Waag
Een Waag is een gebouw waar in vroegere tijden goederen gewogen konden worden. Het woord werd vroeger ook geschreven als waeghe of waech. Het recht om een waag te bezitten was een van de stadsrechten die een stad kon verkrijgen. Handelaren werden dan verplicht om hun producten die per gewicht werden verkocht, in de stadswaag te laten wegen. Voorbeelden zijn bijvoorbeeld kaas en boter. Daarbij gold vaak een minimum gewicht van 10 pond. Het gebruik van een waag bevorderde natuurlijk de eerlijke handel. Dit was onmisbaar voor de betrouwbaarheid van de stad als handelscentrum.
De stad hief waaggeld, een soort accijns op het wegen, hetgeen een bron van inkomsten voor de stad vormde. Dat was dus een vroege vorm van belasting op verhandelde goederen, zoals de huidige BTW. Ons woord weegschaal is een afgeleide van de tweearmige balans waaraan twee ´waagschalen´ hingen.
[bewerk] Waaggebouwen in Nederland
- Alkmaar
- Almelo
- Amsterdam
- Brielle
- Deventer
- Doesburg
- Dokkum
- Edam
- Enkhuizen
- Gouda
- Haarlem
- Hoorn
- Kollum
- Kuinre
- Leiden
- Leeuwarden
- Makkum
- Medemblik
- Monnickendam
- Nijmegen
- Schoonhoven
- Oudewater
- Workum
- Groningen
[bewerk] Tegenwoordig
De waaggebouwen worden tegenwoordig (2005) veelal gebruikt als restaurant of museum. Er zijn nog drie waaggebouwen in Nederland die bij kaasmarkten ook nog hun traditionele functie hebben.
[bewerk] Waag in de taal
Het woord waag komt nog in de Nederlandse taal voor.
- Je leven in de waagschaal leggen
- De achternaam Waagmeester