren en de speelman Thom Merrilin zich bij hen. Onder leiding van de zwaardhand Lan Mandragoran reizen zij naar het stadje Baerlon. In de herberg ‘de Bok en de Leeuw’ ontmoet Rhand het meisje Min Fershaw, die hem vertelt over de ‘visioenachtige beelden’ die ze ziet bij het gezelschap. De beelden die ze bij Rhand ziet verontrusten hem, temeer omdat hij in zijn dromen wordt bezocht door de Duistere. Vervolgens voegt Nyneave Almaeren, de jonge Wijsheid van Emondsveld zich bij hen, waarna ze weer moeten vluchten voor een troep Trolloks. Ze belanden in de spookstad Shadar Logoth, waar het gezelschap door toedoen van de dodelijke mist Mashadar uiteenvalt.
Perijn en Egwene komen op weg naar de stad Caemlin Elyas Machera tegen, een man die telepathisch contact met wolven heeft. Ook Perijn ontdekt dat hij deze beangstigende ‘gave’ heeft, en Elyas helpt hem deze te leren beheersen. De drie verblijven enige tijd bij de geweldloze 'Ketellapers' (het Trekkende Volk), waarna ze in een 'Stedding' belanden. Daar worden Pepijn en Egwene gevangengenomen door een groep 'Kinderen van het Licht', waarna ze bevrijd worden door Moraine, Lan en Nynaeve, die het spoor van Rhand gevolgd hebben. Deze is samen met Mart en Thom Merrilin op de boot ‘de Schuimvlok’ van schipper Baile Domon naar het stadje Wittebrug gevaren. Daar komen ze tegenover een kwaadaardige Myrddraal te staan, en offert Thom zich op. De twee jongen vluchten in de richting van Caemlin en komen voortdurend Duistervrienden tegen. Deze weten hen steeds te vinden, omdat Mart een met het kwaad besmette dolk uit Shadar Logoth met zich meedraagt.
Terwijl de zwaar zieke Mart in Herberg ‘Koninginnenzegen’ achterblijft, belandt Rhandt in de paleistuin van Caemlin en ontmoet daar Elayne Trakand, de Erfdochter van het land Andor, en haar broer Gawein Trakand en halfbroer Galad. Als de Aes Sedai raadgeefster van de Koningin (Elaida Sedai) hem ziet voorspelt deze dat hij pijn en verdeeldheid in de wereld zal veroorzaken. Toch laat de koningin hem gaan. Terug in de Herberg wordt het gehele gezelschap herenigd, en geneest Moraine de zieke Mart, al kan ze de vervloekte band met de dolk niet verbreken. Dan blijken al hun verhalen, avonturen en dromen naar het ‘Oog van de Wereld’ te leiden. Met hulp van de 'Ogier' Loial reizen ze via de 'Saidinwegen' en de stad Fal Dara naar de 'Verwording', waar ze het ‘Oog van de Wereld’ vinden. Daar wordt Rhand gedwongen om de Ene Kracht te geleiden; hij verslaat een 'Verzaker' en strijdt met de Duistere. Terwijl hij worstelt met zijn angst over wat hij kan begrijpt Moraine dat hij de langverwachte en gevreesde 'Herrezen draak' is.