Weddellzeehond
Weddellzeehond IUCN-status: Veilig |
||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | ||||||||||||
|
||||||||||||
Soort | ||||||||||||
Leptonychotes weddellii (Lesson, 1826) |
||||||||||||
De Weddellzeehond (Leptonychotes weddellii) is een van de meest voorkomende zeehonden in Antarctica en genoemd naar de Weddellzee, een deel van de Zuidelijke Oceaan.
[bewerk] Kenmerken
De Weddellzeehond is staalgrijs van kleur en heeft over het hele lichaam lichte, witte of gelige vlekken. In de zomer verbleken de kleuren en om in de winter weer intensiever te worden.
De Weddellzeehond is ongeveer 250 cm lang en kan soms tot 300 cm lang worden en weegt gemiddeld 400 kg. De kop is verhoudingsgewijs klein met een korte snuit, waarddor hij makkelijk te onderscheiden is van andere zeehonden in Antarctica.
De zeehond voedt zich bijna uitsluitend met vis. Ze kunnen tot 600 m diep duiken en tot een uur onder water blijven.
Op het ijs zijn de dieren traag en zeer mak doordat ze daar geen vijanden hebben. In het water is hun grootste vijand de Zwaardwalvis. Op de vlucht proberen ze dicht onder de ijskorst te komen, waar ze onbereikbaar zijn voor hun vijand.
De jongen worden in het voorjaar (september/oktober) op het ijs geboren.
[bewerk] Verspreiding
De zeehond komt in het gehele Antarctische gebied aan de rand van het pakijs voor. In de winter trekken de dieren niet weg, maar houden een wak in het ijs open door het ijs met hun hoektanden weg te knagen. Dit wak kunnen ze openhouden tot het omringende ijs een dikte van 2 m heeft bereikt.
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden op de pagina Leptonychotes weddellii op Wikimedia Commons. |