Tuz Gölü
Het Tuz Gölü (Turks voor "zoutmeer") is het tweede grootste meer in Turkije, gesitueerd in Centraal-Anatolië. Het meer is voor de grootste tijd van het jaar ondiep (1 tot 2 m). De oppervlakte van dit zoute meer bedraagt 1.500 km². Het Tuz Gölü heeft een lengte van 80 km en een breedte van 50 km en bevindt zich op 905 meter boven de zeespiegel. De aangrenzende provincies zijn Ankara, Konya en Aksaray waar in totaal 3 miljoen mensen wonen.
Het meer, dat zich bevindt in een tektonische depressie in de Centraal Anatolische Plateau van Turkije, wordt gevoed door twee belangrijke rivieren, grondwater en oppervlaktewater. Het water is extreem zout, in die zin dat er zelfs tijdens de zomer een zoutlaag van 30 cm overblijft als het meeste water verdampt. Het is dan ook evident dat zoutwinning een belangrijke industriële activiteit is in de regio. 70% van de Turkse binnenlandse vraag naar zout wordt gedekt door de winning in het meer.
In 2001 werd het Tuz Gölü uitgeroepen tot een bijzonder beschermde regio, inclusief het gehele meeroppervlakte, de omringende waterbedden en enkele belangrijke steppelandschappen rond het meer.
