Gebakoorlog
De Gebakoorlog (Spaans: Guerra de los pasteles, Frans: Guerre de la pâtisserie) was een invasie van Franse troepen in Mexico in 1838.
De oorlog ontstond uit de chaos die Mexico in de eerste jaren na de onafhankelijkheid teisterde. Buitenlanders wier bezit was gestolen of beschadigd konden over het algemeen geen compensatie van de Mexicaanse overheid krijgen, en vroegen daarom hun eigen regering om hulp.
Een Franse banketbakker wiens winkel vernietigd was door plunderende Mexicaanse soldaten, vroeg steun aan de Franse koning Louis-Philippe. Frankrijk eiste 600.000 peso's schadevergoeding. De Mexicaanse regering weigerde te betalen en dus stuurde Louis-Philippe een vloot die onder vice-admiraal Charles Baudin alle Mexicaanse havens tussen Yucatán en de Rio Grande moest blokkeren, het fort San Juan de Ulua bombarderen en de havenstad Vera Cruz innemen.
Afgesneden van handel, begonnen de Mexicanen te smokkelen via Texas. Bang dat Frankrijk ook Texaanse havens zou gaan blokkeren, begon een Texaanse militie bij de Corpus-Christibaai te patrouilleren.
Intussen voerde Antonio López de Santa Anna, zonder overheidstoestemming, een legermacht tegen de Fransen aan. In een gevecht raakte Santa Anna gewond aan zijn been, dat daardoor geamputeerd moest worden. Voordat zijn troepen werkelijk iets bereikt hadden, beloofde president Anastasio Bustamante de 600.000 peso's te betalen, en het Franse leger trok zich terug.