Willem van Savoye
-1239 | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Prinsbisschop van Luik | ||||||
|
||||||
|
Willem van Savoye († Viterbo, 1239) was de jongste zoon van graaf Thomas I van Savoye en Beatrix van Genève. Willem werd deken van Vienne, bisschop van Valence en in 1235 elect van Lyon. In 1237-1238 trok hij naar Engeland en hoopte daar op het bisdom Winchester.
Na de dood van Johan II van Rummen, werd diens opvolging als prinsbisschop van Luik betwist door twee kandidaten: Otto van Eberstein en Willem van Savoye. Beide kandidaten wendden zich tot keizer Frederik II om hun benoeming te ondersteunen. Otto werd op 1 november 1238 benoemd, maar even later werd de wettelijkheid van zijn benoeming in twijfel getrokken. Paus Gregorius IX gelastte een onderzoek, en intussen bleef Otto de baas in zijn bisdom. Door de bemiddeling van zijn broer graaf Thomas II van Savoye, die toen (als echtgenoot van Johanna van Constantinopel) graaf van Vlaanderen was, werd Willem als pauselijk kandidaat in 1239 toch prinsbisschop van Luik. Op 29 mei 1239 liet de paus het kapittel van Luik weten dat de benoeming van Willem officieel bekrachtigd was. In november van hetzelfde jaar werd Willem van Savoye echter vergiftigd in Viterbo.
Otto van Eberstein, die zich nooit aan het pauselijk bevel had gestoord, handhaafde zijn macht in het prinsbisdom tot in 1240, maar lijkt geen tegenwerpingen te hebben gemaakt toen zijn opvolger Robert I van Thorote op 26 december 1240 te Luik geïnstalleerd werd.