Stegosaurus
Stegosaurus
Status: Fossiel |
||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Standbeeld van een Stegosaurus in Polen. |
||||||||||
Taxonomische indeling | ||||||||||
|
||||||||||
Geslacht | ||||||||||
Stegosaurus | ||||||||||
Soorten | ||||||||||
S. affinis |
Stegosaurus is het bekendste voorbeeld van de stegosauriërs (Stegosauria), een groep herbivore Ornithischia uit de groep van de Thyreophora die in het Jura haar hoogtepunt bereikte. Het meest opvallende kenmerk van de stegosauriërs is een lange rij van benige platen of stekels die over de gehele rug van het dier liep.
Inhoud |
[bewerk] Platen en stekels
Hoewel zeer beroemd, zijn de beenplaten van Stegosaurus ook nog steeds met raadselen omgeven. Zo weet men nog altijd niet zeker hoe ze over de rug verdeeld waren. Mogelijk was er een rij van platen, die afwisselend naar links en naar rechts gericht stonden. Het is echter ook mogelijk dat er twee hetzij parallelle hetzij alternerende rijen platen waren. De reden dat dit nog niet definitief vastgesteld is, is dat de platen niet met de rest van het skelet verbonden waren, en dus gedurende het fossilisatieproces meestal dusdanig sterk verschuiven dat hun oorspronkelijke positie slechts zeer globaal uit hun vondstpositie valt af te lezen. De laatste vondsten wijzen er sterk op dat de theorie dat de platen afwisselend links en rechts stonden, de juiste is.
Ook de functie van de platen is nog niet geheel opgehelderd. De meest voor de hand liggende reden is ter verdediging, en de vier stekels op de staart, de "Thagomizer", hebben ongetwijfeld deze functie gehad, maar of dit ook voor de platen op nek en rug gold, is nog maar de vraag. Ze lijken daarvoor niet de meest geschikte vorm te hebben. Othniel Charles Marsh, die het geslacht in 1877 benoemde, dacht dat de platen plat op het lichaam lagen — vandaar de naam: "dakreptiel" — maar daar werd al snel vanaf gestapt. Als de platen scherpe hoornen randen droegen waren ze een fysieke belemmering voor een aanval op de rug. Bob Bakker dacht dat de platen zelfs beweegbaar waren en verlaagd konden worden tot een horizontale stand, zodat ze een schaarbeweging naar een aanvaller konden maken als het dier die met de staartstekels probeerde te raken. Aanpassingen voor zo'n functie zijn echter niet gevonden. Eens sterke aanwijzing voor een althans oorspronkelijke verdedigende functie wordt wel gezien in het feit dat kleinere soorten stegosauriërs in dezelfde positie stekels hadden. Bij grote dieren zouden die te ver uiteen staan om een aanval te blokkeren en dat zou dan de evolutie tot een plattere vorm veroorzaakt hebben.
Een andere mogelijkheid is dat ze dienden voor temperatuurregeling: als het dier moest afkoelen, leverden de platen een groot oppervlak, en konden zo gemakkelijk warmte afgeven. Als het buiten het warmst was, tijdens het middaguur, was de smalle bovenkant van de platen op de zon gericht. Een aanwijzing dat deze theorie juist is, is dat de platen klaarblijkelijk goed doorbloed waren, waardoor surpluswarmte uit de rest van het lichaam snel naar de platen overgebracht kon worden. Het is onvermijdelijk dat de platen een zeker effect op de temperatuurhuishouding hadden. Er werden windtunnelproeven uitgevoerd die aantoonden dat de ruitvorm zeer geschikt is voor het veroorzaken van meer turbulentie wat de warmte-uitwisseling weer ten goede zou komen. Stegosaurus was de grootste bekende stegosauriër en grotere dieren hebben door hun absolute oppervlakte-inhoud-verhouding meer moeite warmte af te staan. Daar staat tegenover dat ze juist door hun grotere massa minder snel opwarmen wat dit probleem weer compenseert.
Een andere mogelijkheid is dat de platen dienden om het dier groter te laten lijken dan het in werkelijkheid was ter afschrikking van roofdieren, zoals Allosaurus, een tijdgenoot die in dezelfde lagen gevonden wordt.
[bewerk] Verder uiterlijk
Stegosaurus was 8-9 meter lang en 2.5-3 meter hoog. Stegosaurus was een vierbenige dinosauriër, hoewel de rechte achterpoten veel langer zijn dan de wat naar achteren gebogen voorpoten. Ondanks zijn grote formaat was daarom de kop niet eens zo ver van de grond, wellicht ongeveer 1,5 meter, maar niet zo laag als oudere illustraties vaak aangaven. Mogelijk kon Stegosaurus zich op de achterpoten opheffen om hoger gelegen vegetatie te bereiken; discussie hierover is nog steeds gaande.
De tanden waren opvallend klein, en de kaak was zo gebouwd dat deze geen kauwfunctie hebben gehad. Het voedsel werd wellicht vermalen door maagstenen. Ook de kop en schedel zijn zeer klein - van de twee of drie ton gewicht werd nog geen honderd gram door de hersenen ingenomen.
Resten van Stegosaurus worden vaak van meerdere individuen bij elkaar aangetroffen, wat doet vermoeden dat ze in kudden leefden.
[bewerk] Voorkomen
Stegosaurus is alleen in Noord-Amerika gevonden. Andere stegosauriërs zijn ook bekend uit Azië, Europa en Afrika, maar deze hebben minder grote beenplaten, die meestal ook meer stekelvormig zijn: een aanwijzing dat de verdedigingsfunctie het belangrijkst was. Ook zijn ze minder groot dan Stegosaurus.
Andere geslachten zijn onder meer:
- Huayangosaurus (uit China)
- Tuojiangosaurus (uit China)
- Kentrosaurus (uit Afrika; sommigen rekenen deze onder Tuojiangosaurus)
Bron(nen): |
Sylvia J. Czerkas en Stephen A. Czerkas: De Oerwereld van de Dinosauriers |