Al-Aqsamoskee
De Al-Aqsamoskee (Arabisch المسجد الأقصى al-masjid al-aqsā, "De verste moskee") of El-Aksamoskee is gebouwd op de zuidzijde van de Tempelberg in Jeruzalem naast de Rotskoepel, een ander islamitisch heiligdom. Ze moet enkel de Kaaba in Mekka en moskee van de profeet in Medina laten voorgaan als beroemdste islamitische heiligdommen. De Al-Aqsamoskee is de grootste moskee van Jeruzalem en er is plaats voor ongeveer 5000 mensen.
De oudste informatie die we bezitten over de Al-Aqsamoskee is een beschrijving van Sophronius. Het gebouw was toen een ruw houten gebedsplaats voor de soldaten van kalief Omar. Moe'awija, een eertijds generaal van Omar, liet zich er in 658 AD tot kalief kronen.[1] Het huidige stenen gebouw dateert van 660 AD. De nieuwe kalief, die over het algemeen vreedzame betrekkingen onderhield met Byzantium kreeg toen hulp bij de bouw van ongeveer 200 byzantijnse architekten en bouwvakkers. Dit is nog altijd goed te zien in de byzantijnse stijl van het gebouw.
Hoogstwaarschijnlijk bevinden zich onder de moskee de resten van de 3000 jaar oude Tempel van Salomo. Dat is de reden waarom sommige joden het eigendom van de Tempelberg claimen.
In 1951 werd de Jordaanse koning Abdullah I bij het verlaten van de moskee door een aanslag gedood.
[bewerk] Noten
- ↑ (zie at-Tabari, vol. 2, p. 4; Masudi, vol. 5, p. 14)
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden in de categorie Al-Aqsa Mosque van Wikimedia Commons. |