Kanaal van Korinthe
Op de plaats waar de Landengte van Korinthe op zijn smalst is, namelijk 6343 m, werd in het laatste decennium van de 19e eeuw een kanaal aangelegd, zodat de Peloponnesos sindsdien écht een eiland is. Het lijnrechte kanaal is 6,3 km lang, 23 m breed en zo’n 8 m diep. De grote gaten in de wand zijn veroorzaakt door springstof, toen in de Tweede Wereldoorlog de doorvaart werd geblokkeerd.
De twee enige bruggen (één voor het autoverkeer, één voor de spoorweg) die de Peloponnesos met de rest van het Europese vasteland verbinden, liggen ongeveer 70 m boven de waterspiegel. Het kanaal heeft de vaarweg tussen Piraeus en de Ionische Zee met ongeveer 350 km verkort. Toch is het enkel geschikt voor middelgrote schepen, want sterke stromingen maken het gevaarlijk voor kleine bootjes, terwijl de geringe diepgang een bezwaar is voor grote schepen van meer dan 10.000 ton. Een sleepboot loodst je er doorheen in een halfuur, héél voorzichtig, want de bijna loodrechte wanden van grind en leem brokkelen regelmatig af. Lange wachttijden, hoge tolkosten en gevaarlijk manoeuvreren dragen ook al niet bij aan een druk gebruik.
De stormachtige zuidpunt van de Peloponnesos (zie ook Kaap Malea) was in de Oudheid een gevreesde kaap. Daarom werden vrachtschepen liever aan de ene oever van de landengte uitgeladen, op ossenwagens 6 km over de "diolkos" (een soort primitieve spoorlijn waarvan nog resten te zien zijn) getrokken en aan de andere kant weer te water gelaten en ingeladen. Dit intense vrachtverkeer heeft de rijkdom van Korinthe veroorzaakt, en er werden al vroeg plannen gemaakt voor de aanleg van een kanaal. De Romeinse keizer Nero heeft in 66 n. Chr. de eerste (gouden!) spade in de grond gestoken. Vervolgens werd er uit alle macht verder gespit door 6000 joodse dwangarbeiders. Aan de ene kant vorderde men 2 km, aan de andere kant 1,5 km, maar om allerlei redenen werd het werk op een bepaald moment gestaakt.
Pas in 1882 werden de werken met Frans kapitaal en moderne middelen hervat en tenslotte in 1893 voltooid, al dreigde het ook toen nog even mis te gaan door een faillissement van de Franse kanaalmaatschappij. In een tijd waarin enorme containerschepen met gemak weer om de kaap heen varen is het kanaal nu in feite overbodig geworden, maar het wordt nog wel door kleine vrachtschepen gebruikt.
Dicht bij de zuidelijke ingang ligt het antieke Isthmia, ooit een centrum gewijd aan de eredienst van de zeegod Poseidon, waar om de twee jaar de Isthmische Spelen plaatsvonden. Interessant zijn de goedbewaarde resten van de startpoortjes van het stadion.