André Laurier
Andreas Simon Petrus Maria (André) Laurier (Den Haag, 5 augustus 1944 - Berg en Dal, 7 juli 2004) was een Nederlandse pater en slachtoffer van zinloos geweld.
Laurier was in 1978 toegetreden tot de kloosterorde van de montfortanen. Na in 1979 zijn zogeheten tijdelijke geloften te hebben afgelegd, deed hij in 1981 zijn eeuwige geloften. In 1989 volgde zijn wijding tot priester. Vanaf dat jaar was hij werkzaam als reisbureau-medewerker van de montfortanen, de zogenoemde Montfort-Tochten. Hij zou dit werk tot 2002 blijven doen toen deze tochten werden afgeschaft. In die hoedanigheid was hij deelgenoot aan diverse bedevaarten, onder andere naar Israël, Rome en Lourdes. De reizen naar Israël deden bij hem een grote belangstelling naar het jodendom ontstaan; zo nam hij les in de uitleg van de Talmoed bij een rabbijn.
Vanaf 1997 kwam hij in het montfortaanse klooster te Berg en Dal te werken (vlakbij het Bijbels Openluchtmuseum in het plaatsje Heilig Landstichting gelegen) alwaar hij in 1999 onder andere als overste een leidinggevende positie verkreeg. De laatste jaren was hij vanwege het verdwijnen van de Montfort-Tochten eveneens in de weer gegaan met een andersoortige bedevaart, de Willibrord Tochten.
Laurier bekommerde zich als rooms-katholiek geestelijke dikwijls om arme personen zonder vaste woon- en verblijfplaats. Hij voelde zich hierbij geïnspireerd door de oprichter van de montfortanen, de in het begin van de 18e eeuw levende Franse pater Louis de Montfort.
Op een late woensdag-zomeravond in 2004 werd hij kort voor middernacht slachtoffer van zinloos geweld toen hij in zijn klooster in Berg en Dal werd vermoord. De mogelijke dader was een 21-jarige (ex-)drugsverslaafde man zonder vaste verblijfplaats die door Laurier liefdevol was opgevangen in zijn klooster. Laurier had de dinsdag daarvoor er nog voor gezorgd dat de mogelijke verdachte niet in de gevangenis was beland voor een reeks door hem gepleegde inbraken.
André Laurier overleed op de leeftijd van bijna 60 jaar.