Mohammed Mossadeq
Mohammed Hedayat Mossadeq of Mossadegh (19 mei 1882-Ahmad Abad, 4 maart 1967) was een Iraans politicus.
Inhoud |
[bewerk] Achtergrond en studie
Mossadeq was een Perzische aristocraat en een telg van de koninklijke Kadjar (Qajar) familie. De vader van Mossadeq was minister van Financiën onder sjah Naser al-Din Qajar en zijn moeder was een prinses uit het koningshuis van de Kadjaren. Na de constitutionele revolutie van 1906 werd Mossadeq in de Majlis (parlement) gekozen, maar weigerde de zetel vanwege zijn jonge leeftijd. Nadat de grondwet in 1909 door de sjah met behulp van de Russen buiten werking was gesteld, ging Mossadeq naar Frankrijk waar hij rechten studeerde aan de Universiteit van Neuchâtel. In 1913 werd hij advocaat in Teheran. Mossadeq schreef sindsdien diverse politieke werken.
[bewerk] Ministerschap en gouverneurschap
Van 1917 tot 1919 was hij onderminister van Financiën en bestreed hij het verdrag tussen Iran en Groot-Brittannië omtrent de oliewinning. In 1919 was hij minister van Justitie. Tussen 1919 en 1921 was Mossadeq gouverneur van de provincie Fars. Na de staatsgreep van Reza Chan en Zia al-Din Tabataba'i in 1921 trad Mossadeq als gouverneur af, omdat hij de legitimiteit van de coup ter discussie stelde. Na de val van premier Tabataba'i werd Mossadeq gouverneur van Iraans Azerbeidzjan, maar raakte spoedig in conflict met minister van Oorlog Reza Chan. In mei 1923 werd Mossadeq minister van Buitenlandse Zaken, maar trad in oktober van dat jaar af toen Reza Chan minister-president werd. Reza Chan werd na het vertrek van sjah Soltan Ahmad Qajar regent van Iran en een jaar later sjah.
[bewerk] Opposant van de Sjah
Mossadeq leefde tijdens het regime van sjah Reza Shah (Reza Chan) onder huisarrest. Pas na de val van Reza Shah in 1941 begaf Mossadeq zich weer in de politiek. Hij werd in de 14de Majlis gekozen voor Teheran, maar door het ingrijpen van sjah Mohammed Reza Pahlavi, kon hij niet in de 15de Majlis worden gekozen. In 1950 richtte hij het liberale Nationaal Front op, dat steun genoot van de oppositie, de democraten, de geestelijkheid en zelfs van de communistische Tudeh-partij.
[bewerk] Minister-president
In 1951 werd hij door de 16de Majlis tot premier gekozen en als zodanig door de sjah aangesteld. Hij ging direct over tot de nationalisatie van de Anglo-Persian Oil Company (Anglo-Perzische Olie Compagnie). De Britten, die een meerderheidsaandeel hadden in de oliemaatschappij, daagden Mossadeq voor het Internationaal Tribunaal in Den Haag. Mossadeq ging onmiddellijk naar Den Haag, waar hij in het gelijk werd gesteld. De regering-Mossadeq verbrak daarop de betrekkingen met Groot-Brittannië. Op 17 juli 1952 trad Mossadeq af na een hoogoplopend conflict met sjah Mohammed Reza Pahlavi omtrent de portefeuille van Defensie.
Na een volksopstand te zijner gunste (en dankzij het ingrijpen van ayatollah Kashani), werd Mossadeq opnieuw door de sjah tot premier benoemd èn minister van Defensie. Zijn verhouding met de sjah werd steeds gespannener. Een door oud-officieren beraamde moordaanslag op premier Mossadeq (maart 1953), werd door hem tijdig ontdekt. Op 17 augustus 1953 vluchtte de sjah naar het buitenland. Mossadeq weigerde om af te treden. Een coup van generaal Fazlollah Zahedi, gesteund door de CIA, op 19 augustus 1953 bracht Mossadeq ten slotte ten val.
[bewerk] Proces en veroordeling
Tijdens zijn proces maakte Mossadeq melding van twee tegen hem gerichte coups. Hij werd veroordeeld tot de doodstraf, maar dit werd door de sjah omgezet in 3 jaar gevangenisstraf. In augustus 1953 kwam hij vrij. Tot zijn dood in 1967 leefde hij onder huisarrest op zijn landgoed Ahmad Abad, even buiten Teheran.
[bewerk] Zie ook
- sjah Reza Shah
- sjah Mohammed Reza Pahlavi
- sjah Soltan Ahmad Qajar
- Kadjaren
- Iran
- generaal Fazlollah Zahedi
- Zia al-Din Tabataba'i