Bunsbeek
Bunsbeek is een deelgemeente van Glabbeek en was tot de fusie van 1977 een zelfstandige gemeente. Het telde in 2001 1806 inwoners en de oppervlakte bedraagt 1042 ha. Bij de fusie verloor Bunsbeek 142 ha omdat het gehucht Stok bij Kortenaken gevoegd werd en een ander deel naar de stad Tienen ging. De bevolkingsdichtheid is bijgevolg 173 inw./km² en de laagste van de deelgemeenten. Het dorp wordt, net als de deelgemeente Glabbeek-Zuurbemde, in twee gesneden door de N29 tussen Tienen en Diest, die in Bunsbeek van naam verandert, van Diestsesteenweg in Tiensesteenweg (vertrekkende vanuit Tienen).
De Sint-Quirinuskerk heeft een Romaanse toren uit de 12de eeuw, een neoclassicistisch portaal uit de 18de eeuw en een laat-gotisch koor uit de 15de eeuw. Koor en apsis zijn met spitsbogen overwelfd. Het vroegere schip van de toen éénbeukige kerk had vier traveeën. Het was, in neoclassicistische stijl, gebouwd in 1776-1777. Dit schip werd afgebroken, en twee zijbeuken werden bijgebouwd in 1950. De vervallen toren, hersteld in 1631, bleek in 1651 weer gaten te vertonen. In 1703 was de toren zo vervallen, dat men de klokken op het kerkhof had gehangen. De toren met spits werd hersteld in 1756. In 1735 werden de zijportalen afgebroken en vernieuwd, de zijkoren werden versmald. De oude pastorij stond aan de overzijde van de straat op de plaats tegenover de huidige pastorij. Ze brandde tweemaal af: in 1606 en in 1687. De huidige pastorij draagt het jaartal 1867 in de voorgevel, en staat naast het kerkhof en de kerk. De voorzijde doet wat neogotisch aan. De bakstenen van de voorgevel zijn bepleisterd en geschilderd. De rechthoekige vensters zijn bovenaan versierd met een puntje in het midden van de U-vormige druiplijsten. In het midden staat een spits dakvenster. De voordeur heeft een ogiefboog. De plint en de pui zijn bekleed met zandsteen.
In een gehucht van Bunsbeek, Boeslinter, staat een kapelletje, O.L.Vrouw van Bijstand, dat na de Tweede Wereldoorlog werd hersteld. De Sint-Quirinusbron is te bereiken via een klein voetpad aan de Diestsesteenweg. In 1748 schreef men 'Sint Quireyns borre', en in 1761 'Sint Quirinus borre'. In een nis boven de put staat een eenvoudig St.-Quirinusbeeldje. Met een glazen pint aan een koord gebonden kan men er water scheppen. Men gaat er op “beeweg” (bedevaart) tegen hoofdpijn. Een kapel op het gehucht IJzeren, bij Tienen, werd in 1606 door een storm verwoest en verder afgebroken: de klok ging naar de kerk van Sint-Margriete-Houtem.
Naast de kerk is een herdenkingsmonument van beide Wereldoorlogen te vinden, met daarop de namen van de gesneuvelde soldaten en burgers.