Romaanse stijl
|
Romaanse stijl, of kortweg romaans, is de benaming voor een stijlperiode in de kunst in Europa die duurde van ca. 900 tot ca. 1150. De term wordt vooral geassocieerd met architectuur maar wordt ook gebruikt voor andere kunstvormen uit deze periode, met name de beeldhouwkunst en de schilderkunst.
Inhoud |
[bewerk] De term romaans
De term romaans dateert uit 1820 en werd voor het eerst gebruikt door de Franse kunsthistoricus Charles de Gerville, die in de architectuur overeenkomsten zag met die van het oude Rome. De term werd algemeen geaccepteerd doordat De Gervilles bekendere collega Arcis de Caumont hem overnam. Tot 1820 waren andere termen in zwang, zoals voor-gotische, Byzantijnse en rondbogenstijl.
De Romaanse Stijl is te Herkennen aan: Ronde Bogen, Kleine Ramen, Dikke Muren, en de Vele Zuilen.
[bewerk] Architectuur
Ondanks de benaming is het romaans als bouwstijl slechts indirect gebaseerd op de bouwstijl van de Romeinen. Feitelijk komt zij voort uit de Karolingische stijl, waarin principes uit de Romeinse architectuur werden herontdekt. In de romaanse stijl werden deze verder ontwikkeld. De romaanse stijl wordt gekarakteriseerd door kleine rondboogvensters en decoraties met eveneens ronde bogen. De muren zijn doorgaans dik en versierd met lisenen, friezen en spaarvelden waarin eveneens ronde vormen domineren. De muren droegen het grootste deel van het gewicht van het gebouw op zich, waardoor grotere ramen niet mogelijk waren. Daarom was het in romaanse kerken altijd vrij donker. Hoewel deze kenmerken vrij algemeen zijn kent het romaans grote regionale verschillen. Bovendien maakte de stijl een geleidelijke ontwikkeling door die uiteindelijk, door de grootschalige toepassing van het kruisribgewelf, zou leiden tot het ontstaan van de gotische bouwstijl, waardoor het romaans werd verdrongen. Overgangsstijlen tussen romaans en gotiek worden soms aangeduid als romanogotiek.
Omdat veel gebouwen in die tijd van hout gemaakt werden, bleven feitelijk vrijwel alleen kerken en kloosters in de romaanse bouwstijl bestaan.
[bewerk] Romaans in Nederland
Tot de belangrijkste romaanse kerkgebouwen behoren verschillende abdijkerken en kapittelkerken. Omdat deze een bepaalde macht moesten uitstralen zijn ze vaak groot uitgevoerd en rijkelijk versierd. Belangrijke voorbeelden zijn de Sint-Servaasbasiliek en de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek in Maastricht, de Sint-Plechelmusbasiliek in Oldenzaal, de kerk van abdij Rolduc in Kerkrade en de voormalige abdijkerken van Susteren en Sint Odiliënberg. Een vooraanstaande positie nemen de zogenaamde Bernoldkerken in, stichtingen van bisschop Bernold van Utrecht. Hiervan resteren nog de Pieterskerk en de Janskerk in Utrecht en de crypte van de Lebuïnuskerk in Deventer. Daarnaast diende een aantal kerken het aanzien van een wereldlijke macht te weerspiegelen, waarvan alleen de Valkhofkapel in Nijmegen en de Munsterkerk in Roermond resteren.
In contrast tot dit relatief kleine aantal aanzienlijke kerken staat het grote aantal dorpskerken waarvan de romaanse oorsprong nog duidelijk herkenbaar is, hoewel meestal in een veel simpeler vorm. Met name in de provincies Friesland en Groningen is van een groot aantal dorpskerken het romaanse karakter goed bewaard gebleven. Buiten deze provincies zijn de kerken in de meeste gevallen slechts gedeeltelijk romaans, terwijl in andere gevallen het romaans is gereconstrueerd. Een belangrijke uitzondering is de Sint-Catharinakapel in het Limburgse dorp Lemiers. Dit is het meest intact bewaard gebleven voorbeeld van het oudst bekende type stenen kerk in Nederland; een eenbeukig zaalkerkje zonder toren en met een rechtgesloten koor.
Zie ook: Lijst van romaanse bouwwerken in Nederland
[bewerk] Romaans in België
In België zijn de Sint-Gertrudiskerk in Nijvel en vooral de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal in Doornik van belang.
Zie ook: Lijst van romaanse bouwwerken in België
[bewerk] Andere kunstvormen
Ook in de beeldhouwkunst en in de schilderkunst is de romaanse stijl kenmerkend, tussen 1000 en 1300, als overgang tussen de Byzantijnse Kunst en de gotiek.
De meest opvallende evolutie, na het Byzantijnse, was wel het verschijnen van een ongekende expressiviteit in de streng gestiliseerde figuren, op de talrijke fresco's in de Catalaanse romaanse kerken. Die expressieve gebarenstijl vinden we in de muurschilderingen van Saint-Savin-sur-Gatempe met de Ark van Noach, in Prüfening, in San Angelo in Formis bij het Italiaanse Capua en op het Bodensee-eiland Reichenau.
Specifiek romaans verluchte manuscripten zijn oa. de Moralia in Job van de cistenciënzerabdij in Citeaux en het liturgische werk van abt Etienne Harding in dezelfde abdij.