Boek van Mormon
Het Boek van Mormon is voor de leden van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen (de zogenaamde Mormonen) een heilig boek, naast de Bijbel.
Het Boek van Mormon werd volgens de stichter van de kerk, Joseph Smith, in 1823 door hem vertaald van gouden platen, waarop een kroniek in het Oud-Egyptisch stond. Deze platen bevatten een verslag van de godsdienstige en wereldlijke geschiedenis van oude beschavingen in Amerika tussen 600 voor Chr. en 400 na Chr. De kroniek werd genoemd naar de geschiedschrijver Mormon, die het destijds zou hebben samengevat. Joseph Smith vertaalde het Boek van Mormon in 64 dagen en gaf de kroniek toen terug aan de hemelse boodschapper, van wie hij deze had gekregen.
Het Boek van Mormon bestaat uit verschillende onderdelen (boeken) die elk zijn opgetekend door een geestelijk leider in een bepaalde tijd. Het vertelt onder andere over een groep Israëlieten die rond 600 v.Chr. uit Jeruzalem vertrokken en na een lange tocht over zee, uiteindelijk in Midden-Amerika aankwamen. Het volk werd geleid door profeten, die op de hoogte waren van de geboorte en het sterven van Christus.
Voor kerkleden is het Boek van Mormon niet alleen zeer relevant omdat het als een "Getuige van Jezus Christus" wordt gezien, maar óók omdat het "geschreven is voor onze tijd": Het bevat vermaningen zoals "geeft [] dank aan God, dat Hij u onze onvolmaaktheden heeft geopenbaard, opdat gij moogt leren verstandiger te zijn dan wij zijn geweest." (Mormon 9:31)
Ook bevat het Boek van Mormon profetieën en waarschuwingen die gericht zijn aan de mensheid van nu: In de volgende verzen profeteert Jezus Christus aangaande een hoogmoedig volk van 'niet-Joden' dat de oorspronkelijke bewoners van het Amerikaanse Continent (hier aangeduid als 'huis Israëls', omdat het Boek van Mormon verhaalt over hun afkomst uit Israël) heeft verdreven en dat zich 'boven de gehele aarde verheft':
3 Ne 16:10 En aldus gebied de Vader, dat Ik u zal zeggen: Ten dage, dat de niet-Joden tegen Mijn evangelie zullen zondigen en in de hoogmoed van hun hart boven alle natiën en boven het ganse volk van de gehele aarde zullen worden verheven, en vol zullen zijn van allerlei leugens, bedrog, ondeugd, allerlei geveinsdheid, moorden, priesterbedrog, hoererijen en geheime gruwelen, en indien zij dat alles zullen doen en de volheid van Mijn evangelie verwerpen, ziet, zegt de Vader, zal Ik de volheid van Mijn evangelie uit hun midden wegnemen. 11 En dan zal Ik Mijn verbond gedenken, dat ik met Mijn volk heb gemaakt, o huis Israëls, en Ik zal hun Mijn evangelie brengen. 12 En ik zal u tonen, o huis Israëls, dat de niet-Joden geen macht over u zullen hebben; maar Ik zal Mijn verbond met u gedenken, o huis Israëls, en gij zult tot de kennis van de volheid van Mijn evangelie komen. 13 Maar indien de niet-Joden zich willen bekeren en tot Mij terugkeren, zegt de Vader, ziet, dan zullen zij onder Mijn volk worden gerekend, o huis Israëls. 14 En Ik zal Mijn volk, dat van het huis Israëls is, niet toestaan door hun midden te trekken en hen te vertreden, zegt de Vader. 15 Maar indien zij zich niet tot Mij willen wenden en naar Mijn stem luisteren, zal Ik hun toestaan, ja, Ik zal mijn volk toestaan, o huis Israëls, dat het door hun midden zal trekken en hen vertreden, en zij zullen zijn als zout, dat smakeloos is geworden, dat van die tijd af nergens meer voor deugt, dan om weggeworpen en door Mijn volk te worden vertreden, o huis Israëls. 16 Voorwaar, voorwaar, zeg Ik u, aldus heeft de Vader Mij geboden, dat Ik aan dit volk dit land als hun erfenis zou geven.
Deze waarschuwingen worden diverse malen in het Boek van Mormon herhaald. In de volgende verzen profeteert Jezus Christus nogmaals over de verwoesting van degenen die Hem verwerpen, en ook aangaande de bestemming van de oorspronkelijke bewoners van het Amerikaanse Continent - aangenomen wordt dat dit de huidige inwoners van Latijns Amerika zijn - in hun vooraanstaande rol bij de bouw van een Nieuw Jeruzalem - dat zal bestaan naast het Oude Jeruzalem:
3 Nephi 21:11 Daarom zal het geschieden, dat allen, die niet in Mijn woorden - de woorden van Jezus Christus - zullen geloven, die de Vader hem tot de niet-Joden zal doen voortbrengen, en waartoe Hij hem macht zal geven om ze tot de niet-Joden voort te brengen [], uit het midden van Mijn verbondsvolk zullen worden afgesneden. 12 En Mijn volk, dat een overblijfsel [van het nageslacht] van Jakob is, zal onder de niet-Joden, ja, in hun midden, als een leeuw onder de dieren van het woud zijn, als een jonge leeuw onder de schaapskudden, die, indien hij doortrekt, zowel vertreedt als verscheurt, en niemand kan redding brengen. 13 Hun hand zal tegen hun tegenstanders worden opgeheven, en al hun vijanden zullen worden afgesneden. 14 Ja, wee de niet-Joden, tenzij zij zich bekeren; want het zal te dien dage geschieden, zegt de Vader, dat Ik uw paarden uit uw midden zal uitroeien, en Ik zal uw wagens vernielen; 15 En Ik zal de steden van uw land verwoesten, en al uw versterkingen omverwerpen; 18 En Ik zal uw bossen uit uw midden uitrukken; aldus zal Ik uw steden verwoesten. 19 En al uw leugens, bedrog, afgunst, twisten, priesterbedrog en hoererijen zullen worden weggedaan. 20 Want te dien dage, zegt de Vader, zal Ik een ieder, die zich niet wil bekeren en tot Mijn geliefde Zoon komen, uit Mijn volk afsnijden, o huis Israëls; 21 En Ik zal wraak en toorn over hen uitgieten, evenals over de heidenen, zoals zij nimmer hebben gehoord. 22 Maar indien zij zich zullen bekeren en naar Mijn woorden luisteren, en hun hart niet verstokken, zal Ik Mijn kerk onder hen oprichten, en zij zullen in het verbond worden opgenomen, en onder dit, het overblijfsel [van het nageslacht] van Jakob worden gerekend, aan wie Ik dit land als hun erfenis heb gegeven. 23 En zij zullen Mijn volk, het overblijfsel [van het nageslacht] van Jakob, bijstaan, en tevens zovelen van het huis Israëls, als zullen komen, zodat zij een stad zullen kunnen bouwen, die het Nieuw Jeruzalem zal worden genoemd. 24 En dan zullen zij Mijn volk bijstaan, zodat zij, die over de ganse oppervlakte van het land zijn verspreid, in het Nieuw Jeruzalem mogen worden bijeenvergaderd.
In het laatste hoofdstuk van Boek van Mormon staat een uitnodiging aan de lezer om voor zichzelf, door goddelijke openbaring, te ontdekken dat dit Boek daadwerkelijk het Woord Gods bevat:
Moroni 10:3 Ziet, ik wilde u vermanen, dat, wanneer gij deze dingen zult lezen - indien het volgens Gods wijsheid is, dat gij ze zoudt lezen - gij wildet bedenken, hoe barmhartig de Here jegens de mensenkinderen is geweest sedert de schepping van Adam tot aan de tijd, waarop gij deze dingen zult ontvangen, en het in uw hart overwegen. 4 En wanneer gij deze dingen zult ontvangen, zou ik u willen vermanen, dat gij God, de Eeuwige Vader, in de naam van Jezus Christus zoudt vragen, of deze dingen niet waar zijn; en indien gij zult vragen met een oprecht hart en met een eerlijke bedoeling, en geloof hebt in Christus, zal Hij door de kracht des Heiligen Geestes de waarheid er van aan u bekendmaken. 5 En door de kracht des Heiligen Geestes kunt gij de waarheid van alle dingen weten.
Van iedereen die voornemens is toe te treden tot de Kerk wordt verwacht dat hij of zij deze uitnodiging heeft aanvaard en door goddelijke openbaring overtuigd is geraakt van de waarachtigheid van dit Boek.
Het Boek van Mormon is verkrijgbaar in 54 talen. Er zijn honderd miljoen exemplaren van gedrukt (april 2000), en over de hele wereld verspreid.